95/228/EG: Beschikking van de Commissie van 20 juni 1995 tot machtiging van de Lid-Staten om voor fabrieksaardappelen voor menselijke consumptie van oorsprong uit Saoedi-Arabië tijdelijke afwijkingen van sommige bepalingen van Richtlijn 77/93/EEG van de Raad toe te staan
95/228/EG: Beschikking van de Commissie van 20 juni 1995 tot machtiging van de Lid-Staten om voor fabrieksaardappelen voor menselijke consumptie van oorsprong uit Saoedi-Arabië tijdelijke afwijkingen van sommige bepalingen van Richtlijn 77/93/EEG van de Raad toe te staan
95/228/EG: Beschikking van de Commissie van 20 juni 1995 tot machtiging van de Lid-Staten om voor fabrieksaardappelen voor menselijke consumptie van oorsprong uit Saoedi-Arabië tijdelijke afwijkingen van sommige bepalingen van Richtlijn 77/93/EEG van de Raad toe te staan
Publicatieblad Nr. L 153 van 04/07/1995 blz. 0029 - 0032
BESCHIKKING VAN DE COMMISSIE van 20 juni 1995 tot machtiging van de Lid-Staten om voor fabrieksaardappelen voor menselijke consumptie van oorsprong uit Saoedi-Arabië tijdelijke afwijkingen van sommige bepalingen van Richtlijn 77/93/EEG van de Raad toe te staan (95/228/EG)
DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,
Gelet op Richtlijn 77/93/EEG van de Raad van 21 december 1976 betreffende de beschermende maatregelen tegen het binnenbrengen en de verspreiding in de Gemeenschap van voor planten en voor plantaardige produkten schadelijke organismen (1), laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 95/4/EG (2), en met name op artikel 14, lid 1,
Gezien het door het Verenigd Koninkrijk ingediende verzoek,
Overwegende dat op grond van Richtlijn 77/93/EEG aardappelknollen die niet overeenkomstig andere communautaire bepalingen officieel als pootaardappelen zijn gecertificeerd en die van oorsprong zijn uit Saoedi-Arabië, wegens het gevaar voor insleep van niet in de Gemeenschap voorkomende exotische aardappelziekten in beginsel niet in de Gemeenschap mogen worden ingevoerd;
Overwegende dat door het slechte weer de aardappelproduktie in de Gemeenschap in 1994 erg heeft geleden; dat er bijgevolg een tekort is aan aardappelen, vooral aan grote fabrieksaardappelen voor menselijke consumptie;
Overwegende dat het Verenigd Koninkrijk dientengevolge gedurende een korte periode dergelijke aardappelen wil invoeren onder technische voorwaarden die niet volledig met de in bovengenoemde richtlijn vastgestelde voorwaarden in overeenstemming zijn; dat het voor die korte periode evenwel mogelijk is, door middel van specifieke technische voorwaarden het gevaar van verspreiding van schadelijke organismen te voorkomen;
Overwegende dat de in deze beschikking vervatte maatregelen in overeenstemming zijn met het advies van het Permanent Planteziektenkundig Comité,
HEEFT DE VOLGENDE BESCHIKKING GEGEVEN:
Artikel 1
1. De Lid-Staten worden hierbij gemachtigd om voor fabrieksaardappelen voor menselijke consumptie van oorsprong uit Saoedi-Arabië afwijkingen van artikel 4, lid 1, van Richtlijn 77/93/EEG toe te staan met betrekking tot de in bijlage III, deel A, punt 12, bij die richtlijn vastgestelde verbodsbepalingen, en van artikel 5, lid 1, en artikel 12, lid 1, onder a), derde streepje, van voornoemde richtlijn met betrekking tot de in bijlage IV, deel A, rubriek I, punt 25.2. van die richtlijn vastgestelde eisen, mits aan de in lid 2 vastgestelde voorwaarden wordt voldaan.
