Home

2002/133/EG: Beschikking van de Commissie van 18 februari 2002 tot invoering van de mogelijkheid voor de lidstaten om de geldigheidsduur van voorlopige toelatingen voor de nieuwe werkzame stoffen carfentrazone-ethyl, cinidon-ethyl, cyhalofop-butyl, ethoxysulfuron, famoxadone, flazasulfuron, flufenacet, flumioxazine, flurtamone, fosthiazaat, isoxaflutool, metalaxyl-M, prosulfuron, Pseudomonas chlororaphis, quinoxyfen, Spodoptera exigua kernpolyedervirus en sulfosulfuron te verlengen (Voor de EER relevante tekst) (kennisgeving geschied onder nummer C(2002) 517)

2002/133/EG: Beschikking van de Commissie van 18 februari 2002 tot invoering van de mogelijkheid voor de lidstaten om de geldigheidsduur van voorlopige toelatingen voor de nieuwe werkzame stoffen carfentrazone-ethyl, cinidon-ethyl, cyhalofop-butyl, ethoxysulfuron, famoxadone, flazasulfuron, flufenacet, flumioxazine, flurtamone, fosthiazaat, isoxaflutool, metalaxyl-M, prosulfuron, Pseudomonas chlororaphis, quinoxyfen, Spodoptera exigua kernpolyedervirus en sulfosulfuron te verlengen (Voor de EER relevante tekst) (kennisgeving geschied onder nummer C(2002) 517)

Beschikking van de Commissie

van 18 februari 2002

tot invoering van de mogelijkheid voor de lidstaten om de geldigheidsduur van voorlopige toelatingen voor de nieuwe werkzame stoffen carfentrazone-ethyl, cinidon-ethyl, cyhalofop-butyl, ethoxysulfuron, famoxadone, flazasulfuron, flufenacet, flumioxazine, flurtamone, fosthiazaat, isoxaflutool, metalaxyl-M, prosulfuron, Pseudomonas chlororaphis, quinoxyfen, Spodoptera exigua kernpolyedervirus en sulfosulfuron te verlengen

(kennisgeving geschied onder nummer C(2002) 517)

(Voor de EER relevante tekst)

(2002/133/EG)

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Richtlijn 91/414/EEG van de Raad van 15 juli 1991 betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen(1), laatstelijk gewijzigd bij Richtijn 2001/87/EG van de Commissie(2), en met name op artikel 8, lid 1, vierde alinea,

Overwegende hetgeen volgt:

(1) Overeenkomstig artikel 6, lid 2, van Richtlijn 91/414/EEG heeft Frankrijk op 14 februari 1996 van FMC Europe NV een aanvraag ontvangen voor de opneming van de werkzame stof carfentrazone-ethyl in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG. Bij Beschikking 97/362/EG van de Commissie(3) is bevestigd dat het dossier volledig was, d.i. dat het dossier geacht wordt in beginsel te voldoen aan de in de bijlagen II en III bij de richtlijn vervatte voorschriften inzake gegevens en informatie.

(2) Op 28 april 1997 heeft het Verenigd Koninkrijk van BASF AG een soortgelijke aanvraag ontvangen voor cinidon-ethyl. Bij Beschikking 98/398/EG van de Commissie(4) is het betrokken dossier volledig verklaard.

(3) Op 30 april 1997 heeft Italië van Dow AgroSciences een soortgelijke aanvraag ontvangen voor cyhalofop-butyl. Bij Beschikking 98/242/EG van de Commissie(5) is het betrokken dossier volledig verklaard.

(4) Op 3 juli 1996 heeft Italië van AgrEvo (nu Aventis Crop Sciences) een soortgelijke aanvraag ontvangen voor ethoxysulfuron. Bij Beschikking 97/591/EG van de Commissie(6) is het betrokken dossier volledig verklaard.

(5) Op 2 oktober 1996 heeft Frankrijk van Du Pont de Nemours een soortgelijke aanvraag ontvangen voor famoxadone. Bij Beschikking 97/591/EG is het betrokken dossier volledig verklaard.

