2001/644/EG: Besluit van de Commissie van 20 juli 2001 tot wijziging van Besluit 97/634/EG tot aanvaarding van verbintenissen die zijn aangeboden in het kader van de antidumping- en antisubsidieprocedures betreffende de invoer van gekweekte Atlantische zalm van oorsprong uit Noorwegen (kennisgeving geschied onder nummer C(2001) 2215)
2001/644/EG: Besluit van de Commissie van 20 juli 2001 tot wijziging van Besluit 97/634/EG tot aanvaarding van verbintenissen die zijn aangeboden in het kader van de antidumping- en antisubsidieprocedures betreffende de invoer van gekweekte Atlantische zalm van oorsprong uit Noorwegen (kennisgeving geschied onder nummer C(2001) 2215)
Besluit van de Commissie
van 20 juli 2001
tot wijziging van Besluit 97/634/EG tot aanvaarding van verbintenissen die zijn aangeboden in het kader van de antidumping- en antisubsidieprocedures betreffende de invoer van gekweekte Atlantische zalm van oorsprong uit Noorwegen
(kennisgeving geschied onder nummer C(2001) 2215)
(2001/644/EG)
DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,
Gelet op Verordening (EG) nr. 384/96 van de Raad van 22 december 1995 betreffende beschermende maatregelen tegen invoer met dumping uit landen die geen lid zijn van de Europese Gemeenschap(1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 2238/2000(2), inzonderheid op artikel 8,
Gelet op Verordening (EG) nr. 2026/97 van de Raad van 6 oktober 1997 betreffende bescherming tegen invoer met subsidiëring uit landen die geen lid van de Europese Gemeenschap zijn(3), inzonderheid op artikel 13,
Na overleg in het Raadgevend Comité,
Overwegende hetgeen volgt:
A. VOORAFGAANDE PROCEDURE
(1) Op 31 augustus 1996 heeft de Commissie met twee afzonderlijke berichten in het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen aangekondigd dat zij een antidumpingprocedure(4) en een antisubsidieprocedure(5) inleidde ten aanzien van de invoer van gekweekte Atlantische zalm van oorsprong uit Noorwegen.
(2) Deze procedures leidden ertoe dat in september 1997 bij de Verordeningen (EG) nr. 1890/97(6) en (EG) nr. 1891/97(7) van de Raad antidumping- en compenserende rechten werden ingesteld om de schadelijke gevolgen van dumping en subsidiëring teniet te doen.
(3) Tegelijkertijd aanvaardde de Commissie bij Besluit 97/634/EG(8), laatstelijk gewijzigd bij Besluit 2000/744/EG(9), verbintenissen van 190 Noorse exporteurs, waarmee de invoer van gekweekte Atlantische zalm uit Noorwegen ("het betrokken product") door deze ondernemingen van de bovengenoemde antidumping- en compenserende rechten werd vrijgesteld.
(4) Naar aanleiding van de herziening van de vorm van de rechten zijn de Verordeningen (EG) nr. 1890/97 en (EG) nr. 1891/97 door Verordening (EG) nr. 772/1999 van de Raad(10), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1677/2001(11), vervangen.
B. SCHENDING VAN VERBINTENISSEN
(5) Overeenkomstig de door hen aangeboden verbintenissen dienen de Noorse ondernemingen de Commissie onder meer ieder kwartaal een gedetailleerd verslag voor te leggen met opgave van alle gegevens met betrekking tot de door hen (of door met hen gelieerde importeurs in de Gemeenschap) gerealiseerde verkoop van gekweekte Atlantische zalm aan niet-gelieerde klanten in de Gemeenschap.
(6) In de verbintenissen is tevens bepaald dat ieder verzuim van voorlegging van een dergelijk verslag binnen 30 dagen na afloop van het desbetreffende kwartaal, behalve in gevallen van overmacht, zal worden geïnterpreteerd als een schending van de verbintenis.
(7) Twee Noorse ondernemingen, namelijk Marstein Seafood AS (verbintenisnummer 1/93, aanvullende Taric-code 8197 ) en Westmarine AS (verbintenisnummer 1/192, aanvullende Taric-code 8625 ), hebben verzuimd voor het vierde kwartaal van 2000 hun verkoopverslagen voor te leggen. De ondernemingen werden vervolgens per brief in de gelegenheid gesteld uit te leggen waarom hun verslag de Commissie niet binnen de vastgestelde termijn had bereikt, en te verzoeken om te worden gehoord, maar hebben daar niet op gereageerd.
