Home

2002/208/EG: Beschikking van de Commissie van 11 maart 2002 inzake het merken en het gebruik van varkensvlees overeenkomstig artikel 11 van Richtlijn 2001/89/EG van de Raad met betrekking tot Duitsland (Voor de EER relevante tekst) (kennisgeving geschied onder nummer C(2002) 984)

2002/208/EG: Beschikking van de Commissie van 11 maart 2002 inzake het merken en het gebruik van varkensvlees overeenkomstig artikel 11 van Richtlijn 2001/89/EG van de Raad met betrekking tot Duitsland (Voor de EER relevante tekst) (kennisgeving geschied onder nummer C(2002) 984)

Beschikking van de Commissie

van 11 maart 2002

inzake het merken en het gebruik van varkensvlees overeenkomstig artikel 11 van Richtlijn 2001/89/EG van de Raad met betrekking tot Duitsland

(kennisgeving geschied onder nummer C(2002) 984)

(Slechts de tekst in de Duitse taal is authentiek)

(Voor de EER relevante tekst)

(2002/208/EG)

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Richtlijn 2001/89/EG van de Raad van 23 oktober 2001 betreffende maatregelen van de Gemeenschap ter bestrijding van klassieke varkenspest(1), en met name op artikel 11, lid 1, onder f),

Overwegende hetgeen volgt:

(1) In januari en februari 2002 hebben de veterinaire autoriteiten van Duitsland uitbraken van klassieke varkenspest in Rijnland-Palts gemeld.

(2) Op grond van de artikelen 9, 10 en 11 van Richtlijn 2001/89/EG zijn onmiddellijk beschermingsgebieden en toezichtsgebieden ingesteld rond de plaatsen van uitbraak in Duitsland.

(3) De voorschriften betreffende het gebruik van een keurmerk op vers vlees zijn vastgesteld in Richtlijn 64/433/EEG van de Raad van 26 juni 1964 betreffende de gezondheidsvoorschriften voor de productie en het in de handel brengen van vers vlees(2), laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 95/23/EG(3).

(4) Overeenkomstig artikel 11, lid 1, onder f), van Richtlijn 2001/89/EG heeft Duitsland een verzoek ingediend tot vaststelling van een afwijking betreffende het merken en het gebruik van varkensvlees van varkens die zijn gehouden in de toezichtsgebieden in Rijnland-Palts en die met een bijzondere toestemming van de bevoegde autoriteit zijn geslacht.

(5) De in deze beschikking vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid (afdeling Diergezondheid en -welzijn),

HEEFT DE VOLGENDE BESCHIKKING GEGEVEN:

Artikel 1

Duitsland wordt gemachtigd om het in artikel 3, lid 1, A, onder e), van Richtlijn 64/433/EEG bedoelde keurmerk aan te brengen op varkensvlees dat is verkregen van varkens uit bedrijven die zijn gelegen in het toezichtsgebied dat vóór 5 maart 2002 overeenkomstig de artikelen 9 en 11 van Richtlijn 2001/89/EG is ingesteld in Rijnland-Palts, op voorwaarde dat de betrokken varkens

a) komen uit een toezichtsgebied:

- waar in de voorbije 21 dagen geen enkele uitbraak van klassieke varkenspest is geconstateerd en waar ten minste 21 dagen zijn verstreken sedert de voltooiing van de voorlopige reiniging en ontsmetting van de besmette bedrijven;

- dat is ingesteld rond een beschermingsgebied waar, nadat klassieke varkenspest is geconstateerd, in alle varkenshouderijbedrijven klinische onderzoeken op klassieke varkenspest zijn verricht, met negatief resultaat;

b) komen van een bedrijf:

- waarvoor de overeenkomstig artikel 11 van Richtlijn 2001/89/EG vastgestelde beschermende maatregelen van toepassing zijn;

- dat, blijkens het epizoötiologisch onderzoek, geen contact heeft gehad met een besmet bedrijf;

- waar, na de instelling van het gebied, regelmatig inspecties zijn verricht door een dierenarts, waarbij telkens alle varkens op het bedrijf zijn onderzocht;

c) in het kader van een programma zijn onderworpen aan een controle van de lichaamstemperatuur en aan een klinisch onderzoek. Dat programma moet worden uitgevoerd volgens het bepaalde in bijlage I;

d) zijn geslacht binnen 12 uur na aankomst in het slachthuis.

