Home

Verordening (EG) nr. 3076/95 van de Raad van 22 december 1995 houdende verdeling over de Lid-Staten van de vangstquota voor 1996 voor vaartuigen die vissen in de exclusieve economische zone van Noorwegen en in de visserijzone rond Jan Mayen

Verordening (EG) nr. 3076/95 van de Raad van 22 december 1995 houdende verdeling over de Lid-Staten van de vangstquota voor 1996 voor vaartuigen die vissen in de exclusieve economische zone van Noorwegen en in de visserijzone rond Jan Mayen

Verordening (EG) nr. 3076/95 van de Raad van 22 december 1995 houdende verdeling over de Lid-Staten van de vangstquota voor 1996 voor vaartuigen die vissen in de exclusieve economische zone van Noorwegen en in de visserijzone rond Jan Mayen

Publicatieblad Nr. L 330 van 30/12/1995 blz. 0051 - 0053


 

VERORDENING (EG) Nr. 3076/95 VAN DE RAAD

van 22 december 1995

houdende verdeling over de Lid-Staten van de vangstquota voor 1996 voor vaartuigen die vissen in de exclusieve economische zone van Noorwegen en in de visserijzone rond Jan Mayen

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EEG) nr. 3760/92 van de Raad van 20 december 1992 tot invoering van een communautaire regeling voor de visserij en de aquacultuur (1), inzonderheid op artikel 8, lid 4,

Gezien het voorstel van de Commissie,

Overwegende dat de Gemeenschap en Noorwegen overleg hebben gepleegd over hun wederzijdse visserijrechten voor 1996 en met name over de vangstquota voor vaartuigen van de Gemeenschap in de visserijzone van Noorwegen;

Overwegende dat op grond van de artikelen 96 en 124 van de Toetredingsakte van 1994 de visserijovereenkomsten van de Republiek Finland en het Koninkrijk Zweden met derde landen door de Gemeenschap worden beheerd;

Overwegende dat volgens de procedure die is vastgesteld in de visserijovereenkomst van 9 december 1976 tussen het Koninkrijk Zweden en het Koninkrijk Noorwegen, de Gemeenschap namens Zweden overleg met Noorwegen heeft gevoerd over de Zweedse visserijrechten voor 1996;

Overwegende dat dit overleg nog niet is afgerond en begin 1996 zal worden hervat;

Overwegende dat voor een doeltreffend beheer van al deze vangstmogelijkheden de beschikbare hoeveelheden over de Lid-Staten dienen te worden verdeeld door de vaststelling van quota overeenkomstig artikel 8 van Verordening (EEG) nr. 3760/92;

Overwegende dat voor de in deze verordening bedoelde visserijactiviteiten de controlemaatregelen gelden die zijn vastgesteld in Verordening (EEG) nr. 2847/93 van de Raad van 12 oktober 1993 tot invoering van een controleregeling voor het gemeenschappelijk visserijbeleid (2),

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

1. Van 1 januari tot en met 31 december 1996 mogen vaartuigen die de vlag van een Lid-Staat voeren

- in de exclusieve economische zone van Noorwegen in de wateren benoorden 62° 00′ noorderbreedte en in de visserijzone rond Jan Mayen vissen met inachtneming van de in bijlage I vermelde quota;

- in de exclusieve economische zone van Noorwegen in de wateren bezuiden 62° 00′ noorderbreedte vissen met inachtneming van de in bijlage II vastgestelde quota.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op 1 januari 1996.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke Lid-Staat.

Gedaan te Brussel, 22 december 1995.

Voor de Raad

De Voorzitter

L. ATIENZA SERNA

(1) PB nr. L 389 van 31. 12. 1992, blz. 1. Verordening gewijzigd bij de Toetredingsakte van 1994.

(2) PB nr. L 261 van 20. 10. 1993, blz. 1.

BIJLAGE I

Verdeling van de in artikel 1 bedoelde vangstquota van de Gemeenschap in de Noorse wateren voor 1996

(Noorse wateren benoorden 62°00′ noorderbreedte)

>RUIMTE VOOR DE TABEL>

BIJLAGE II

Verdeling van de in artikel 1 bedoelde vangstquota van de Gemeenschap in de Noorse wateren voor 1996

(Noorse wateren bezuiden 62°00′ noorderbreedte)

>RUIMTE VOOR DE TABEL>