(8) Aangezien het erop leek dat er schendingen van de verbintenissen hadden plaatsgevonden, werden de ondernemingen per brief op de hoogte gebracht van de voornaamste feiten en overwegingen op basis waarvan de Commissie voornemens was de instelling van definitieve rechten tegen hen aan te bevelen. Beide ondernemingen werden opnieuw in de gelegenheid gesteld opmerkingen te formuleren, maar hebben andermaal niet gereageerd.
(9) Gezien het bovenstaande en gelet op het feit dat er geen redenen werden meegedeeld waaruit zou kunnen blijken dat de Commissie de verslagen niet heeft ontvangen ten gevolge van omstandigheden waarover beide ondernemingen geen controle hebben, wordt het nodig geacht de aanvaarding van de door Marstein Seafood AS en Westmarine AS aangeboden verbintenissen in te trekken en definitieve antidumping- en compenserende rechten tegen beide ondernemingen in te stellen. Dienovereenkomstig dienen de namen van deze ondernemingen te worden geschrapt van de bij Besluit 97/634/EG gevoegde lijst van ondernemingen waarvan prijsverbintenissen zijn aanvaard.
C. NIEUWE EXPORTEURS
(10) Na de instelling van definitieve antidumping- en compenserende rechten volgend op het oorspronkelijke onderzoek, hebben verschillende Noorse ondernemingen zich als nieuwe exporteur bij de Commissie aangemeld en overeenkomstig artikel 2 van Verordening (EG) nr. 772/1999 juncto artikel 11, lid 4, van Verordening (EG) nr. 384/96 en artikel 20 van Verordening (EG) nr. 2026/97 verzocht om de vrijstelling van de rechten tot hen uit te breiden.
(11) Twee van deze exporteurs, namelijk Atlantis AS en Cape Fish AS, toonden hiertoe aan dat zij het betrokken product tijdens het onderzoektijdvak dat leidde tot de instelling van de huidige antidumping- en compenserende rechten, niet naar de Gemeenschap hadden uitgevoerd.
(12) Deze ondernemingen toonden eveneens aan dat zij niet gelieerd zijn met enige onderneming in Noorwegen waarop de antidumping- en compenserende rechten van toepassing zijn. Bovendien legden zij bewijsmateriaal voor waaruit bleek dat zij onherroepelijke contractuele verplichtingen hadden aangegaan om een aanzienlijke hoeveelheid van het betrokken product naar de Gemeenschap uit te voeren.
(13) De ondernemingen hebben prijsverbintenissen aangeboden die identiek zijn aan de eerder aanvaarde verbintenissen van andere Noorse ondernemingen die gekweekte Atlantische zalm van oorsprong uit Noorwegen uitvoeren. Hiermee hebben beide ondernemingen ermee ingestemd om de in deze verbintenissen vastgestelde minimuminvoerprijzen te respecteren en de Commissie periodiek gedetailleerde informatie over hun uitvoer naar de Gemeenschap te verstrekken.
(14) Aangezien de door de betrokken ondernemingen aangeboden verbintenissen aan een effectief toezicht van de Commissie kunnen worden onderworpen en zij een einde maken aan de schadelijke gevolgen van dumping en subsidiëring, worden de voorgestelde verbintenissen aanvaardbaar geacht. Atlantis AS en Cape Fish AS zijn in kennis gesteld van de voornaamste feiten, overwegingen en verplichtingen op grond waarvan de verbintenissen zijn aanvaard.
(15) De namen van Atlantis AS en Cape Fish AS dienen derhalve te worden toegevoegd aan de bij Besluit 97/634/EG bijgevoegde lijst van ondernemingen waarvan de verbintenissen zijn aanvaard.
