Verordening (EG) nr. 875/96 van de Commissie van 14 mei 1996 tot wijziging van Verordening (EEG) nr. 1442/93 houdende bepalingen ter toepassing van de regeling voor de invoer van bananen in de Gemeenschap (Voor de EER relevante tekst)
Verordening (EG) nr. 875/96 van de Commissie van 14 mei 1996 tot wijziging van Verordening (EEG) nr. 1442/93 houdende bepalingen ter toepassing van de regeling voor de invoer van bananen in de Gemeenschap (Voor de EER relevante tekst)
Verordening (EG) nr. 875/96 van de Commissie van 14 mei 1996 tot wijziging van Verordening (EEG) nr. 1442/93 houdende bepalingen ter toepassing van de regeling voor de invoer van bananen in de Gemeenschap (Voor de EER relevante tekst)
Publicatieblad Nr. L 118 van 15/05/1996 blz. 0014 - 0016
VERORDENING (EG) Nr. 875/96 VAN DE COMMISSIE van 14 mei 1996 tot wijziging van Verordening (EEG) nr. 1442/93 houdende bepalingen ter toepassing van de regeling voor de invoer van bananen in de Gemeenschap (Voor de EER relevante tekst)
DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,
Gelet op Verordening (EEG) nr. 404/93 van de Raad van 13 februari 1993 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector bananen (1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 3290/94 (2), en met name op artikel 20,
Overwegende dat overeenkomstig artikel 9, lid 3, van Verordening (EEG) nr. 1442/93 van de Commissie (3), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1164/95 (4), op alle voor een bepaalde oorsprong ingediende invoercertificaataanvragen een verminderingspercentage wordt toegepast indien de som van de voor deze oorsprong gevraagde hoeveelheden de indicatieve hoeveelheid die voor het betrokken kwartaal voor die oorsprong is vastgesteld, aanzienlijk overtreft; dat, ter bescherming van de belangen van de kleine marktdeelnemers die zich tot een bepaalde oorsprong beperken, deze vermindering niet geldt voor aanvragen die betrekking hebben op een hoeveelheid van ten hoogste 150 ton, voor zover de hoeveelheid die voor het lopende jaar beschikbaar is, niet is opgebruikt; dat, om oneigenlijk gebruik van deze maatregel en de indiening van een niet te rechtvaardigen aantal dergelijke aanvragen te voorkomen, een maximum per oorsprong dient te worden vastgesteld bij overschrijding waarvan het verminderingspercentage toch wordt toegepast; dat dit maximum echter niet dient te gelden voor de door nieuwe marktdeelnemers in het kader van categorie C ingediende aanvragen;
Overwegende dat elke marktdeelnemer van categorie C immers momenteel in het kader van het tariefcontingent rechten verkrijgt voor de invoer van geringe jaarlijkse hoeveelheden die hij trouwens volledig kan gebruiken voor een enkele invoercertificaataanvraag; dat het daarom dienstig is geen verminderingspercentage toe te passen op de aanvragen om certificaten van categorie C, op voorwaarde evenwel dat het aandeel dat voor de betrokken oorsprong is vastgesteld, niet wordt overschreden;
Overwegende dat in artikel 10, lid 3, en artikel 17, lid 4, van Verordening (EEG) nr. 1442/93 is bepaald op welke voorwaarden certificaten van nieuwe toewijzing worden afgegeven voor de niet-gebruikte hoeveelheden van certificaten die in een eerder kwartaal van hetzelfde jaar zijn afgegeven; dat het feit dat traditionele hoeveelheden per ACS-Staat en aandelen voor bepaalde bananen leverende landen op groepen van dergelijke landen worden bepaald op grond van de kaderovereenkomst over bananen die tijdens de multilaterale handelsbesprekingen van de Uruguay-Ronde is gesloten, ertoe leidt dat verminderingspercentages per oorsprong worden vastgesteld; dat een goed beheer van deze hoeveelheden derhalve meebrengt dat het certificaat van nieuwe toewijzing voor dezelfde oorsprong moet worden aangevraagd en afgegeven als het eerste certificaat dat in zijn geheel of gedeeltelijk niet is gebruikt;
Overwegende dat de eisen die worden gesteld in het kader van het kwartaalbeheer van de afzonderlijke aandelen die bij Verordening (EEG) nr. 404/93 voor elk van de Windward Islands zijn vastgesteld, aanzienlijke problemen opleveren voor deze ACS-produktieregio's gezien de produktie- en afzetomstandigheden aldaar en het feit dat het voor deze regio's moeilijk is om periodieke regelmatige verzendingen te organiseren; dat het gerechtvaardigd is op hun verzoek in te gaan en te bepalen dat invoercertificaten worden afgegeven voor bananen van oorsprong uit de "Windward Islands"; dat de indicatieve hoeveelheden die overeenkomstig artikel 14 van Verordening (EEG) nr. 1442/93 per kwartaal worden vastgesteld, derhalve betrekking dienen te hebben op het geografische gebied "Windward Islands"; dat voor de inachtneming op jaarbasis van het aandeel van elk van deze ACS-landen dient te worden gezorgd door de werkelijke oorsprong van de produkten te controleren bij het in het vrije verkeer brengen ervan en door de certificaten van oorsprong te volgen die door de autoriteiten van de bananen leverende regio's worden afgegeven;
