Verordening (EG) nr. 2444/94 van de Commissie van 10 oktober 1994 houdende wijziging en afwijking van Verordening (EEG) nr. 1442/93 houdende bepalingen ter toepassing van de regeling voor de invoer van bananen in de Gemeenschap

VERORDENING (EG) Nr. 2444/94 VAN DE COMMISSIE van 10 oktober 1994 houdende wijziging en afwijking van Verordening (EEG) nr. 1442/93 houdende bepalingen ter toepassing van de regeling voor de invoer van bananen in de Gemeenschap

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EEG) nr. 404/93 van de Raad van 13 februari 1993 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector bananen (1), gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 3518/93 van de Commissie (2), en met name op artikel 20,

Overwegende dat bij Verordening (EEG) nr. 1442/93 van de Commissie (3), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1299/94 (4), bepalingen ter toepassing van de regeling voor de invoer van bananen in de Gemeenschap zijn vastgesteld, met name ten aanzien van de bepaling van de categorieën marktdeelnemers en de voorwaarden voor de afgifte van invoercertificaten;

Overwegende dat bij Verordening (EEG) nr. 1442/93 geen voorwaarden zijn vastgesteld om als marktdeelnemer van categorie C te kunnen worden toegelaten; dat de ervaring uitwijst dat het voor een goed beheer van het gebruik van het tariefcontingent dienstig is bepaalde criteria voor de bepaling van de marktdeelnemers van deze categorie aan te leggen, en met name te verlangen dat vóór de registratieaanvraag een minimumactiviteit in de internationale groenten- en fruithandel is ontplooid en dat, wanneer het niet de eerste toewijzingsaanvraag betreft, er een minimumgebruik van de vorige jaarlijkse toewijzing is gemaakt;

Overwegende dat het in verband met de vaststelling van specifieke criteria voor de bepaling van de marktdeelnemers van categorie C dienstig is om, wat het lopende jaar 1994 betreft, de bij artikel 4, lid 4, van Verordening (EEG) nr. 1442/93 vastgestelde uiterste termijnen te verschuiven;

Overwegende dat, wat de nadere bepalingen inzake invoercertificaten voor traditionele ACS-bananen betreft, het uit beheersoogpunt beter is om de periode voor de indiening van de certificaataanvragen aan te passen en om de wijze van afgifte door de Lid-Staten te preciseren;

Overwegende dat het bepaalde in deze verordening in verband met de bij Verordening (EEG) nr. 1442/93 vastgestelde termijnen onmiddellijk in werking dient te treden;

Overwegende dat het Comité van beheer voor bananen geen advies heeft uitgebracht binnen de door zijn voorzitter bepaalde termijn,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Verordening (EEG) nr. 1442/93 wordt als volgt gewijzigd:

1. Aan artikel 3 wordt het volgende lid 5 toegevoegd:

"5. Als marktdeelnemer van categorie C voor de toepassing van de artikelen 18 en 19 van Verordening (EEG) nr. 404/93 wordt beschouwd en titularis van een invoercertificaat kan zijn een in de Gemeenschap gevestigd economisch subject, zijnde een natuurlijke of rechtspersoon, hetzij individueel hetzij een groepering, welk economisch subject op de datum waarop het zijn aanvraag om een jaarlijkse toewijzing overeenkomstig artikel 4, lid 4, indient, sinds ten minste één jaar groenten en fruit in- en/of uitvoert. De inachtneming van deze voorwaarde wordt aangetoond met het bewijs van inschrijving in een handelsregister van de Lid-Staat of door de Lid-Staat aanvaarde andere bewijzen, alsmede met de bewijzen van in- en/of uitvoer.

Indien het gaat om een toewijzingsaanvraag die voor een nieuw jaar vanaf 1995 wordt ingediend door een marktdeelnemer van categorie C die reeds voor een voorgaand jaar is geregistreerd, moet deze marktdeelnemer het bewijs leveren dat hij ten minste 50 % van de hoeveelheid die hem voor het jaar waarin de toewijzingsaanvraag wordt ingediend, is toegewezen, daadwerkelijk voor eigen rekening in het vrije verkeer heeft gebracht.

De Lid-Staten controleren of het bepaalde in dit lid is nageleefd.".

2. Artikel 4, lid 4, eerste zin, komt te luiden:

"De in de Gemeenschap gevestigde marktdeelnemers van categorie C dienen bij de bevoegde autoriteiten van een enkele Lid-Staat vóór 1 oktober hun aanvragen in voor toewijzing van jaarlijkse hoeveelheden, vergezeld van de bij artikel 3, lid 5, voorgeschreven bewijzen.".

3. Artikel 14, lid 2, komt te luiden:

"2. De invoercertificaataanvragen worden in de eerste zeven dagen van de laatste maand van het kwartaal dat voorafgaat aan het kwartaal waarvoor de certificaten worden afgegeven, ingediend bij de bevoegde autoriteiten van om het even welke Lid-Staat.".

4. Artikel 16, lid 1, tweede alinea, komt te luiden:

"De bevoegde nationale autoriteiten geven voor elk ACS-land van oorsprong certificaten af voor de hoeveelheden die in de aanvragen zijn vermeld, onverminderd de vaststelling van een uniform verminderingspercentage overeenkomstig lid 2.".

Artikel 2

In afwijking van artikel 4, lid 4, van Verordening (EEG) nr. 1442/93 moeten de marktdeelnemers van categorie C hun aanvragen om een jaarlijkse toewijzing voor het jaar 1995 indienen in de periode tussen de datum van inwerkingtreding van de onderhavige verordening en 18 oktober 1994. De bevoegde autoriteiten stellen de Commissie vóór 25 oktober 1994 in kennis van het totale volume van de gevraagde hoeveelheden. Zij stellen de marktdeelnemers vóór 15 november 1994 in kennis van de aan hen toegewezen hoeveelheden.

Vóór 1 oktober 1994 ingediende toewijzingsaanvragen voor het jaar 1995 worden afgewezen.

Artikel 3

Deze verordening treedt in werking op de dag van haar bekendmaking in het Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke Lid-Staat.

Gedaan te Brussel, 10 oktober 1994.

Voor de Commissie

René STEICHEN

Lid van de Commissie

(1) PB nr. L 47 van 25. 2. 1993, blz. 1.

(2) PB nr. L 320 van 22. 12. 1993, blz. 15.

(3) PB nr. L 142 van 12. 6. 1993, blz. 6.

(4) PB nr. L 141 van 4. 6. 1994, blz. 38.