Artikel 2

Duitsland ziet erop toe dat voor varkensvlees als bedoeld in artikel 1, een certificaat wordt afgegeven volgens het in bijlage II vastgestelde model.

Artikel 3

Varkensvlees dat aan het bepaalde in artikel 1 voldoet en in het intracommunautaire handelsverkeer wordt gebracht, gaat vergezeld van het in artikel 2 bedoelde certificaat.

Artikel 4

Duitsland ziet erop toe dat in de slachthuizen die zijn aangewezen voor het slachten van de in artikel 1 bedoelde varkens, op dezelfde dag geen andere slachtvarkens worden binnengebracht.

Artikel 5

Duitsland stelt de Commissie en de lidstaten in het bezit van:

a) vóórdat de betrokken varkens worden geslacht, de naam en de vestigingsplaats van de slachthuizen die zijn aangewezen voor het slachten van de in artikel 1 bedoelde varkens;

b) nadat de betrokken varkens zijn geslacht en om de week, een verslag met de volgende gegevens:

- het aantal varkens dat in de daartoe aangewezen slachthuizen is geslacht;

- de voor de slachtvarkens geldende identificatieregeling en controle op de verplaatsingen;

- de instructies die zijn gegeven voor de toepassing van het in bijlage I bedoelde programma inzake controle van de lichaamstemperatuur.

Artikel 6

Deze beschikking is van toepassing tot en met 15 april 2002.

Artikel 7

Deze beschikking is gericht tot de Bondsrepubliek Duitsland.

Gedaan te Brussel, 11 maart 2002.

Voor de Commissie

David Byrne

Lid van de Commissie

(1) PB L 365 van 1.12.2001, blz. 5.

(2) PB 121 van 29.7.1964, blz. 2012/64.

(3) PB L 243 van 11.10.1995, blz. 7.

BIJLAGE I

CONTROLE VAN DE LICHAAMSTEMPERATUUR

Voor de tenuitvoerlegging van het programma inzake de controle van de lichaamstemperatuur en het klinisch onderzoek, als bedoeld in artikel 1, onder c), geldt met name hetgeen volgt.

1. De bevoegde veterinaire autoriteit ziet erop toe dat in de laatste 24 uur vóór het laden van een partij voor de slacht bestemde varkens de lichaamstemperatuur van een aantal varkens uit die partij door een officiële dierenarts wordt gecontroleerd door het inbrengen van een thermometer in het rectum. Het aantal te controleren varkens bedraagt:

>RUIMTE VOOR DE TABEL>

Bij het onderzoek worden voor elk dier de volgende gegevens op een daartoe door de bevoegde veterinaire autoriteit ter beschikking gesteld formulier geregistreerd: nummer van het oormerk, tijdstip van het onderzoek en temperatuur.

Wanneer uit het onderzoek blijkt dat de lichaamstemperatuur 40 °C of meer bedraagt, wordt de officiële dierenarts daarvan onmiddellijk in kennis gesteld. Hij stelt een onderzoek in naar een eventuele ziekte en past daarbij de bepalingen toe van artikel 4 van Richtlijn 2001/89/EG tot vaststelling van gemeenschappelijke maatregelen ter bestrijding van klassieke varkenspest.

2. Kort vóór het laden (0-3 uur) van de partij die is onderzocht overeenkomstig het bepaalde in punt 1, wordt een klinisch onderzoek verricht door een door de bevoegde veterinaire autoriteiten aangewezen officiële dierenarts.

3. Bij het laden van de partij varkens die overeenkomstig de punten 1 en 2 is onderzocht, geeft de officiële dierenarts een gezondheidsdocument af dat de partij naar het aangewezen slachthuis dient te vergezellen.

4. In het aangewezen slachthuis worden de uitkomsten van de temperatuurcontrole ter beschikking gesteld van de dierenarts die de keuring vóór het slachten verricht.

BIJLAGE II

>PIC FILE= "L_2002068NL.003902.TIF">