Overwegende dat het in het licht van de ervaring ook dienstig is de voor de invoer van de traditionele ACS-hoeveelheden vastgestelde kwartaalhoeveelheden op een meer flexibele wijze te beheren overeenkomstig de procedures die worden gevolgd in het kader van het in artikel 18 van Verordening (EEG) nr. 404/93 bedoelde tariefcontingent;
Overwegende dat het, aangezien tussen Commissie en Lid-Staten tal van mededelingen plaatsvinden en in voorkomend geval sommige gegevens moeten worden geverifieerd, aanbeveling verdient de in elk kwartaal geldende uiterste datum voor de afgifte van de invoercertificaten enkele dagen te verschuiven;
Overwegende dat het bedrag van de zekerheid voor het invoercertificaat moet worden aangepast in verband met de wijziging die de waarde in ecu van sommige prijzen en bedragen heeft ondergaan om de effecten te neutraliseren van de afschaffing van de correctiefactor die tot en met 31 januari 1995 werd toegepast op de in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid gebruikte omrekeningskoersen;
Overwegende dat de in deze verordening vervatte maatregelen in overeenstemming zijn met het advies van het Comité van beheer voor bananen,
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
Verordening (EEG) nr. 1442/93 wordt als volgt gewijzigd:
1. In artikel 9, lid 3, eerste alinea, wordt de laatste zin vervangen door:
"Deze vermindering wordt evenwel niet toegepast voor:
- aanvragen om certificaten van de categorieën A en B die betrekking hebben op een hoeveelheid van niet meer dan 150 ton, voor zover voor een bepaalde oorsprong de totale hoeveelheid waarvoor dergelijke aanvragen zijn ingediend, niet groter is dan 15 % van de totale gevraagde hoeveelheid;
- aanvragen om certificaten van categorie C.".
2. In artikel 10, lid 3, wordt de eerste alinea vervangen door:
"De niet-gebruikte hoeveelheden van een certificaat worden op verzoek aan dezelfde marktdeelnemer, al naar het geval de oorspronkelijke houder of de cessionaris, en voor dezelfde oorsprong weer toegewezen in een later kwartaal doch in het jaar van afgifte van het eerste certificaat.".
3. In artikel 11, lid 1, wordt "21e" vervangen door "23e".
4. Artikel 14 wordt als volgt gewijzigd:
a) lid 1 wordt vervangen door:
"1. Voor de traditionele hoeveelheden bananen van oorsprong uit de ACS-Staten in de zin van artikel 15 bis van Verordening (EEG) nr. 404/93 worden op grond van de in artikel 9, lid 1, genoemde criteria indicatieve hoeveelheden per kwartaal voor de afgifte van de invoercertificaten vastgesteld.
Voor Santa Lucia, Sint-Vincent en de Grenadinen, Dominica en Grenada wordt één gezamenlijke indicatieve hoeveelheid per kwartaal met de vermelding "Windward Islands" vastgesteld.";
b) lid 3 wordt geschrapt;
c) lid 4 wordt vervangen door:
"4. De certificaataanvraag komt in aanmerking indien:
a) zij vergezeld gaat van het origineel van een door de bevoegde autoriteiten van het betrokken ACS-land opgesteld certificaat waarin de oorsprong van de bananen wordt bevestigd, overeenkomstig het in bijlage III opgenomen model;
b) de volgende vermeldingen erop zijn aangebracht:
- in het vak "Nota's" en in vak 24 de vermelding "Traditionele ACS-bananen - Verordening (EEG) nr. 404/93",
- in vak 8 het land van oorsprong; voor produkten van oorsprong uit Santa Lucia, Sint-Vincent en de Grenadinen, Dominica en Grenada mag in vak 8 van de aanvraag echter de vermelding "Windward Islands" worden aangebracht;
c) zij betrekking heeft op een hoeveelheid die niet groter is dan de hoeveelheid die in de bijlage bij Verordening (EEG) nr. 404/93 voor het betrokken ACS-land is vastgesteld.";
d) het volgende lid 5 wordt toegevoegd:
"5. Het invoercertificaat bevat de in lid 4 genoemde vermeldingen en verplicht ertoe in te voeren uit het in vak 8 vermelde land van oorsprong. Een invoercertificaat dat in vak 8 de vermelding "Windward Islands" bevat, verplicht ertoe in te voeren uit een van de in lid 4, onder b), tweede streepje, genoemde ACS-landen.".