(6) Op 16 december 1996 heeft Spanje van ISK Biosciences een soortgelijke aanvraag ontvangen voor flazasulfuron. Bij Beschikking 97/865/EG van de Commissie(7) is het betrokken dossier volledig verklaard.

(7) Op 1 februari 1996 heeft Frankrijk van Bayer SA een soortgelijke aanvraag ontvangen voor flufenacet. Bij Beschikking 97/362/EG is het betrokken dossier volledig verklaard.

(8) Op 12 juli 1996 heeft Frankrijk van Sumitomo Chemicals Agro Europe SA een soortgelijke aanvraag ontvangen voor flumioxazine. Bij Beschikking 97/631/EG van de Commissie(8) is het betrokken dossier volledig verklaard.

(9) Op 15 februari 1994 heeft Frankrijk van Rhône-Poulenc Agro France (nu Aventis Crop Sciences) een soortgelijke aanvraag ontvangen voor flurtamone. Bij Beschikking 96/341/EG van de Commissie(9) is het betrokken dossier volledig verklaard.

(10) Op 5 maart 1996 heeft het Verenigd Koninkrijk van ISK Biosciences een soortgelijke aanvraag ontvangen voor fosthiazaat. Bij Beschikking 97/362/EG is het betrokken dossier volledig verklaard.

(11) Op 6 maart 1996 heeft Nederland van Rhône-Poulenc Agro France (nu Aventis Crop Sciences) een soortgelijke aanvraag ontvangen voor isoxaflutool. Bij Beschikking 96/524/EG van de Commissie(10) is het betrokken dossier volledig verklaard.

(12) Op 9 februari 1996 heeft België van Novartis Crop Protection (nu Syngenta) een soortgelijke aanvraag ontvangen voor metalaxyl-M. Bij Beschikking 97/591/EG is het betrokken dossier volledig verklaard.

(13) Op 14 mei 1995 heeft Frankrijk van Novartis Crop Protection (nu Syngenta) een soortgelijke aanvraag ontvangen voor prosulfuron. Bij Beschikking 97/137/EG van de Commissie(11) is het betrokken dossier volledig verklaard.

(14) Op 15 december 1994 heeft Zweden van Svenska Lantmännen (nu BioAgri) een soortgelijke aanvraag ontvangen voor Pseudomonas chlororaphis. Bij Beschikking 97/248/EG van de Commissie(12) is het betrokken dossier volledig verklaard.

(15) Op 1 augustus 1995 heeft het Verenigd Koninkrijk van Dow Elanco Europe (nu Dow Agro Sciences) een soortgelijke aanvraag ontvangen voor quinoxyfen. Bij Beschikking 96/457/EG van de Commissie(13) is het betrokken dossier volledig verklaard.

(16) Op 24 april 1997 heeft Nederland van Biosys een soortgelijke aanvraag ontvangen voor Spodoptera exigua kernpolyedervirus. Bij Beschikking 97/865/EG van de Commissie(14) is het betrokken dossier volledig verklaard.

(17) Op 24 april 1997 heeft Ierland van Monsanto een soortgelijke aanvraag ontvangen voor sulfosulfuron. Bij Beschikking 97/865/EG is het betrokken dossier volledig verklaard.

(18) De bevestiging dat de gegevens en de informatie volledig waren, was nodig om het dossier grondig te kunnen onderzoeken en om de lidstaten de mogelijkheid te geven gewasbeschermingsmiddelen die de betrokken werkzame stof bevatten, voorlopig toe te laten voor een periode van ten hoogste drie jaar, met inachtneming van de voorwaarden van artikel 8, lid 1, van Richtlijn 91/414/EEG en met name de voorwaarde dat de werkzame stof en het gewasbeschermingsmiddel moeten worden onderworpen aan een gedetailleerde evaluatie in het licht van de voorschriften van de richtlijn.