2. Er moet aan de volgende specifieke voorwaarden zijn voldaan:
a) de aardappelen moeten fabrieksaardappelen voor menselijke consumptie zijn;
b) de aardappelen moeten in het gebied Hail in het noordwesten van Saoedi-Arabië zijn geteeld;
c) de aardappelen moeten ten minste 50 mm groot zijn;
d) de aardappelen moeten bij tijdens het groeiseizoen verrichte controles en bij onderzoek van bodem- en gewasmonsters, naar gelang van het geval, vrij zijn bevonden van de schadelijke organismen Globodera pallida (Stone) Behrens, Globodera rostochiensis (Wollenweber) Behrens, Clavibacter michiganensis Smith (Davis) et al ssp. sepedonicus (Spieckermann et Kotthof) Davis et al., Pseudomonas solanacearum (Smith) Smith, Potato spindle tuber viroid, potato stolbur mycoplasm, en Synchytrium endobioticum (Schilbersky) Percival;
e) de aardappelen moeten tot rassen behoren waarvan Saoedi-Arabië het pootgoed uitsluitend uit Lid-Staten heeft ingevoerd;
f) de aardappelen moeten rechtstreeks uit pootgoed zijn geteeld dat in een van de Lid-Staten is gecertificeerd en aan Saoedi-Arabië is geleverd;
g) de aardappelen moeten op grond zijn geteeld, waarop nooit eerder aardappelen zijn geteeld en die wordt geïrrigeerd met water uit diepgelegen putten;
h) de aardappelen moeten met machines zijn behandeld, die uitsluitend voor die aardappelen worden gebruikt, of die na gebruik voor andere doeleinden op adequate wijze zijn gedesinfecteerd;
i) de aardappelen moeten in nieuwe opslagplaatsen zijn bewaard, waar nooit eerder aardappelen zijn bewaard;
j) de aardappelen moeten vrij zijn van aarde, van bladeren en van andere planteresten;
k) de aardappelen moeten zijn verpakt in nieuwe zakken: op elke zak of elke recipiënt moet een officieel etiket zijn aangebracht met de in de bijlage bedoelde informatie;
l) de krachtens artikel 12 van Richtlijn 77/93/EEG te verrichten controles moeten zijn uitgevoerd door de in vorengenoemde richtlijn bedoelde verantwoordelijke officiële instanties, bijgestaan door de in artikel 19 bis van die richtlijn bedoelde deskundigen, en volgens de daarin vastgelegde procedure;
m) de aardappelen dienen via door de Lid-Staat van invoer aangegeven plaatsen van binnenkomst te worden ingevoerd;
n) elke invoer in een Lid-Staat moet lang genoeg van tevoren door de importeur van de bovenbedoelde verantwoordelijke officiële instanties van de betrokken Lid-Staat zijn gemeld; daarbij worden de volgende gegevens medegedeeld:
- het soort materiaal,
- de hoeveelheid,
- de datum waarop de invoer zal plaatsvinden en de plaats van binnenkomst,
- de onder o) bedoelde inrichtingen.
De importeur dient, voordat hij de produkten binnenbrengt, officieel van de onder a) tot en met s) vastgestelde voorwaarden in kennis te zijn gesteld;
o) de aardappelen worden, uitsluitend in de verwerkingsinrichtingen die daartoe door de bovenbedoelde verantwoordelijke officiële instanties zijn erkend en geregistreerd, voor menselijke consumptie verwerkt, overeenkomstig de voorwaarden onder p);
p) de verwerkingsinrichtingen worden erkend als bedoeld onder o) wanneer de garantie bestaat, dat het afval van de verwerking van de krachtens deze beschikking ingevoerde aardappelen wordt verwijderd overeenkomstig de bepalingen onder r), en wanneer de garantie bestaat, dat de aardappelen van iedere partij die wordt binnengebracht apart en in één keer wordt verwerkt, of dat, wanneer zij te zamen met aardappelen van andere herkomsten worden verwerkt, het afval ook wordt verwijderd overeenkomstig het bepaalde onder r). De aardappelen worden so snel mogelijk na invoer en in ieder geval binnen twee maanden na invoer verwerkt;
q) de aardappelen worden in verzegelde recipiënten vervoerd van de plaats van binnenkomst, en rechtstreeks en onmiddellijk, onder toezicht van de bovenbedoelde verantwoordelijke instanties, aan een van de onder o) bedoelde verwerkingsinrichtingen geleverd; wanneer het punt van binnenkomst en de onder o) genoemde verwerkingsinrichtingen in een verschillende Lid-Staat zijn gelegen, dienen tussen de verantwoordelijke instanties de nodige contacten te bestaan waardoor ervoor kan worden gezorgd dat het vervoer van de aardappelen te allen tijde onder officieel toezicht geschiedt;
