Home

Verordening (EG) nr. 705/98 van de Commissie van 30 maart 1998 houdende wijziging van Verordening (EG) nr. 1466/95 tot vaststelling van de specifieke bepalingen inzake de toepassing van de uitvoerrestituties voor de sector melk en zuivelproducten

Verordening (EG) nr. 705/98 van de Commissie van 30 maart 1998 houdende wijziging van Verordening (EG) nr. 1466/95 tot vaststelling van de specifieke bepalingen inzake de toepassing van de uitvoerrestituties voor de sector melk en zuivelproducten

Verordening (EG) nr. 705/98 van de Commissie van 30 maart 1998 houdende wijziging van Verordening (EG) nr. 1466/95 tot vaststelling van de specifieke bepalingen inzake de toepassing van de uitvoerrestituties voor de sector melk en zuivelproducten

Publicatieblad Nr. L 098 van 31/03/1998 blz. 0006 - 0007


VERORDENING (EG) Nr. 705/98 VAN DE COMMISSIE van 30 maart 1998 houdende wijziging van Verordening (EG) nr. 1466/95 tot vaststelling van de specifieke bepalingen inzake de toepassing van de uitvoerrestituties voor de sector melk en zuivelproducten

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EEG) nr. 804/68 van de Raad van 27 juni 1968 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector melk en zuivelproducten (1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1587/96 (2), en met name op artikel 17, lid 14,

Overwegende dat bij Verordening (EG) nr. 1466/95 van de Commissie (3), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 2497/97 (4), de specifieke bepalingen inzake de toepassing van de uitvoerrestituties voor de sector melk en zuivelproducten zijn vastgesteld; dat bij Verordening (EG) nr. 1913/97 van de Commissie (5) houdende wijziging van Verordening (EG) nr. 1466/95, de toekenning van restituties voor de uitvoer van kaas is gedifferentieerd naar gelang van de zone van bestemming; dat daarbij is bepaald dat uitvoer naar de in het uitvoercertificaat vermelde bestemming verplicht is, maar wel een restitutie wordt betaald bij uitvoer naar een bestemming binnen dezelfde zone; dat de ervaring heeft aangetoond dat deze bepaling tot gevolg kan hebben dat de douanediensten weigeren het certificaat te accepteren wanneer de werkelijke bestemming verschilt van de bestemming die op het uitvoercertificaat is vermeld, zelfs als beide bestemmingen in dezelfde zone liggen; dat de betrokken bepaling derhalve dient te worden verduidelijkt;

Overwegende dat in artikel 12 van Verordening (EG) nr. 1466/95 bepalingen zijn opgenomen betreffende de wijze van berekening van de restituties voor zuivelproducten met toegevoegde suiker; dat er voor gecondenseerde zuivelproducten met toegevoegde suiker twee verschillende berekeningswijzen bestaan, gebaseerd op het vetgehalte van het product; dat, ter wille van de harmonisering en vereenvoudiging van de berekeningswijzen en van de nomenclatuur van de uitvoerrestituties, moet worden gewerkt met slechts één enkele methode waarbij de restitutie wordt bepaald per kilogram melkbestanddelen;

Overwegende dat het beheer van de restituties voor deze producten, en met name de maatregelen om te garanderen dat de in het kader van de GATT aangegane verbintenissen met betrekking tot de uitvoer, zou worden vergemakkelijkt door vaststelling van een maximaal sacharosegehalte waarvoor een restitutie kan worden toegekend; dat een gehalte van 40 gewichtspercenten (berekend over het volledige product) een voor deze producten representatief sacharosegehalte is;

Overwegende dat het Comité van beheer voor melk en zuivelproducten geen advies heeft uitgebracht binnen de door zijn voorzitter vastgestelde termijn,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Verordening (EG) nr. 1466/95 wordt als volgt gewijzigd:

1. Lid 2 van artikel 11 wordt vervangen door:

"2. Voor de in lid 1, tweede streepje, bedoelde certificaten wordt in vak 20 van de certificaataanvraag en van het certificaat de volgende vermelding aangebracht: "Certificaat voor de zone . . . als vastgesteld in artikel 11, lid 3, van Verordening (EG) nr. 1466/95.".

Wanneer het product de in vak 7 van het certificaat aangegeven bestemming niet heeft bereikt, wordt, in afwijking van artikel 21, lid 2, van Verordening (EEG) nr. 3665/87, de restitutie die voortvloeit uit artikel 20, lid 3, van Verordening (EEG) nr. 3665/87 betaald ingeval de werkelijke bestemming in dezelfde zone ligt.

Ingeval de werkelijke bestemming in een andere zone ligt, wordt geen restitutie toegekend.".

2. Artikel 12 wordt als volgt gewijzigd:

a) in lid 1, wordt punt b) vervangen door:

"b) een element voor de hoeveelheid toegevoegde sacharose tot een maximumhoeveelheid van 40 gewichtspercenten, berekend over het volledige product.";

b) De leden 2 en 3 worden vervangen door:

"2. Het lid 1, onder a), bedoelde element wordt berekend door het basisbedrag te vermenigvuldigen met het gehalte aan zuivelproducten van het betrokken product.

Het in de vorige alinea bedoelde basisbedrag is de voor 1 kg zuivelproduct in het volledige product vast te stellen restitutie.

3. Het in lid 1, onder b), bedoelde element wordt berekend door het basisbedrag van de restitutie die op de dag van indiening van de certificaataanvraag geldt voor de in artikel 1, lid 1, onder d), van Verordening (EEG) nr. 1785/81 van de Raad (*) bedoelde producten, te vermenigvuldigen met het sacharosegehalte van het volledige product, tot een maximum van 40 %.

(*) PB L 177 van 1. 7. 1981, blz. 4.".

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de dag van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen.

Zij is van toepassing met ingang van 1 april 1998 en geldt voor de vanaf die datum ingediende certificaataanvragen.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 30 maart 1998.

Voor de Commissie

Franz FISCHLER

Lid van de Commissie

(1) PB L 148 van 28. 6. 1968, blz. 13.

(2) PB L 206 van 16. 8. 1996, blz. 21.

(3) PB L 144 van 28. 6. 1995, blz. 22.

(4) PB L 345 van 16. 12. 1997, blz. 12.

(5) PB L 268 van 1. 10. 1997, blz. 27.