Home

VERORDENING (EG) Nr. 1172/94 VAN DE COMMISSIE van 20 mei 1994 betreffende het beëindigen van de visserij op kabeljauw door vissersvaartuigen die de vlag voeren van Duitsland

VERORDENING (EG) Nr. 1172/94 VAN DE COMMISSIE van 20 mei 1994 betreffende het beëindigen van de visserij op kabeljauw door vissersvaartuigen die de vlag voeren van Duitsland

VERORDENING (EG) Nr. 1172/94 VAN DE COMMISSIE van 20 mei 1994 betreffende het beëindigen van de visserij op kabeljauw door vissersvaartuigen die de vlag voeren van Duitsland

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EEG) nr. 2847/93 van de Raad van 12 oktober 1993 tot invoering van een controleregeling voor het gemeenschappelijk visserijbeleid (1), inzonderheid op artikel 21, lid 3,

Overwegende dat Verordening (EEG) nr. 3692/93 van de Raad van 21 december 1993 houdende verdeling, voor 1994, van bepaalde vangstquota over de Lid-Staten voor vaartuigen die vissen in de exclusieve economische zone van Noorwegen en in de visserijzone rond Jan Mayen (2) quota vastlegt voor kabeljauw voor 1994;

Overwegende dat het, om de naleving te waarborgen van de bepalingen inzake de kwantitatieve beperking van de vangsten uit bepaalde bestanden, waarvoor een quotum is vastgesteld, noodzakelijk is dat de Commissie de datum vastlegt waarop het toegewezen quotum wordt geacht volledig te zijn gebruikt ten gevolge van de vangsten verricht door de vaartuigen die de vlag voeren van een Lid-Staat;

Overwegende dat, volgens de gegevens medegedeeld aan de Commissie, de vangsten van kabeljauw in de wateren van ICES-gebieden I, en II a en II b (Noorse wateren ten noorden van 62° 00& prime; NB) door vaartuigen die de vlag voeren van Duitsland of die in Duitsland zijn geregistreerd, het voor 1994 toegewezen quotum hebben bereikt; dat Duitsland de visserij op dit bestand verboden heeft met ingang van 4 mei 1994; dat het daarom noodzakelijk is deze datum aan te houden,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Door de vangsten van kabeljauw in de wateren van ICES-gebieden I, II a en II b (Noorse wateren ten noorden van 62° 00& prime; NB) door vaartuigen die de vlag voeren van Duitsland of die in Duitsland zijn geregistreerd, wordt het aan Duitsland voor 1994 toegewezen quotum geacht volledig te zijn gebruikt.

De visserij op kabeljauw in de wateren van ICES-gebieden I, II a en II b (Noorse wateren ten noorden van 62° 00& prime; NB) door vaartuigen die de vlag voeren van Duitsland of die in Duitsland zijn geregistreerd, is verboden alsmede het aan boord houden, de overlading en het lossen van het bestand dat door vermelde vaartuigen gevangen is in deze wateren na de datum van toepassing van deze verording.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de dag van haar bekendmaking in het Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen.

Zij is van toepassing vanaf 4 mei 1994.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke Lid-Staat.

Gedaan te Brussel, 20 mei 1994.

Voor de Commissie

Yannis PALEOKRASSAS

Lid van de Commissie

(1) PB nr. L 261 van 20. 10. 1993, blz. 1.

(2) PB nr. L 341 van 31. 12. 1993, blz. 104.