Besluit van de Raad van 12 maart 2001 tot uitvoering van Gemeenschappelijk Optreden 1999/34/GBVB met het oog op een bijdrage van de Europese Unie aan de bestrijding van de destabiliserende accumulatie en verspreiding van handvuurwapens en lichte wapens in Latijns-Amerika en het Caribisch gebied
Besluit van de Raad van 12 maart 2001 tot uitvoering van Gemeenschappelijk Optreden 1999/34/GBVB met het oog op een bijdrage van de Europese Unie aan de bestrijding van de destabiliserende accumulatie en verspreiding van handvuurwapens en lichte wapens in Latijns-Amerika en het Caribisch gebied
Besluit van de Raad
van 12 maart 2001
tot uitvoering van Gemeenschappelijk Optreden 1999/34/GBVB met het oog op een bijdrage van de Europese Unie aan de bestrijding van de destabiliserende accumulatie en verspreiding van handvuurwapens en lichte wapens in Latijns-Amerika en het Caribisch gebied
(2001/200/GBVB)
DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,
Gelet op het Verdrag betreffende de Europese Unie, met name artikel 23, lid 2,
Gelet op Gemeenschappelijk Optreden 1999/34/GBVB van de Raad van 17 december 1998 inzake de bijdrage van de Europese Unie aan de bestrijding van de destabiliserende accumulatie en verspreiding van handvuurwapens en lichte wapens(1),
Overwegende hetgeen volgt:
(1) De ongecontroleerde accumulatie en verspreiding van handvuurwapens en lichte wapens vormt een bedreiging voor vrede en veiligheid, en beperkt de vooruitzichten voor een duurzame ontwikkeling, onder andere in Latijns-Amerika en het Caribisch gebied.
(2) Dit besluit is bedoeld om uitvoering te geven aan Gemeenschappelijk Optreden 1999/34/GBVB door een financiële bijdrage te leveren aan de projecten van het Regionaal Centrum van de Verenigde Naties in Latijns-Amerika en het Caribisch gebied in Lima (Peru) voor vrede, ontwapening en ontwikkeling in Latijns-Amerika en het Caribisch gebied (hierna "het centrum" te noemen), dat een uitbreiding vormt van het UN Department for Disarmament Affairs. Deze bijdrage is bedoeld om het centrum bij te staan bij de opleiding van de officiële douane- en politiediensten middels aangepast onderwijs, en bij zijn project om materieel beschikbaar te stellen voor het opzetten van gegevensbestanden over de accumulatie van handvuurwapens en lichte wapens in Latijns-Amerika en het Caribisch gebied.
(3) Met deze financiële bijdrage wordt beoogd een proces op gang te brengen waarbij er meer verantwoordelijkheid wordt overgedragen op de officiële diensten, teneinde steun te verwerven bij de betrokken bevolking.
(4) Deze financiële bijdrage is tevens bedoeld om de rol van de Europese Unie en die van het centrum inzake preventie te versterken, en is voor de Europese Unie van bijzondere betekenis met het oog op de conferentie van de Verenigde Naties over de verschillende aspecten van de illegale handel in handvuurwapens en lichte wapens, die in juli 2001 zal plaatsvinden,
BESLUIT:
Artikel 1
1. De Europese Unie steunt de geplande activiteiten van het centrum.
2. Daartoe doet de Europese Unie het volgende:
a) zij staat het centrum bij bij de opleiding van de officiële douane- en politiediensten van de betrokken landen.
b) zij staat het centrum in Latijns-Amerika en het Caribisch gebied bij bij zijn project om ten behoeve van de douane- en politiediensten van de betrokken landen materieel beschikbaar te stellen voor het opzetten van gegevensbestanden over de accumulatie van handvuurwapens en lichte wapens in deze zone van het Amerikaanse continent.
3. In het kader van de in lid 2 bedoelde activiteiten en het aldaar bedoelde project verstrekt de Europese Unie subsidie aan het centrum.
Artikel 2
1. Het financieel referentiebedrag voor de in artikel 1 vermelde doelstellingen is 345000 EUR.
2. De met het in lid 1 vermelde bedrag gefinancierde uitgaven worden beheerd volgens de begrotingsprocedure en -voorschriften van de Gemeenschap.
Artikel 3
De voorzitter houdt de Raad op de hoogte van de uitvoering van dit besluit.
Artikel 4
1. Dit besluit wordt van kracht op de dag waarop het wordt aangenomen. Het verstrijkt op 14 maart 2002.
2. Dit besluit wordt acht maanden na de datum van aanneming opnieuw bezien.
Artikel 5
Dit besluit wordt bekendgemaakt in het Publicatieblad.
Gedaan te Brussel, 12 maart 2001.
Voor de Raad
De voorzitter
B. Ringholm
(1) PB L 9 van 15.1.1999, blz. 1.