Home

2002/951/EG: Besluit van de Commissie van 3 december 2002 tot beëindiging van de versnelde procedure voor de herziening van Verordening (EG) nr. 1599/1999 van de Raad tot instelling van een definitief compenserend recht op roestvrij staaldraad met een diameter van 1 mm of meer uit India

2002/951/EG: Besluit van de Commissie van 3 december 2002 tot beëindiging van de versnelde procedure voor de herziening van Verordening (EG) nr. 1599/1999 van de Raad tot instelling van een definitief compenserend recht op roestvrij staaldraad met een diameter van 1 mm of meer uit India

2002/951/EG: Besluit van de Commissie van 3 december 2002 tot beëindiging van de versnelde procedure voor de herziening van Verordening (EG) nr. 1599/1999 van de Raad tot instelling van een definitief compenserend recht op roestvrij staaldraad met een diameter van 1 mm of meer uit India

Publicatieblad Nr. L 330 van 06/12/2002 blz. 0035 - 0036


Besluit van de Commissie

van 3 december 2002

tot beëindiging van de versnelde procedure voor de herziening van Verordening (EG) nr. 1599/1999 van de Raad tot instelling van een definitief compenserend recht op roestvrij staaldraad met een diameter van 1 mm of meer uit India

(2002/951/EG)

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 2026/97 van de Raad van 6 oktober 1997 betreffende beschermende maatregelen tegen invoer met subsidiëring uit landen die geen lid van de Europese Gemeenschap zijn(1) (hierna "de basisverordening" genoemd), gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1973/2002(2), en met name op artikel 20,

Na raadpleging van het Raadgevend Comité,

Overwegende hetgeen volgt:

A. VOORAFGAANDE PROCEDURE

(1) Bij Verordening (EG) nr. 1599/1999(3), gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 164/2002(4), heeft de Raad definitieve compenserende rechten ingesteld op roestvrij staaldraad met een diameter van 1 mm of meer (hierna "het betrokken product" genoemd), ingedeeld onder GN-code ex 7223 00 19, van oorsprong uit India. De rechten varieerden van 0 % tot 35,4 %, al naar gelang de exporteur, terwijl het residuele recht 48,8 % bedroeg.

B. ONDERHAVIGE PROCEDURE

1. Verzoek om een herzieningsprocedure

(2) Na de vaststelling van de definitieve compenserende maatregelen heeft de Commissie een verzoek ontvangen om de inleiding van een versnelde procedure voor de herziening van Verordening (EG) nr. 1599/1999. Dit verzoek was ingediend op grond van artikel 20 van de basisverordening door een Indiase producent, Garg Sales Co. PVT Ltd, die beweerde geen banden te hebben met andere exporteurs van het betrokken product in India. Voorts beweerde deze exporteur dat hij het betrokken product in het oorspronkelijke onderzoektijdvak (1 april 1997 tot en met 31 maart 1998) niet naar de Gemeenschap had uitgevoerd, maar dit wel na dit tijdvak had gedaan. Op grond hiervan verzocht hij om de vaststelling van een individueel compenserend recht.

2. Inleiding van een versnelde herzieningsprocedure

(3) De Commissie heeft het door de indiener van het verzoek voorgelegde bewijsmateriaal onderzocht en was van oordeel dat dit toereikend was om tot de inleiding van een herzieningsprocedure over te gaan overeenkomstig artikel 20 van de basisverordening. Na overleg in het Raadgevend Comité en nadat de betrokken EG-producenten in de gelegenheid waren gesteld opmerkingen te maken, heeft de Commissie, door middel van een bericht in het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen(5), een versnelde procedure ingeleid voor de eventuele herziening van Verordening (EG) nr. 1599/1999 en is zij met een onderzoek begonnen.

3. Gebrek aan medewerking van de producent/exporteur

(4) Om de informatie te verkrijgen die zij voor het onderzoek nodig had, heeft de Commissie de indiener van het verzoek een vragenlijst gezonden. De Commissie heeft echter binnen de gestelde termijn geen antwoord op de vragenlijst ontvangen. De indiener van het verzoek heeft evenmin om de verlenging van de termijn verzocht. De Commissie heeft de indiener van het verzoek medegedeeld dat zij in deze omstandigheden voornemens was de procedure te beëindigen zonder dat het verzoek om de vaststelling van een individueel recht verder onderzocht zou worden. De indiener van het verzoek werd in de gelegenheid gesteld hierover binnen tien dagen opmerkingen te maken. Over de mededeling van de Commissie dat zij voornemens was de herzieningsprocedure te beëindigen werden echter geen opmerkingen van de indiener van het verzoek ontvangen.

(5) De conclusie is derhalve dat Garg Sales Co. PVT Ltd geen medewerking heeft verleend aan het onderzoek, omdat zij de vragenlijst van de Commissie niet heeft beantwoord. De versnelde procedure dient daarom te worden beëindigd,

BESLUIT:

Enig artikel

De versnelde procedure voor de eventuele herziening van Verordening (EG) nr. 1599/1999 betreffende de invoer van roestvrij staaldraad met een diameter van 1 mm of meer uit India wordt beëindigd.

Gedaan te Brussel, 3 december 2002.

Voor de Commissie

Pascal Lamy

Lid van de Commissie

(1) PB L 288 van 21.10.1997, blz. 1.

(2) PB L 305 van 7.11.2002, blz. 4.

(3) PB L 189 van 22.7.1999, blz. 1.

(4) PB L 30 van 31.1.2002, blz. 9.

(5) PB C 175 van 23.7.2002, blz. 3.