Home

2002/248/EG: Beschikking van de Commissie van 27 maart 2002 tot wijziging van Beschikking 2000/766/EG van de Raad en Beschikking 2001/9/EG met betrekking tot overdraagbare spongiforme encefalopathieën en het vervoederen van dierlijke eiwitten (Voor de EER relevante tekst) (kennisgeving geschied onder nummer C(2002) 1277)

2002/248/EG: Beschikking van de Commissie van 27 maart 2002 tot wijziging van Beschikking 2000/766/EG van de Raad en Beschikking 2001/9/EG met betrekking tot overdraagbare spongiforme encefalopathieën en het vervoederen van dierlijke eiwitten (Voor de EER relevante tekst) (kennisgeving geschied onder nummer C(2002) 1277)

2002/248/EG: Beschikking van de Commissie van 27 maart 2002 tot wijziging van Beschikking 2000/766/EG van de Raad en Beschikking 2001/9/EG met betrekking tot overdraagbare spongiforme encefalopathieën en het vervoederen van dierlijke eiwitten (Voor de EER relevante tekst) (kennisgeving geschied onder nummer C(2002) 1277)

Publicatieblad Nr. L 084 van 28/03/2002 blz. 0071 - 0072


Beschikking van de Commissie

van 27 maart 2002

tot wijziging van Beschikking 2000/766/EG van de Raad en Beschikking 2001/9/EG met betrekking tot overdraagbare spongiforme encefalopathieën en het vervoederen van dierlijke eiwitten

(kennisgeving geschied onder nummer C(2002) 1277)

(Voor de EER relevante tekst)

(2002/248/EG)

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Richtlijn 89/662/EEG van de Raad van 11 december 1989 inzake veterinaire controles in het intracommunautaire handelsverkeer in het vooruitzicht van de totstandbrenging van de interne markt(1), laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 92/118/EEG(2), en met name op artikel 9, lid 4,

Gelet op Richtlijn 90/425/EEG van de Raad van 26 juni 1990 inzake veterinaire en zoötechnische controles in het intracommunautaire handelsverkeer in bepaalde levende dieren en producten in het vooruitzicht van de totstandbrenging van de interne markt(3), laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 92/118/EEG, en met name op artikel 10, lid 4,

Gelet op Richtlijn 97/78/EG van de Raad van 18 december 1997 tot vaststelling van de beginselen voor de organisatie van de veterinaire controles voor producten die uit derde landen in de Gemeenschap worden binnengebracht(4), en met name op artikel 22,

Overwegende hetgeen volgt:

(1) Beschikking 2000/766/EG van de Raad van 4 december 2000 betreffende bepaalde beschermingsmaatregelen ten aanzien van overdraagbare spongiforme encefalopathieën en het vervoederen van dierlijke eiwitten(5) verbiedt het vervoederen van verwerkte dierlijke eiwitten aan bepaalde landbouwhuisdieren. Dat verbod geldt niet voor bepaalde verwerkte dierlijke eiwitten, onder de voorwaarden die zijn vastgesteld bij Beschikking 2001/9/EG van de Commissie(6), zoals gewijzigd bij Beschikking 2001/165/EG(7).

(2) Verordening (EG) nr. 999/2001 van het Europees Parlement en de Raad van 22 mei 2001 houdende vaststelling van voorschriften inzake preventie, bestrijding en uitroeiing van bepaalde overdraagbare spongiforme encefalopathieën(8) verbiedt het vervoederen van zowel verwerkte als onverwerkte eiwitten van zoogdieren aan herkauwers. De toepassing van de desbetreffende bepaling is uitgesteld bij Verordening (EG) nr. 270/2002 van de Commissie(9).

(3) Het verbod op het vervoederen van verwerkte dierlijke eiwitten aan bepaalde landbouwhuisdieren in Beschikking 2000/766/EG moet worden uitgebreid tot het vervoederen van alle dierlijke eiwitten aan herkauwers, dit met het oog op de coherentie en om enig gevaar voor overdracht van BSE te voorkomen. Bepaalde dierlijke eiwitten waarvan wordt aangenomen dat ze geen BSE-gevaar inhouden en dat ze de controles niet hinderen, moeten toegestaan blijven.

(4) Van eieren en eiproducten wordt aangenomen dat ze geen gevaar voor overdraagbare spongiforme encefalopathieën inhouden. Het vervoederen van eieren en eiproducten aan landbouwhuisdieren dient bijgevolg te worden toegestaan.

(5) Voor andere dieren dan herkauwers dienen de regels voor de productie van vismeel te worden verduidelijkt met betrekking tot inrichtingen die zowel vis en visserijproducten voor menselijke consumptie als vismeel voor diervoeding vervaardigen.

(6) Beschikking 2000/766/EG en Beschikking 2001/9/EG moeten dienovereenkomstig worden gewijzigd.

(7) De in deze beschikking vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid,

HEEFT DE VOLGENDE BESCHIKKING GEGEVEN:

Artikel 1

Artikel 2 van Beschikking 2000/766/EG wordt als volgt gewijzigd:

1. Punt 1 wordt door de volgende tekst vervangen: "1. De lidstaten verbieden het vervoederen van:

a) van dieren afkomstige eiwitten aan herkauwers;

b) verwerkte dierlijke eiwitten aan landbouwhuisdieren die worden gehouden, vetgemest of gefokt voor de productie van voedingsmiddelen.".

2. In lid 2 wordt het laatste streepje door de volgende tekst vervangen: "- melk en melkproducten, en eieren en eiproducten.".

Artikel 2

In bijlage I van Beschikking 2001/9/EG wordt punt 1 gelezen: "1. Vismeel wordt geproduceerd in verwerkingsbedrijven die uitsluitend van vis afgeleide producten produceren en door de bevoegde autoriteit zijn erkend overeenkomstig artikel 5, lid 2, van Richtlijn 90/667/EEG van de Raad.".

Artikel 3

Deze beschikking is van toepassing met ingang van 1 april 2002.

Artikel 4

Deze beschikking is gericht tot de lidstaten.

Gedaan te Brussel, 27 maart 2002.

Voor de Commissie

David Byrne

Lid van de Commissie

(1) PB L 395 van 30.12.1989, blz. 13.

(2) PB L 62 van 15.3.1993, blz. 49.

(3) PB L 224 van 18.8.1990, blz. 29.

(4) PB L 24 van 30.1.1998, blz. 9.

(5) PB L 306 van 7.12.2000, blz. 32.

(6) PB L 2 van 5.1.2001, blz. 32.

(7) PB L 58 van 28.2.2001, blz. 43.

(8) PB L 147 van 31.5.2001, blz. 1.

(9) PB L 45 van 15.2.2002, blz. 4.