(19) Voor deze 17 werkzame stoffen zijn de gevolgen voor de volksgezondheid en voor het milieu overeenkomstig het bepaalde in artikel 6, leden 2 en 4, van Richtlijn 91/414/EEG geëvalueerd voor de door de respectieve aanvragers voorgestelde gebruiksdoeleinden. De als rapporteur aangewezen lidstaten hebben het ontwerp-evaluatieverslag met betrekking tot elk van deze stoffen bij de Commissie ingediend respectievelijk op 14 mei 1998 voor carfentrazone-ethyl, op 1 november 1998 voor cinidon-ethyl, op 30 november 1998 voor cyhalofop-butyl, op 20 mei 1997 voor ethoxysulfuron, op 5 augustus 1998 voor famoxadone, op 3 augustus 1999 voor flazasulfuron, op 6 januari 1998 voor flufenacet, op 20 januari 1998 voor flumioxazine, op 21 mei 1997 voor flurtamone, op 18 maart 1998 voor fosthiazaat, op 26 februari 1997 voor isoxaflutool, op 27 juli 1999 voor metalaxyl-M, op 18 januari 1999 voor prosulfuron, op 7 april 1998 voor Pseudomonas chlororaphis, op 11 oktober 1996 voor quinoxyfen, op 19 november 1999 voor Spodoptera exigua kernpolyedervirus en op 2 april 1998 voor sulfosulfuron.

(20) De evaluatie van de dossiers kan niet worden afgerond binnen de in bovengenoemde beschikkingen inzake de volledigheid vastgestelde termijnen, aangezien het onderzoek van de dossiers na indiening van het ontwerp-evaluatieverslag door elk van de als rapporteur aangewezen lidstaten nog aan de gang is.

(21) Aangezien uit de evaluatie tot nu toe nog geen redenen zijn gebleken voor onmiddellijke bezorgdheid, dienen de lidstaten de mogelijkheid te krijgen de voorlopige toelatingen die zijn verleend voor gewasbeschermingsmiddelen die de betrokken werkzame stoffen bevatten, te verlengen voor een periode van 24 maanden overeenkomstig het bepaalde in artikel 8 van Richtlijn 91/414/EEG, zodat het onderzoek van de dossiers kan worden voortgezet. Verwacht wordt dat voor elk van de betrokken stoffen 24 maanden zullen volstaan om de evaluatie en de besluitvorming met betrekking tot de mogelijke opname in bijlage I af te ronden.

(22) De in deze beschikking vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Plantenziektekundig Comité,

HEEFT DE VOLGENDE BESCHIKKING GEGEVEN:

Artikel 1

De lidstaten mogen de geldigheidsduur van de voorlopige toelatingen voor gewasbeschermingsmiddelen die carfentrazone-ethyl, cinidon-ethyl, cyhalofop-butyl, ethoxysulfuron, famoxadone, flazasulfuron, flufenacet, flumioxazine, flurtamone, fosthiazaat, isoxaflutool, metalaxyl-M, prosulfuron, Pseudomonas chlororaphis, quinoxyfen, Spodoptera exigua kernpolyedervirus of sulfosulfuron bevatten, verlengen met ten hoogste 24 maanden te rekenen vanaf de datum van vaststelling van deze beschikking.

Artikel 2

Deze beschikking is gericht tot de lidstaten.

Gedaan te Brussel, 18 februari 2002.

Voor de Commissie

David Byrne

Lid van de Commissie

(1) PB L 230 van 19.8.1991, blz. 1.

(2) PB L 276 van 10.10.2001, blz. 17.

(3) PB L 152 van 11.6.1997, blz. 31.

(4) PB L 176 van 20.6.1998, blz. 34.

(5) PB L 96 van 28.3.1998, blz. 45.

(6) PB L 239 van 30.8.1997, blz. 48.

(7) PB L 351 van 23.12.1997, blz. 67.

(8) PB L 262 van 24.9.1997, blz. 7.

(9) PB L 130 van 31.5.1996, blz. 20.

(10) PB L 220 van 30.8.1996, blz. 27.

(11) PB L 52 van 22.2.1997, blz. 20.

(12) PB L 98 van 15.4.1997, blz. 15.

(13) PB L 189 van 30.7.1996, blz. 112.

(14) PB L 351 van 23.12.1997, blz. 67.