Verordening (EG) nr. 1549/2004 van de Commissie van 30 augustus 2004 houdende afwijking van Verordening (EG) nr. 1785/2003 van de Raad ten aanzien van de invoerregeling voor rijst en tot vaststelling van een overgangsregeling voor de invoer van Basmati-rijst
Verordening (EG) nr. 1549/2004 van de Commissie van 30 augustus 2004 houdende afwijking van Verordening (EG) nr. 1785/2003 van de Raad ten aanzien van de invoerregeling voor rijst en tot vaststelling van een overgangsregeling voor de invoer van Basmati-rijst
DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,
Gelet op Verordening (EG) nr. 1785/2003 van de Raad van 29 september 2003 houdende een gemeenschappelijke ordening van de rijstmarkt(1), en met name op artikel 10, lid 2, en artikel 11, lid 4,
Gelet op Besluit 2004/619/EG van de Raad van 11 augustus 2004 tot wijziging van de communautaire invoerregeling voor rijst(2), en met name op artikel 2,
Gelet op Besluit 2004/617/EG van de Raad van 11 augustus 2004 betreffende de sluiting van een overeenkomst in de vorm van een briefwisseling tussen de Europese Gemeenschap en India in het kader van artikel XXVIII van de GATT 1994, met het oog op de wijziging, wat rijst betreft, van de concessies die zijn opgenomen in de EG-lijst CXL, gehecht aan de GATT 1994(3), en met name op artikel 2,
Gelet op Besluit 2004/618/EG van de Raad van 11 augustus 2004 betreffende de sluiting van een overeenkomst in de vorm van een briefwisseling tussen de Europese Gemeenschap en Pakistan in het kader van artikel XXVIII van GATT 1994, met het oog op de wijziging, wat rijst betreft, van de concessies die zijn opgenomen in de EG-lijst CXL, gehecht aan GATT 1994(4), en met name op artikel 2,
Overwegende hetgeen volgt:
Bij Besluit 2004/619/EG is de invoerregeling voor gedopte rijst en volwitte rijst in de Gemeenschap gewijzigd. Bij de Besluiten 2004/618/EG en 2004/617/EG zijn de voorwaarden voor de invoer van Basmati-rijst vastgesteld. Door deze wijziging van de regeling moet Verordening (EG) nr. 1785/2003 worden gewijzigd. Om deze besluiten met ingang van 1 september 2004 te kunnen toepassen, zoals in de bij deze besluiten goedgekeurde overeenkomsten is bepaald, mag van Verordening (EG) nr. 1785/2003 worden afgeweken gedurende een overgangsperiode die afloopt op de datum waarop de wijziging van Verordening (EG) nr. 1785/2003 van toepassing wordt, maar uiterlijk op 30 juni 2005.
Bij de Besluiten 2004/617/EG en 2004/618/EG is trouwens voorzien in een overgangsregeling voor de invoer van Basmati-rijst, in afwachting van het vaststellen van een definitieve regeling voor de invoer van deze rijst. Er dient een specifieke overgangsregeling te worden vastgesteld.
Alleen Basmati-rijst die tot de in de overeenkomsten vermelde specifieke variëteiten behoort, komt in aanmerking voor invoer met nulrecht. Om te garanderen dat de met nulrecht ingevoerde Basmati-rijst werkelijk tot deze variëteiten behoort, moet deze rijst worden gecertificeerd aan de hand van een echtheidscertificaat dat door de bevoegde instanties is opgesteld.
Om fraude te voorkomen, moet worden voorzien in een methode om na te gaan of de ingevoerde Basmati-rijst wel degelijk tot de aangegeven variëteit behoort.
De overgangsregeling voor de invoer van Basmati-rijst voorziet in een procedure in het kader waarvan met het land van uitvoer wordt overlegd in geval van marktverstoring; wanneer dat overleg niet tot een bevredigende oplossing leidt, kan het volledige invoerrecht worden toegepast. Voorts moet nog nader worden gedefinieerd wanneer de markt als verstoord wordt beschouwd.
Ingevolge deze overgangsregeling moet Verordening (EG) nr. 1503/96 van de Commissie van 29 juli 1996 houdende uitvoeringsbepalingen van Verordening (EG) nr. 3072/95 van de Raad met betrekking tot de invoerrechten in de rijstsector(5), worden ingetrokken.
