Besluit van de Raad van 14 december 2000 tot uitvoering van Gemeenschappelijk Optreden 1999/34/GBVB met het oog op een bijdrage van de Europese Unie aan de bestrijding van de destabiliserende accumulatie en verspreiding van handvuurwapens en lichte wapens in Zuid-Ossetië
Besluit van de Raad van 14 december 2000 tot uitvoering van Gemeenschappelijk Optreden 1999/34/GBVB met het oog op een bijdrage van de Europese Unie aan de bestrijding van de destabiliserende accumulatie en verspreiding van handvuurwapens en lichte wapens in Zuid-Ossetië
Besluit van de Raad
van 14 december 2000
tot uitvoering van Gemeenschappelijk Optreden 1999/34/GBVB met het oog op een bijdrage van de Europese Unie aan de bestrijding van de destabiliserende accumulatie en verspreiding van handvuurwapens en lichte wapens in Zuid-Ossetië
(2000/803/GBVB)
DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,
Gelet op het Verdrag betreffende de Europese Unie, en met name op artikel 23, lid 2,
Gelet op Gemeenschappelijk Optreden 1999/34/GBVB van de Raad van 17 december 1998 inzake de bijdrage van de Europese Unie aan de bestrijding van de destabiliserende accumulatie en verspreiding van handvuurwapens en lichte wapens(1), en met name op artikel 6,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) De ongecontroleerde accumulatie en verspreiding van handvuurwapens en lichte wapens vormt een bedreiging voor vrede en veiligheid, en beperkt de vooruitzichten voor een duurzame ontwikkeling, met name in Zuid-Ossetië.
(2) Dit besluit is bedoeld om uitvoering te geven aan Gemeenschappelijk Optreden 1999/34/GBVB en beoogt een financiële bijdrage te leveren aan de lokale politiediensten, in het kader van een programma met het doel dat die diensten de beschikking krijgen over uitrusting, nadat de door hen ingezamelde wapens vernietigd zijn.
(3) Deze financiële bijdrage zal worden gebruikt om de publieke opinie te winnen voor civiele ontwapening, de betrokkenheid van de civiele samenleving bij het inzamelen van wapens en het opruimen van de ingezamelde wapens te verstevigen en te vergroten, alsmede een klimaat van veiligheid, collectieve verantwoordelijkheid, verzoening en vertrouwen tussen de betrokken bevolkingsgroepen tot stand te brengen.
(4) De financiële bijdrage kan de rol van de Europese Unie en die van de OVSE bij de beslechting van een conflict versterken vooral nu de lidstaten van de OVSE werken aan een eigen inbreng betreffende handvuurwapens met het oog op de conferentie van de Verenigde Naties over de verschillende aspecten van de illegale handel in handvuurwapens en lichte wapens die in 2001 zou moeten plaatsvinden.
(5) De Commissie heeft ermee ingestemd een aantal taken op zich te nemen die noodzakelijk zijn voor de uitvoering van dit besluit,
BESLUIT:
Artikel 1
1. De Europese Unie levert een bijdrage aan de beheersing, de inzameling en de vernietiging van handvuurwapens en lichte wapens in Zuid-Ossetië.
2. Daartoe zal de Europese Unie in een eerste fase:
a) het gemeenschappelijk coördinatiecentrum van de gezamenlijke vredeshandhavingsstrijdkrachten in Zuid-Ossetië bijstaan bij het coördineren van de activiteiten van de Ossetische en Georgische ordehandhavingsinstanties en bij het gebruik van de gegevensbank betreffende de criminaliteit in Zuid-Ossetië;
b) het gemeenschappelijk onderzoekteam in Zuid-Ossetië bijstaan bij het verrichten van opsporingen op verzoek van de Ossetische en Georgische partijen;
c) de centra die belast zijn met de inzameling van handvuurwapens helpen om deze wapens in te zamelen en te vervoeren naar de opslagplaatsen waar zij zullen worden vernietigd.
3. In dat kader verstrekt de Europese Unie hulp in de vorm van uitrusting die zal worden verstrekt aan de in artikel 1, lid 2, bedoelde instanties.
4. Op aanbeveling van een lidstaat en/of de Commissie bepaalt de Raad welke andere projecten in het kader van deze bijdrage (op het gebied van handvuurwapens en lichte wapens) in de toekomst zullen worden gefinancierd.
Artikel 2
1. De Raad belast de Commissie met de uitvoering van dit besluit met het oog op het bereiken van het in artikel 1 gestelde doel.
2. De Commissie verwerft de in artikel 1, lid 3, bedoelde uitrusting. Zij ziet toe op de feitelijke levering en het gebruik daarvan en verricht een evaluatie. Zij evalueert ook of dit besluit goed is uitgevoerd.
3. De Commissie brengt verslag uit aan de Raad onder het gezag van het voorzitterschap, bijgestaan door de secretaris-generaal van de Raad, hoge vertegenwoordiger voor het GBVB.
4. In voorkomend geval werkt de Commissie bij de uitvoering van haar taken samen met de plaatselijke missies van de lidstaten.
Artikel 3
1. Het financieel referentiebedrag voor de in artikel 1 vermelde doelstellingen is 90000 EUR.
2. De met het in lid 1 vermelde bedrag gefinancierde uitgaven worden beheerd volgens de begrotingsprocedure en -voorschriften van de Gemeenschap.
Artikel 4
1. Dit besluit treedt in werking op de dag waarop het wordt aangenomen. Het verstrijkt op 14 december 2001.
2. Dit besluit wordt zes maanden na de datum van aanneming opnieuw bezien.
Artikel 5
Dit besluit wordt bekendgemaakt in het Publicatieblad.
Gedaan te Brussel, 14 december 2000.
Voor de Raad
De voorzitter
D. Gillot
(1) PB L 9 van 15.1.1999, blz. 1.