r) het afval van de verwerking van de krachtens deze beschikking ingevoerde aardappelen wordt overeenkomstig de onderstaande bepalingen verwijderd om te voorkomen dat schadelijke organismen zich verspreiden:
- afval van de verwerking van aardappelen (waaronder uitschot en schillen) en andere vaste afvalstoffen in verband met de aardappelen worden verwijderd door - diepe ingraving op een officieel erkend afvalverwijderingsterrein waar geen risico van doorsijpeling in landbouwgrond of van contact met andere waterbronnen die voor irrigatie van landbouwgrond kunnen worden gebruikt, bestaat. Het afval wordt rechtstreeks naar het erkende terrein overgebracht op zodanige wijze dat verlies onderweg uitgesloten is,
of - verbranding;
- vloeibare afvalstoffen:
op vloeibare afvalstoffen met vaste stoffen in suspensie worden eerst filtreer- of bezinkingsprocédés toegepast om dergelijke vaste stoffen te verwijderen. Deze vaste stoffen worden verwijderd als hierboven beschreven (eerste streepje). De vloeibare afvalstoffen worden vervolgens - verhit tot 80 °C gedurende ten minste 60 minuten, of aangezuurd tot pH1, voordat zij worden verwijderd,
of - afgevoerd in estuaria of wateren met getijstroming,
of - anderszins verwijderd na officiële goedkeuring en onder officieel toezicht, om te voorkomen dat het afval in aanraking komt met landbouwgrond. Nadere gegevens hierover worden aan de andere Lid-Staten en aan de Commissie medegedeeld;
s) alle opslagruimten, apparatuur, verpakkingen en voertuigen die met de ingevoerde aardappelen of de van de aardappelen afkomstige aarde in aanraking zijn gekomen, moeten na gebruik en voor hergebruik worden gereinigd en gedesinfecteerd met daarvoor bestemde ontsmettingsmiddelen of, indien nodig, worden verwijderd als beschreven onder r), eerste streepje;
t) de bovenbedoelde officiële verantwoordelijke instanties controleren de afvalverwijdering en de ontsmetting in de erkende verwerkingsinrichtingen en, zo nodig, elders, gedurende de verwerking van de ingevoerde aardappelen en gedurende de periode na de verwerking, zolang de afvalverwijdering voortduurt, om na te gaan of de bepalingen onder r) en s) in acht zijn genomen; de controle wordt verricht met medewerking van de in artikel 19 bis van Richtlijn 77/93/EEG genoemde deskundigen.
Artikel 2
Telkens wanneer de Lid-Staten van de bij artikel 1 verleende machtiging gebruik maken, delen zij dit aan de Commissie en aan andere Lid-Staten mee. Zij doen de Commissie en de andere Lid-Staten vóór 1 september 1995 gegevens toekomen over de op grond van deze beschikking ingevoerde hoeveelheden, alsmede een gedetailleerd technisch verslag over de in artikel 1, lid 2, onder t), bedoelde officiële controle; van elk fytosanitair certificaat wordt aan de Commissie een afschrift gezonden.
Artikel 3
1. De bij artikel 1 verleende machtiging geldt van 1 juni 1995 tot en met 15 juli 1995.
2. De machtiging wordt ingetrokken indien blijkt dat de bij artikel 1, lid 2, vastgestelde voorwaarden niet toereikend zijn om het binnenbrengen van schadelijke organismen te voorkomen of dat niet aan de voorwaarden is voldaan.
Artikel 4
Deze beschikking is gericht tot de Lid-Staten.
Gedaan te Brussel, 20 juni 1995.
Voor de Commissie Franz FISCHLER Lid van de Commissie
BIJLAGE
OP HET ETIKET TE VERMELDEN INFORMATIE
(Als bedoeld in artikel 1, lid 2, onder k)) 1. Naam van de instantie die het etiket afgeeft.
2. Naam van de organisatie van exporteurs.
3. Vermelding "fabrieksaardappelen voor menselijke consumptie".
4. Groottesortering.
5. Opgegeven nettogewicht.
6. Vermelding "in overeenstemming met de EG-voorschriften 1995".
7. Produktiegebied.