Verordening (EG) nr. 748/95 van de Raad van 31 maart 1995 houdende verdeling over de Lid-Staten van de vangstquota voor 1995 voor vaartuigen die vissen in de exclusieve economische zone van Noorwegen en in de visserijzone rond Jan Mayen
Verordening (EG) nr. 748/95 van de Raad van 31 maart 1995 houdende verdeling over de Lid-Staten van de vangstquota voor 1995 voor vaartuigen die vissen in de exclusieve economische zone van Noorwegen en in de visserijzone rond Jan Mayen
VERORDENING (EG) Nr. 748/95 VAN DE RAAD van 31 maart 1995 houdende verdeling over de Lid-Staten van de vangstquota voor 1995 voor vaartuigen die vissen in de exclusieve economische zone van Noorwegen en in de visserijzone rond Jan Mayen
DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,
Gelet op Verordening (EEG) nr. 3760/92 van de Raad van 20 december 1992 tot instelling van een communautaire regeling voor de visserij en de aquacultuur (1), inzonderheid op artikel 8, lid 4,
Gezien het voorstel van de Commissie,
Overwegende dat de Gemeenschap en Noorwegen overleg hebben gepleegd over hun wederzijdse visserijrechten voor 1995 en met name over de vangstquota voor vaartuigen van de Gemeenschap in de visserijzone van Noorwegen;
Overwegende dat op grond van de artikelen 96 en 124 van de Akte van Toetreding van Oostenrijk, Finland en Zweden de visserijovereenkomsten van de Republiek Finland en het Koninkrijk Zweden met derde landen door de Gemeenschap zullen worden beheerd;
Overwegende dat volgens de procedure die is vastgesteld in de visserijovereenkomst van 9 december 1976 tussen het Koninkrijk Zweden en het Koninkrijk Noorwegen de Gemeenschap namens Zweden overleg met Noorwegen heeft gevoerd over de Zweedse visserijrechten voor 1995;
Overwegende dat volgens de procedure die is vastgesteld in de visserijovereenkomst van 29 december 1976 tussen de Republiek Finland en het Koninkrijk Noorwegen de Gemeenschap namens Finland overleg met Noorwegen heeft gevoerd over de Finse visserijrechten voor 1995;
Overwegende dat voor een doeltreffend beheer van al deze vangstmogelijkheden de beschikbare hoeveelheden over de Lid-Staten dienen te worden verdeeld door de vaststelling van quota overeenkomstig artikel 8 van Verordening (EEG) nr. 3760/92;
Overwegende dat bij Verordening (EG) nr. 3377/94 (2) slechts een verdeling over de Lid-Staten van de vangstquota voor hun vissersvaartuigen in de Noorse wateren is vastgesteld voor de periode tot en met 31 maart 1995; dat die verordening daarom ingetrokken moet worden;
Overwegende dat voor de in deze verordening bedoelde visserijactiviteiten de controlemaatregelen gelden die zijn vastgesteld in Verordening (EEG) nr. 2847/93 van de Raad van 12 oktober 1993 tot invoering van een controleregeling voor het gemeenschappelijk visserijbeleid (3),
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
Tot en met 31 december 1995 mogen vaartuigen die de vlag van een Lid-Staat voeren:
- in de exclusieve economische zone van Noorwegen in de wateren benoorden 60°00′ noorderbreedte en in de visserijzone rond Jan Mayen vissen met inachtneming van de in bijlage I vermelde quota;
- in de exclusieve economische zone van Noorwegen in de wateren bezuiden 62°00′ noorderbreedte vissen met inachtneming van de in bijlage II vastgestelde quota.
Artikel 2
Verordening (EG) nr. 3377/94 wordt ingetrokken.
Artikel 3
Deze verordening treedt in werking op 1 april 1995.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke Lid-Staat.
Gedaan te Brussel, 31 maart 1995.
Voor de Raad De Voorzitter F. BAYROU
BIJLAGE I
>RUIMTE VOOR DE TABEL>
BIJLAGE II
>RUIMTE VOOR DE TABEL>