Home

Verordening (EG) nr. 1445/2007 van het Europees Parlement en de Raad van 11 december 2007 tot vaststelling van gemeenschappelijke regels voor de levering van basisgegevens over koopkrachtpariteiten en voor de berekening en verspreiding van deze pariteiten (Voor de EER relevante tekst)

Verordening (EG) nr. 1445/2007 van het Europees Parlement en de Raad van 11 december 2007 tot vaststelling van gemeenschappelijke regels voor de levering van basisgegevens over koopkrachtpariteiten en voor de berekening en verspreiding van deze pariteiten (Voor de EER relevante tekst)

HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, en met name op artikel 285, lid 1,

Gezien het voorstel van de Commissie,

Gezien het advies van het Europees Economisch en Sociaal Comité(1),

Handelend volgens de procedure van artikel 251 van het Verdrag(2),

Overwegende hetgeen volgt:

  1. Voor een rechtstreekse volumevergelijking van het bruto binnenlands product (BBP) tussen de lidstaten onderling heeft de Commissie behoefte aan koopkrachtpariteiten (KKP's) waarin de verschillen in prijspeil tussen de lidstaten worden geëlimineerd.

  2. De KKP's voor de Gemeenschap moeten worden opgesteld volgens een geharmoniseerde methodiek die in overeenstemming is met Verordening (EG) nr. 2223/96 van de Raad van 25 juni 1996 inzake het Europees systeem van nationale en regionale rekeningen in de Gemeenschap(3) waarin een raamwerk voor de opstelling van de nationale rekeningen in de lidstaten is neergelegd.

  3. De lidstaten worden aangemoedigd gegevens voor regionale KKP's te produceren.

  4. In Verordening (EG) nr. 1083/2006 van de Raad van 11 juli 2006 houdende algemene bepalingen inzake het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling, het Europees Sociaal Fonds en het Cohesiefonds(4) wordt bepaald dat voor financiering uit de structuurfondsen in het kader van de convergentiedoelstelling de regio's in aanmerking komen die behoren tot niveau 2 van de gemeenschappelijke nomenclatuur van territoriale eenheden voor de statistiek in de zin van Verordening (EG) nr. 1059/2003 van het Europees Parlement en de Raad van 26 mei 2003 betreffende de opstelling van een gemeenschappelijke nomenclatuur van territoriale eenheden voor de statistiek (NUTS)(5), en een BBP per inwoner hebben dat, gemeten in KKP's en berekend aan de hand van de communautaire gegevens voor de periode 2000-2002, lager is dan 75 % van het gemiddelde BBP van de EU-25 voor dezelfde referentieperiode. Bij gebrek aan regionale KKP's moeten voor het vaststellen van de lijst van regio's die voor steun uit de structuurfondsen in aanmerking komen, nationale KKP's worden gebruikt; deze nationale KKP's kunnen ook worden gebruikt om te bepalen hoeveel middelen aan iedere regio moeten worden toegewezen.

  5. In Verordening (EG) nr. 1083/2006 wordt bepaald dat de lidstaten die in aanmerking komen voor steun uit het Cohesiefonds de lidstaten zijn met een bruto nationaal inkomen (BNI) per inwoner, uitgedrukt in KKP's en berekend aan de hand van de communautaire gegevens voor de periode 2001-2003, dat lager is dan 90 % van het gemiddelde BNI van de EU-25 en die een programma hebben om te voldoen aan de in artikel 104 van het Verdrag vervatte voorwaarden voor economische convergentie.

  6. Artikel 1 van bijlage XI bij het Statuut van de ambtenaren van de Europese Gemeenschappen, neergelegd in Verordening (EEG, Euratom, EGKS) nr. 259/68(6) (hierna „het Statuut” genoemd), bepaalt dat de Commissie (Eurostat) voor het onderzoek als bedoeld in artikel 65, lid 1, van het Statuut jaarlijks vóór het einde van de maand oktober een verslag opstelt over de ontwikkeling van de kosten van levensonderhoud in Brussel, over de economische pariteiten tussen Brussel en bepaalde standplaatsen in de lidstaten, en over de ontwikkeling van de koopkracht van de bezoldigingen die de nationale ambtenaren in de centraleoverheidsdiensten genieten.

