Home

Verordening (EG) nr. 1264/96 van de Commissie van 1 juli 1996 houdende wijziging van Verordening (EEG) nr. 3886/92 tot vaststelling van de uitvoeringsbepalingen inzake de premieregeling in de rundvleessector

Verordening (EG) nr. 1264/96 van de Commissie van 1 juli 1996 houdende wijziging van Verordening (EEG) nr. 3886/92 tot vaststelling van de uitvoeringsbepalingen inzake de premieregeling in de rundvleessector

Verordening (EG) nr. 1264/96 van de Commissie van 1 juli 1996 houdende wijziging van Verordening (EEG) nr. 3886/92 tot vaststelling van de uitvoeringsbepalingen inzake de premieregeling in de rundvleessector

Publicatieblad Nr. L 163 van 02/07/1996 blz. 0022 - 0023


VERORDENING (EG) Nr. 1264/96 VAN DE COMMISSIE van 1 juli 1996 houdende wijziging van Verordening (EEG) nr. 3886/92 tot vaststelling van de uitvoeringsbepalingen inzake de premieregeling in de rundvleessector

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EEG) nr. 805/68 van de Raad van 27 juni 1968 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector rundvlees (1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 894/96 (2), en met name op de artikelen 4b, lid 8, 4d, lid 8, en 4j, lid 3,

Overwegende dat overeenkomstig artikel 8 van Verordening (EEG) nr. 3886/92 van de Commissie (3), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 999/96 (4), de speciale slachtpremie voor dieren die op het ogenblik van de slacht ouder zijn dan 22 maanden niet apart mag worden toegekend voor de eerste leeftijdstranche in de zin van artikel 2, lid 2, van genoemde verordening; dat om een verschil met de algemene regeling inzake de toekenning van de speciale premie te voorkomen toch in deze mogelijkheid moet worden voorzien; dat voorts moet worden bepaald dat deze bepaling met ingang van het kalenderjaar 1996 wordt toegepast;

Overwegende dat de sancties voor gebruik of bezit van stoffen of produkten die niet zijn toegestaan krachtens de veterinaire wetgeving zijn verzwaard bij Verordening (EG) nr. 894/96 tot wijziging, betreffende sancties, van Verordening (EEG) nr. 805/68; dat het dienstig is de vaststelling van de duur van de sanctie in geval van recidive over te laten aan de Lid-Staten, die beter kunnen oordelen over de ernst van de overtreding;

Overwegende dat drie in Finland voorkomende rassen niet kunnen worden aangemerkt als vleesrassen; dat deze rassen bijgevolg moeten worden opgenomen in de in bijlage II bij Verordening (EEG) nr. 3886/92 vermelde lijst van rassen die niet voor de zoogkoeienpremie in aanmerking komen; dat het, om de omschakeling met betrekking tot deze rassen te vergemakkelijken, dienstig is om dieren van deze rassen tijdens een overgangsperiode nog in aanmerking te laten komen voor de premie;

Overwegende dat de in deze verordening vervatte maatregelen in overeenstemming zijn met het advies van het comité voor beheer van rundvlees,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Verordening (EEG) nr. 3886/92 van de Commissie wordt als volgt gewijzigd:

1. Aan artikel 15, punt c), eerste streepje, wordt de volgende alinea toegevoegd:

"voor dieren die op het ogenblik van de slacht ouder zijn dan 22 maanden, kennen de Lid-Staten de premie voor de eerste leeftijdstranche toe, wanneer deze dieren door dezelfde producent zijn aangehouden gedurende minstens twee maanden vanaf de twintigste levensmaand tot het ogenblik waarop zij worden geslacht of voor het eerst op de markt worden gebracht,".

2. Het volgende artikel wordt ingevoegd:

"Artikel 55 bis

Sancties voor het gebruik of bezit van stoffen of produkten die krachtens de voor de veterinaire sector relevante communautaire wetgeving niet toegestaan zijn

In geval van recidive in de zin van artikel 4j, lid 1, tweede alinea van Verordening (EEG) nr. 805/68 bepalen de Lid-Staten, naargelang van de ernst van de overtreding, de duur van de periode waarin de betrokken producent van de steunregelingen wordt uitgesloten.".

3. Artikel 58 wordt vervangen door:

"Artikel 58

Overgang naar de nieuwe regeling inzake de zoogkoeienpremie

In afwijking van het bepaalde in artikel 22 worden voor aanvragen voor de jaren 1997 en 1998 koeien van de in bijlage II vermelde rassen "Itäsuomenkarja", "Länsisuomenkarja" en "Pohjoissuomenkarja" aangemerkt als koeien van een vleesras.".

4. De in bijlage II vermelde lijst wordt aangevuld met de volgende rassen: "Itäsuomenkarja", "Länsisuomenkarja" en "Pohjoissuomenkarja".

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de derde dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen.

Zij is van toepassing op de aanvragen voor premierechten voor de kalenderjaren vanaf 1997. De bepalingen van:

- artikel 1, punt 1, zijn evenwel van toepassing vanaf 1 januari 1996,

- artikel 1, punt 2, zijn evenwel van toepassing vanaf 1 juli 1996.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke Lid-Staat.

Gedaan te Brussel, 1 juli 1996.

Voor de Commissie

Franz FISCHLER

Lid van de Commissie

(1) PB nr. L 148 van 28. 6. 1968, blz. 24.

(2) PB nr. L 125 van 23. 5. 1996, blz. 1.

(3) PB nr. L 391 van 31. 12. 1992, blz. 20.

(4) PB nr. L 134 van 5. 6. 1996, blz. 8.