Home

Verordening (EG) nr. 1278/95 van de Commissie van 6 juni 1995 tot vaststelling van de derde wijziging van Verordening (EEG) nr. 586/93 houdende afwijking van de bepalingen inzake het gehalte aan vluchtige zuren van bepaalde wijnen

Verordening (EG) nr. 1278/95 van de Commissie van 6 juni 1995 tot vaststelling van de derde wijziging van Verordening (EEG) nr. 586/93 houdende afwijking van de bepalingen inzake het gehalte aan vluchtige zuren van bepaalde wijnen

VERORDENING (EG) Nr. 1278/95 VAN DE COMMISSIE van 6 juni 1995 tot vaststelling van de derde wijziging van Verordening (EEG) nr. 586/93 houdende afwijking van de bepalingen inzake het gehalte aan vluchtige zuren van bepaalde wijnen

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EEG) nr. 822/87 van de Raad van 16 maart 1987 houdende een gemeenschappelijke ordening van de wijnmarkt (1), als gewijzigd bij de Akte van Toetreding van Oostenrijk, Finland en Zweden en bij Verordening (EG) nr. 3290/94 van 22 december 1994 (2), en met name op artikel 66, lid 4,

Overwegende dat in artikel 66 van Verordening (EEG) nr. 822/87 het maximumgehalte aan vluchtige zuren voor wijn is vastgesteld; dat tot afwijkingen kan worden besloten voor bepaalde v.q.p.r.d.'s; dat bepaalde tot deze categorie behorende v.q.p.r.d.'s van oorsprong uit Oostenrijk als gevolg van bijzondere bereidingsmethoden en een hoog alcoholgehalte, een hoger gehalte aan vluchtige zuren hebben dan is vastgesteld in artikel 66 van Verordening (EEG) nr. 822/87; dat, opdat bovenbedoelde wijnen verder bereid kunnen worden volgens de traditionele methoden waardoor zij hun kenmerkende eigenschappen verkrijgen, afgeweken dient te worden van artikel 66, lid 1, van Verordening (EEG) nr. 822/87;

Overwegende dat deze afwijkende bepaling duidelijkheidshalve dient te worden opgenomen in Verordening (EEG) nr. 586/93 van de Commissie (3), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1243/95 (4), die alle toegestane afwijkingen wat betreft het gehalte aan vluchtige zuren bevat;

Overwegende dat vóór de toetreding van Oostenrijk het maximumgehalte aan vluchtige zuren voor de genoemde v.q.p.r.d.'s in dat land reeds hoger was dan is vastgesteld in genoemd artikel 66; dat, om een breuk in de regelgeving te voorkomen, deze verordening van toepassing moet zijn vanaf de datum van inwerkingtreding van de Akte van Toetreding van Oostenrijk, Finland en Zweden;

Overwegende dat de in deze verordening vervatte maatregelen in overeenstemming zijn met het advies van het Comité van beheer voor wijn,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

In artikel 1 van Verordening (EEG) nr. 586/93 wordt punt "d)" punt "e)", en wordt na punt c) het volgende punt d) ingevoegd:

"d) voor Oostenrijkse wijnen:

- 30 milli-equivalent per liter voor v.q.p.r.d. die voldoet aan de voorwaarden om met de vermeldingen "Ausbruch", "Beerenauslese", "Trockenbeerenauslese", "Eiswein" en "Strohwein" te worden aangeduid;".

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de derde dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen.

Zij is van toepassing met ingang van 1 januari 1995.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke Lid-Staat.

Gedaan te Brussel, 6 juni 1995.

Voor de Commissie Franz FISCHLER Lid van de Commissie