D. NAAMSWIJZIGING
(16) Eén Noorse exporteur met een verbintenis, Mesan Seafood AS (verbintenisnummer 1/194, aanvullende Taric-code A034), deelde de Commissie mee dat de groep van ondernemingen waartoe hij behoorde, gereorganiseerd was en dat een andere onderneming binnen de groep, namelijk Mesan Holding AS, thans verantwoordelijk was voor de uitvoer naar de Gemeenschap. De onderneming verzocht daarom haar naam op de bij Besluit 97/634/EG bijgevoegde lijst van ondernemingen waarvan de verbintenissen zijn aanvaard, door die van Mesan Holding AS te vervangen.
(17) Twee andere exporteurs, Rolf Olsen Seafood AS (verbintenisnummer 1/144, aanvullende Taric-code 8254 ) en Fjord Domstein A/S (verbintenisnummer 1/167, aanvullende Taric-code 8278 ), deelden de Commissie mee dat zij hun naam hadden gewijzigd in Olsen Seafood AS respectievelijk Fjord Seafood Sales AS, en verzochten de lijst van ondernemingen waarvan de verbintenissen zijn aanvaard, dienovereenkomstig aan te passen.
(18) Na de aard van de verzoeken te hebben onderzocht, is de Commissie van oordeel dat zij alle aanvaardbaar zijn omdat de wijzigingen geen ingrijpende veranderingen inhouden die de uitkomst van een nieuwe beoordeling van dumping of subsidiëring zouden beïnvloeden, noch de overwegingen op grond waarvan de verbintenis was aanvaard, beïnvloeden.
(19) Bijgevolg dienen de namen van Mesan Seafood AS, Rolf Olsen Seafood AS en Fjord Domstein A/S op de bij Besluit 97/634/EG bijgevoegde lijst van ondernemingen waarvan de verbintenissen zijn aanvaard, te worden vervangen door respectievelijk Mesan Holding AS, Olsen Seafood AS en Fjord Seafood Sales AS.
E. WIJZIGING VAN DE BIJLAGE BIJ BESLUIT 97/634/EG
(20) Gezien het bovenstaande dient de bij Besluit 97/634/EG bijgevoegde lijst van ondernemingen waarvan de verbintenissen zijn aanvaard, te worden aangepast om met deze veranderingen rekening te houden.
(21) Het Raadgevend Comité werd over alle hierboven vermelde wijzigingen geraadpleegd en maakte hiertegen geen bezwaar.
(22) Voor alle duidelijkheid wordt hierbij een bijgewerkte versie van de bijlage bij het bovengenoemde besluit gepubliceerd met vermelding van alle exporteurs waarvan de verbintenissen momenteel van kracht zijn.
(23) Tegelijk met dit besluit heeft ook de Raad, bij Verordening (EG) nr. 1677/2001 houdende wijziging van de bijlage bij Verordening (EG) nr. 772/1999, de aan Marstein Seafood AS en Westmarine AS verleende vrijstelling van antidumping- en compenserende rechten ingetrokken, vrijstelling van deze rechten verleend aan Atlantis AS en Cape Fish AS en de namen van Mesan Seafood AS, Rolf Olsen Seafood AS en Fjord Domstein A/S gewijzigd in respectievelijk Mesan Holding AS, Olsen Seafood AS en Fjord Seafood Sales AS,
BESLUIT:
Artikel 1
De bijlage bij Besluit 97/634/EG wordt vervangen door de bijlage bij dit besluit.
Artikel 2
Dit besluit treedt in werking op de dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen.
Gedaan te Brussel, 20 juli 2001.
Voor de Commissie
Pascal Lamy
Lid van de Commissie
(1) PB L 56 van 6.3.1996, blz. 1.
(2) PB L 257 van 11.10.2000, blz. 2.
(3) PB L 288 van 21.10.1997, blz. 1.
(4) PB C 253 van 31.8.1996, blz. 18.
(5) PB C 253 van 31.8.1996, blz. 20.
(6) PB L 267 van 30.9.1997, blz. 1.
(7) PB L 267 van 30.9.1997, blz. 19.
(8) PB L 267 van 30.9.1997, blz. 81.
(9) PB L 301 van 30.11.2000, blz. 82.
(10) PB L 101 van 16.4.1999, blz. 1.
(11) Zie bladzijde 15 van dit Publicatieblad.
BIJLAGE
LIJST VAN ONDERNEMINGEN WAARVAN DE PRIJSVERBINTENISSEN ZIJN AANVAARD
>RUIMTE VOOR DE TABEL>