VERORDENING (EG) Nr. 2009/94 VAN DE COMMISSIE van 27 juli 1994 tot vaststelling voor het verkoopseizoen 1994/1995 van de steun voor de teelt van druiven van bepaalde rassen, bestemd voor de produktie van krenten en rozijnen
VERORDENING (EG) Nr. 2009/94 VAN DE COMMISSIE van 27 juli 1994 tot vaststelling voor het verkoopseizoen 1994/1995 van de steun voor de teelt van druiven van bepaalde rassen, bestemd voor de produktie van krenten en rozijnen
VERORDENING (EG) Nr. 2009/94 VAN DE COMMISSIE van 27 juli 1994 tot vaststelling voor het verkoopseizoen 1994/1995 van de steun voor de teelt van druiven van bepaalde rassen, bestemd voor de produktie van krenten en rozijnen
DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,
Gelet op Verordening (EEG) nr. 426/86 van de Raad van 24 februari 1986 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector van op basis van groenten en fruit verwerkte produkten (1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 594/94 van de Commissie (2), en met name op artikel 6, lid 6,
Overwegende dat op grond van artikel 6 van Verordening (EEG) nr. 426/86 met ingang van het verkoopseizoen 1990/1991 een nieuwe regeling is ingevoerd waarbij steun wordt verleend per hectare specifiek voor de produktie van sultaninerozijnen, moscatelrozijnen en voor krenten bestemde druiven; dat deze regeling geleidelijk de in artikel 6 bis vastgestelde produktiesteunregeling heeft vervangen;
Overwegende dat op grond van artikel 6 bis, lid 1, tweede alinea, van voornoemde verordening de door de Gemeenschap verleende steun per hectare moet worden vastgesteld op het in onderhavige verordening aangeven bedrag;
Overwegende dat krachtens artikel 6, lid 1, derde alinea, van Verordening (EEG) nr. 426/86 het steunbedrag kan worden gedifferentieerd naar gelang van het druiveras en van andere factoren die de opbrengst kunnen beïnvloeden; dat voor deze differentiëring een coëfficiënt dient te worden toegepast die de verhouding weergeeft tussen de gemiddelde opbrengst per variëteit en de totale gemiddelde opbrengst; dat voor sultaninerozijnen een bijkomend onderscheid moet worden gemaakt tussen enerzijds door phylloxera aangetaste percelen of percelen die sedert minder dan vijf jaar zijn herbeplant en anderzijds andere percelen;
Overwegende dat echter moet worden bepaald dat arealen met een opbrengst die lager ligt dan de naar variëteit gedifferentieerde drempel niet als specifieke arealen voor de steunverlening worden aangemerkt; dat derhalve geen produktiesteun voor die arealen moet worden verleend;
Overwegende dat moet worden bepaald hoeveel steun moet worden betaald aan producenten die overeenkomstig artikel 6, lid 4, van Verordening (EEG) nr. 426/86 hun wijngaarden herbeplanten om de phylloxera te bestrijden;
Overwegende dat bij de verificatie van de oppervlakten waarop druiven worden geteeld, geen overschrijding is geconstateerd van het gegarandeerde maximumareaal dat is vastgesteld bij artikel 4 van Verordening (EEG) nr. 2911/90 van de Commissie van 9 oktober 1990 tot vaststelling van de uitvoeringsbepalingen voor de toekenning van steun voor de teelt van bepaalde druiverassen waarvan de druiven worden gedroogd (3), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EEG) nr. 1445/93 (4);
Overwegende dat het Comité van beheer voor op basis van groenten en fruit verwerkte produkten geen advies heeft uitgebracht binnen de door zijn voorzitter bepaalde termijn,
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
1. Voor het verkoopseizoen 1994/1995 wordt de steun per hectare voor de produktie van sultaninerozijnen, krenten en moscatelrozijnen, bestemd voor verwerking, op grond van artikel 6 van Verordening (EEG) nr. 426/86 vastgesteld op 2 306 ecu per hectare van het afgeoogste specifieke areaal.
Voor elke variëteit wordt het steunbedrag aangepast aan de hand van de in de bijlage vermelde coëfficiënt.
2. Voor de toepassing van artikel 6, lid 6, van Verordening (EEG) nr. 426/86 wordt een areaal met een opbrengst, per hectare, van minder dan:
- 1 300 kg sultaninerozijnen, wanneer het gaat om druiven die zijn aangetast door phylloxera of minder dan vijf jaar zijn herbeplant,
- 2 500 kg sultaninerozijnen, in de overige gevallen,
- 1 500 kg krenten,
- 200 kg moscatelrozijnen,
niet als specifiek areaal aangemerkt. Voor de teelt van de bedoelde druiven op een dergelijk areaal wordt geen steun verleend.
3. De Lid-Staten treffen de nodige maatregelen om deze minimumopbrengst te verifiëren.
Artikel 2
Op grond van artikel 6, lid 4, van Verordening (EEG) nr. 426/86 wordt de steun per hectare die moet worden toegekend aan producenten die hun wijngaarden herbeplanten om de phylloxera te bestrijden en die niet in aanmerking komen voor steun in het kader van het operationele programma ter bestrijding van die ziekte, vastgesteld op 3 244 ecu per hectare.
De betrokken Lid-Staten nemen de gepaste administratieve maatregelen voor de toekenning van deze steun.
In een dergelijk geval is artikel 1, lid 2, niet van toepassing.
Artikel 3
Deze verordening treedt in werking op de zevende dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen.
Zij is van toepassing met ingang van 1 september 1994.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke Lid-Staat.
Gedaan te Brussel, 27 juli 1994.
Voor de Commissie
René STEICHEN
Lid van de Commissie
(1) PB nr. L 49 van 27. 2. 1986, blz. 1.
(2) PB nr. L 69 van 12. 3. 1994, blz. 5.
(3) PB nr. L 278 van 10. 10. 1990, blz. 35.
(4) PB nr. L 142 van 12. 6. 1993, blz. 27.
BIJLAGE
Coëfficiënten voor de verschillende variëteiten van krenten en rozijnen
"" ID="1">Sultaninerozijnen aangetast door phylloxera> ID="2">0,9684"> ID="1">Andere> ID="2">1,1441"> ID="1">Krenten> ID="2">1,1607"> ID="1">Moscatelrozijnen> ID="2">0,3059">