Home

Verordening (EG) nr. 90/2004 van de Commissie van 20 januari 2004 betreffende de invoercertificaten voor producten van de sector rundvlees van oorsprong uit Botswana, Kenia, Madagaskar, Swaziland, Zimbabwe en Namibië

Verordening (EG) nr. 90/2004 van de Commissie van 20 januari 2004 betreffende de invoercertificaten voor producten van de sector rundvlees van oorsprong uit Botswana, Kenia, Madagaskar, Swaziland, Zimbabwe en Namibië

Verordening (EG) nr. 90/2004 van de Commissie van 20 januari 2004 betreffende de invoercertificaten voor producten van de sector rundvlees van oorsprong uit Botswana, Kenia, Madagaskar, Swaziland, Zimbabwe en Namibië

Publicatieblad Nr. L 014 van 21/01/2004 blz. 0003 - 0004


Verordening (EG) nr. 90/2004 van de Commissie

van 20 januari 2004

betreffende de invoercertificaten voor producten van de sector rundvlees van oorsprong uit Botswana, Kenia, Madagaskar, Swaziland, Zimbabwe en Namibië

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 2286/2002 van de Raad van 10 december 2002 tot vaststelling van de regeling voor landbouwproducten en door verwerking daarvan verkregen goederen, van oorsprong uit de staten in Afrika, het Caribische gebied en de Stille Oceaan (de ACS-staten) en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1706/98(1), en met name op artikel 5,

Gelet op Verordening (EG) nr. 2247/2003 van de Commissie van 19 december 2003 houdende bepalingen ter uitvoering, in de sector rundvlees, van Verordening (EG) nr. 2286/2002 van de Raad tot vaststelling van de regeling voor landbouwproducten en door verwerking daarvan verkregen goederen, van oorsprong uit de staten in Afrika, het Caribische gebied en de Stille Oceaan (de ACS-staten)(2), en met name op artikel 4,

Overwegende hetgeen volgt:

(1) Overeenkomstig artikel 1 van Verordening (EG) nr. 2247/2003 kunnen voor producten van de sector rundvlees invoercertificaten worden afgegeven. De invoer mag evenwel de voor ieder van de betrokken uitvoerende derde landen vastgestelde hoeveelheid niet overschrijden.

(2) Voor producten van oorsprong uit Botswana, Kenia, Madagaskar, Swaziland, Zimbabwe en Namibië overstijgen de hoeveelheden, uitgedrukt in vlees zonder been, waarvoor van 1 tot en met 10 januari 2004 overeenkomstig Verordening (EG) nr. 2247/2003 certificaten zijn aangevraagd, niet de voor deze landen beschikbare hoeveelheden. Bijgevolg kunnen voor de aangevraagde hoeveelheden invoercertificaten worden afgegeven.

(3) De hoeveelheden, waarvoor met ingang van 1 februari 2004 certificaten kunnen worden aangevraagd binnen de totale hoeveelheid van 52100 ton, dienen te worden vastgesteld.

(4) Er dient op te worden gewezen dat deze verordening Richtlijn 72/462/EEG van de Raad van 12 december 1972 inzake gezondheidsvraagstukken en veterinairrechtelijke vraagstukken bij de invoer van runderen, varkens, schapen en geiten, van vers vlees of van vleesproducten uit derde landen(3), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 807/2003(4), onverlet laat,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

De hieronder vermelde lidstaten geven op 21 januari 2004 voor de onderstaande hoeveelheden producten van de sector rundvlees, uitgedrukt in vlees zonder been, van oorsprong uit sommige staten in Afrika, het Caribische gebied en de Stille Oceaan, invoercertificaten af voor de daarbij vermelde landen van oorsprong:

Verenigd Koninkrijk:

- 4 ton van oorsprong uit Swaziland,

- 40 ton van oorsprong uit Botswana,

- 10 ton van oorsprong uit Namibië;

Duitsland:

- 420 ton van oorsprong uit Botswana.

Artikel 2

Certificaataanvragen kunnen overeenkomstig artikel 3, lid 2, van Verordening (EG) nr. 2247/2003 in de eerste tien dagen van de maand februari 2004 worden ingediend voor de volgende hoeveelheden rundvlees zonder been:

>RUIMTE VOOR DE TABEL>

Artikel 3

Deze verordening treedt in werking op 21 januari 2004.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 20 januari 2004.

Voor de Commissie

J. M. Silva Rodríguez

Directeur-generaal Landbouw

(1) PB L 348 van 21.12.2002, blz. 5.

(2) PB L 333 van 20.12.2003, blz. 37.

(3) PB L 302 van 31.12.1972, blz. 28.

(4) PB L 122 van 16.5.2003, blz. 36.