5. Artikel 15 wordt vervangen door:
"Artikel 15
Traditionele ACS-bananen mogen slechts tegen overlegging van het origineel van een door de bevoegde autoriteiten van het betrokken land opgesteld certificaat van oorsprong EUR-1 waarin de oorsprong van de bananen wordt bevestigd, in het vrije verkeer worden gebracht.
Wanneer een invoercertificaat wordt overgelegd dat in vak 8 de vermelding "Windward Islands" bevat, schrijven de bevoegde diensten de in het vrije verkeer gebrachte hoeveelheid af op de achterzijde van dit certificaat en vermelden zij aldaar de precieze oorsprong van het produkt zoals deze blijkt uit het overgelegde certificaat van oorsprong.".
6. Artikel 16 wordt als volgt gewijzigd:
a) in lid 1 worden de eerste en de tweede alinea vervangen door:
"De bevoegde nationale autoriteiten stellen de Commissie binnen twee werkdagen na het verstrijken van de termijn voor de indiening van de invoercertificaataanvragen in kennis van de hoeveelheden waarvoor certificaataanvragen zijn ingediend, waarbij zij de in vak 8 voorkomende opgave van de oorsprong vermelden. Voor de "Windward Islands" moeten de hoeveelheden ook per eiland worden vermeld.
Zij geven de certificaten voor de in de aanvragen vermelde hoeveelheden en oorsprong af onder voorbehoud van de vaststelling van een uniform verminderingspercentage overeenkomstig lid 2.";
b) lid 2 wordt vervangen door:
"2. Indien voor een bepaald kwartaal en voor een bepaalde oorsprong de hoeveelheden waarvoor invoercertificaataanvragen zijn ingediend, de vastgestelde indicatieve hoeveelheid aanzienlijk overtreffen, wordt een uniform verminderingspercentage vastgesteld dat moet worden toegepast op elke invoercertificaataanvraag waarin deze oorsprong is vermeld.
Indien de gevraagde hoeveelheden groter zijn dan de traditionele hoeveelheid die voor een bepaalde oorsprong beschikbaar is, bepaalt de Commissie een verminderingspercentage dat moet worden toegepast op elke aanvraag voor deze oorsprong.".
7. Artikel 17 wordt als volgt gewijzigd:
a) in lid 1 wordt "21e" vervangen door "23e";
b) in lid 4 wordt de eerste alinea vervangen door:
"De niet-gebruikte hoeveelheden van een certificaat worden op verzoek aan dezelfde marktdeelnemer, al naar het geval de oorspronkelijke houder of de cessionaris, en voor dezelfde oorsprong weer toegewezen in een later kwartaal doch in het jaar van afgifte van het eerste certificaat.".
8. In artikel 19 wordt het bedrag "15 ecu" vervangen door "18,11 ecu".
9. De in bijlage I voor België, Denemarken en Portugal vermelde bevoegde autoriteiten worden vervangen door:
"- BELGIË
Belgisch Interventie- en Restitutiebureau
Trierstraat 82
B-1040 Brussel
- DENEMARKEN
EU-Direktoratet
Kampmannsgade 3
DK-1780 København V
- PORTUGAL
Ministério da Economia
Direcção Geral do Comércio
Direcção de Serviços de Licenciamento do Comércio Externo
Av. da República, 79
P-1094 Lisboa Codex".
Artikel 2
Deze verordening treedt in werking op de derde dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen.
Zij is voor het eerst van toepassing voor de invoercertificaataanvragen die worden ingediend voor het derde kwartaal van 1996.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke Lid-Staat.
Gedaan te Brussel, 14 mei 1996.
Voor de Commissie
Franz FISCHLER
Lid van de Commissie
(1) PB nr. L 47 van 25. 2. 1993, blz. 1.
(2) PB nr. L 349 van 31. 12. 1994, blz. 105.
(3) PB nr. L 142 van 12. 6. 1993, blz. 6.
(4) PB nr. L 117 van 24. 5. 1995, blz. 14.