De in artikel 11, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1785/2003 vastgestelde invoerrechten voor gedopte rijst en volwitte rijst worden gebruikt als basis voor de berekening van de verlaagde invoerrechten waarin is voorzien in Verordening (EG) nr. 638/2003 van de Commissie van 9 april 2003 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen van Verordening (EG) nr. 2286/2002 van de Raad en Besluit 2001/822/EG van de Raad ten aanzien van de invoerregeling voor rijst van oorsprong uit de staten in Afrika, het Caribische gebied en de Stille Oceaan (de ACS-staten) en uit de landen en gebieden overzee (LGO)(6), in Verordening (EEG) nr. 862/91 van de Commissie van 8 april 1991 houdende uitvoeringsbepalingen van Verordening (EEG) nr. 3491/90 van de Raad betreffende de invoer van rijst van oorsprong uit Bangladesh(7) en in Verordening (EG) nr. 2184/96 van de Raad van 28 oktober 1996 betreffende de invoer van rijst van oorsprong en herkomst uit Egypte(8). De in onderhavige verordening vastgestelde invoerrechten doen tijdelijk dienst als basis voor de berekening van de verlaagde rechten voor de betrokken producten.
Het comité van beheer voor granen heeft geen advies uitgebracht binnen de door zijn voorzitter vastgestelde termijn,
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
In afwijking van artikel 11, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1785/2003 is het invoerrecht voor gedopte rijst van GN-code 1006 20 gelijk aan 65 EUR/t en voor volwitte rijst van GN-code 1006 30 aan 175 EUR/t.
In afwijking van artikel 11, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1785/2003 komen de in bijlage I vermelde variëteiten Basmati-rijst van de GN-codes 1006 20 17 en 1006 20 98 in aanmerking voor invoer met nulrecht.
Wanneer de eerste alinea van toepassing is, gelden de maatregelen van de artikelen 2 tot en met 8.
Artikel 2
In de aanvraag om het invoercertificaat voor Basmati-rijst worden de volgende gegevens vermeld:
in vak 8: de naam van het land van oorsprong en een kruisje bij de vermelding „ja”;
in vak 20: één van de vermeldingen van bijlage II.
De aanvraag om het invoercertificaat voor Basmati-rijst gaat vergezeld van:
het bewijs dat de aanvrager een natuurlijke persoon of een rechtspersoon is die sedert ten minste twaalf maanden een handelsactiviteit in de rijstsector uitoefent en is geregistreerd in de lidstaat waar de aanvraag wordt ingediend;
een certificaat dat de echtheid van het product aantoont, afgegeven door een in bijlage III vermelde bevoegde instantie van het land van uitvoer.
Artikel 3
Als echtheidscertificaat wordt een formulier gebruikt volgens het model in bijlage IV.
Het formaat van dit formulier bedraagt ongeveer 201 × 297 millimeter. Het origineel wordt opgesteld op papier dat vervalsing met mechanische of chemische middelen zichtbaar maakt.
De formulieren worden in het Engels gedrukt en ingevuld.
Het origineel en de kopieën worden met de schrijfmachine of met de hand ingevuld. In het laatste geval worden zij met inkt en in drukletters ingevuld.
Op elk echtheidscertificaat is in het vak rechts bovenaan een serienummer vermeld. De kopieën dragen hetzelfde nummer als het origineel.
De instantie die het invoercertificaat afgeeft, bewaart het origineel van het echtheidscertificaat en overhandigt een kopie aan de aanvrager.
Het echtheidscertificaat is geldig gedurende 90 dagen vanaf de datum van afgifte.
Het is alleen geldig als de vakken naar behoren zijn ingevuld en als het is ondertekend.
Artikel 4
Op het invoercertificaat voor Basmati-rijst worden de volgende gegevens vermeld:
in vak 8: de naam van het land van oorsprong en een kruisje bij de vermelding „ja”;
in vak 20: één van de vermeldingen van bijlage V.
In afwijking van artikel 9 van Verordening (EG) nr. 1291/2000 van de Commissie(9), zijn de uit het certificaat voor de invoer van Basmati-rijst voortvloeiende rechten niet overdraagbaar.
In afwijking van artikel 12 van Verordening (EG) nr. 1342/2003 van de Commissie(10), bedraagt het bedrag van de zekerheid voor de certificaten voor de invoer van Basmati-rijst 70 EUR/t.