Home

Verordening (EG) nr. 353/2002 van de Commissie van 25 februari 2002 tot vaststelling van bepaalde indicatieve hoeveelheden en individuele maxima voor de afgifte van certificaten voor de invoer van bananen in de Gemeenschap voor het tweede kwartaal van 2002 in het kader van de tariefcontingenten

Verordening (EG) nr. 353/2002 van de Commissie van 25 februari 2002 tot vaststelling van bepaalde indicatieve hoeveelheden en individuele maxima voor de afgifte van certificaten voor de invoer van bananen in de Gemeenschap voor het tweede kwartaal van 2002 in het kader van de tariefcontingenten

Verordening (EG) nr. 353/2002 van de Commissie van 25 februari 2002 tot vaststelling van bepaalde indicatieve hoeveelheden en individuele maxima voor de afgifte van certificaten voor de invoer van bananen in de Gemeenschap voor het tweede kwartaal van 2002 in het kader van de tariefcontingenten

Publicatieblad Nr. L 055 van 26/02/2002 blz. 0025 - 0026


Verordening (EG) nr. 353/2002 van de Commissie

van 25 februari 2002

tot vaststelling van bepaalde indicatieve hoeveelheden en individuele maxima voor de afgifte van certificaten voor de invoer van bananen in de Gemeenschap voor het tweede kwartaal van 2002 in het kader van de tariefcontingenten

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EEG) nr. 404/93 van de Raad van 13 februari 1993 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector bananen(1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 2587/2001(2), en met name op artikel 20,

Overwegende hetgeen volgt:

(1) Artikel 14, lid 1, van Verordening (EG) nr. 896/2001 van de Commissie van 7 mei 2001 houdende toepassingsbepalingen van Verordening (EEG) nr. 404/93 van de Raad ten aanzien van de regeling voor de invoer van bananen in de Gemeenschap(3), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 349/2002(4), voorziet in de mogelijkheid om een indicatieve hoeveelheid in de vorm van een uniform percentage van de voor elk van de tariefcontingenten beschikbare hoeveelheden vast te stellen voor de afgifte van de invoercertificaten voor elk van de eerste drie kwartalen van het jaar.

(2) Aan de hand van de gegevens over, enerzijds, de in 2001 in de Gemeenschap afgezette hoeveelheden bananen, en vooral de daadwerkelijke invoer, met name in het tweede kwartaal, en, anderzijds, de vooruitzichten inzake de voorziening van en het verbruik op de communautaire markt gedurende datzelfde tweede kwartaal in het jaar 2002 dienen de indicatieve hoeveelheden voor de tariefcontingenten A, B en C zo te worden vastgesteld dat een bevredigende voorziening van de hele Gemeenschap en de voortzetting van de handelsstromen tussen de productie- en afzetsectoren kunnen worden gewaarborgd.

(3) Op basis van dezelfde gegevens dient voor de toepassing van artikel 14, lid 2, van Verordening (EG) nr. 896/2001 de maximumhoeveelheid te worden vastgesteld waarvoor elke marktdeelnemer certificaataanvragen voor het tweede kwartaal van 2002 kan indienen.

(4) Bij de vaststelling van de hoeveelheden moet tevens rekening worden gehouden met de omvang van de tariefcontingenten die is vastgesteld bij artikel 18 van Verordening (EEG) nr. 404/93, zoals gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 2587/2001, en met de verdeling van tariefcontingent C over traditionele marktdeelnemers en niet-traditionele marktdeelnemers die is vastgesteld bij artikel 2, lid 2, van Verordening (EG) nr. 896/2001, gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 349/2002.

(5) Wat tariefcontingent C betreft, is het dienstig om voor de niet-traditionele marktdeelnemers het indicatieve maximum en de maximumhoeveelheid per marktdeelnemer vast te stellen op een bevredigend niveau waarbij deze marktdeelnemers in staat worden gesteld zich aan de kleinere omvang van het tariefcontingent en aan de nieuwe verdeling over de categorieën marktdeelnemers aan te passen en waarbij rekening wordt gehouden met de vaststelling die voor het eerste kwartaal bij wijze van conservatoire maatregel is doorgevoerd bij Verordening (EG) nr. 2294/2001(5). Om een verstoring van de invoerstromen te voorkomen dient te worden bepaald dat tegen overlegging van een specifiek verzoek van de marktdeelnemer de certificaten onverwijld vanaf de indiening van het verzoek worden afgegeven.

(6) Omdat de bepalingen van deze verordening van toepassing moeten zijn vóór het begin van de periode waarin de certificaataanvragen voor het tweede kwartaal van het jaar 2002 worden ingediend, dient te worden bepaald dat deze verordening onmiddellijk in werking treedt.

(7) De in deze verorderning vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité van beheer voor bananen,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

De in artikel 14, lid 1, van Verordening (EG) nr. 896/2001 bedoelde indicatieve hoeveelheid voor de invoer van bananen in het kader van de in artikel 18 van Verordening (EEG) nr. 404/93 bedoelde tariefcontingenten wordt voor het tweede kwartaal van 2002 vastgesteld op:

- 29 % van de hoeveelheden die voor de traditionele marktdeelnemers en de niet-traditionele marktdeelnemers beschikbaar zijn in het kader van de tariefcontingenten A en B,

- 28 % van de hoeveelheden die voor de traditionele marktdeelnemers beschikbaar zijn in het kader van tariefcontingent C,

- 41 % van de hoeveelheden die voor de niet-traditionele marktdeelnemers beschikbaar zijn in het kader van tariefcontingent C.

Artikel 2

De in artikel 14, lid 2, van Verordening (EG) nr. 896/2001 bedoelde hoeveelheid bananen die mag worden ingevoerd in het kader van de in artikel 18 van Verordening (EEG) nr. 404/93 bedoelde tariefcontingenten, wordt voor het tweede kwartaal van 2002 vastgesteld op:

- 29 % van de referentiehoeveelheid die overeenkomstig de artikelen 4 en 5 van Verordening (EG) nr. 896/2001 in het kader van de tariefcontingenten A en B is vastgesteld voor de traditionele marktdeelnemers,

- 29 % van de hoeveelheid die overeenkomstig artikel 9, lid 3, van Verordening (EG) nr. 896/2001 in het kader van de tariefcontingenten A en B is vastgesteld en ter kennis is gebracht voor de niet-traditionele marktdeelnemers,

- 28 % van de referentiehoeveelheid die overeenkomstig de artikelen 4 en 5 van Verordening (EG) nr. 896/2001 in het kader van tariefcontingent C is vastgesteld voor de traditionele marktdeelnemers,

- 41 % van de hoeveelheid die overeenkomstig artikel 9, lid 3, van Verordening (EG) nr. 896/2001 in het kader van tariefcontingent C is vastgesteld en ter kennis is gebracht voor de niet-traditionele marktdeelnemers.

Artikel 3

Op een bij de bevoegde nationale autoriteiten ingediend verzoek waarin specifiek naar dit artikel 3 wordt verwezen, verkrijgen de niet-traditionele marktdeelnemers C in afwijking van artikel 18, lid 1, van Verordening (EG) nr. 896/2001 onverwijld invoercertificaten die worden afgegeven binnen de grenzen van de maximumhoeveelheid die bij artikel 2 van de onderhavige verordening is vastgesteld.

Deze certificaten hebben een overeenkomstig artikel 18, lid 2, van Verordening (EG) nr. 896/2001 bepaalde geldigheidsduur.

De aldus afgegeven en in de loop van de maand maart gebruikte certificaten worden geboekt voor het tweede kwartaal van 2002.

Artikel 4

Deze verordening treedt in werking op 26 februari 2002.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 25 februari 2002.

Voor de Commissie

Franz Fischler

Lid van de Commissie

(1) PB L 47 van 25.2.1993, blz. 1.

(2) PB L 345 van 29.12.2001, blz. 13.

(3) PB L 126 van 8.5.2001, blz. 6.

(4) Zie bladzijde 17 van dit Publicatieblad.

(5) PB L 308 van 27.11.2001, blz. 5.