  7. De Commissie (Eurostat) verzamelt al elk jaar basisgegevens over KKP's die door de lidstaten vrijwillig worden verstrekt. Deze actie is een standaardpraktijk in de lidstaten geworden. Toch is een wettelijk kader nodig, om de duurzame ontwikkeling, productie en verspreiding van KKP's te garanderen.

  8. De periodieke verstrekking van voorlopige resultaten, die op dit ogenblik praktijk is, moet worden voortgezet, om de meest recente cijfers ter beschikking te hebben.

  9. De voor de uitvoering van deze verordening vereiste maatregelen worden vastgesteld overeenkomstig Besluit 1999/468/EG van de Raad van 28 juni 1999 tot vaststelling van de voorwaarden voor de uitoefening van aan de Commissie verleende uitvoeringsbevoegdheden(7).

  10. In het bijzonder moet de Commissie de bevoegdheid worden gegeven, de definities aan te passen, de elementaire posten in bijlage II te wijzigen en kwaliteitscriteria vast te stellen. Daar het maatregelen van algemene strekking betreft tot wijziging van niet-essentiële onderdelen van deze verordening, onder meer door deze aan te vullen met nieuwe niet-essentiële onderdelen, moeten zij worden vastgesteld volgens de in artikel 5 bis van Besluit 1999/468/EG vastgestelde regelgevingsprocedure met toetsing.

  11. Aangezien de doelstelling van deze verordening, namelijk de vaststelling van gemeenschappelijke regels voor de levering van basisgegevens over KKP's en voor de berekening en verspreiding van deze pariteiten, niet voldoende door de lidstaten kunnen worden verwezenlijkt en derhalve beter door de Gemeenschap kunnen worden verwezenlijkt, kan de Gemeenschap, overeenkomstig het in artikel 5 van het Verdrag neergelegde subsidiariteitsbeginsel, maatregelen nemen. Overeenkomstig het in hetzelfde artikel neergelegde evenredigheidsbeginsel gaat deze verordening niet verder dan wat nodig is om deze doelstelling te verwezenlijken.

  12. Het Comité statistisch programma, opgericht bij Besluit 89/382/EEG, Euratom van de Raad(8), is overeenkomstig artikel 3 van dat besluit geraadpleegd,

HEBBEN DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1 Doel

Deze verordening beoogt de vaststelling van gemeenschappelijke regels voor de levering van basisgegevens over KKP's en voor de berekening en verspreiding van deze pariteiten.

Artikel 2 Toepassingsgebied

1.

De te leveren basisgegevens zijn de gegevens die nodig zijn voor de berekening en kwaliteitsborging van de KKP's.

Die gegevens omvatten prijzen, de waarden van de besteding van het BBP en andere in bijlage I genoemde gegevens.

De gegevens worden verzameld met de minimumfrequentie genoemd in bijlage I. Tot een frequentere verzameling van gegevens wordt alleen overgegaan in uitzonderlijke en gerechtvaardigde omstandigheden.

2.

De KKP's worden berekend aan de hand van de nationale jaargemiddelden voor prijzen van goederen en diensten, waarbij gebruik wordt gemaakt van basisgegevens over het economisch gebied van de lidstaten als bedoeld in het Europees systeem voor nationale en regionale rekeningen van de Gemeenschap (ESR 95).

3.

De KKP's worden berekend aan de hand van de in bijlage II vermelde elementaire posten, die aansluiten op de desbetreffende BBP-classificaties in Verordening (EG) nr. 2223/96.

Artikel 3 Definities

Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:

  1. „koopkrachtpariteiten” („KKP's”): ruimtelijke deflatoren en valutaomrekeningsfactoren die de effecten van de verschillen in prijspeil tussen lidstaten elimineren en daarmee volumevergelijkingen van BBP-componenten en vergelijkingen van het prijspeil mogelijk maken;

  2. „koopkrachtstandaard” („KKS”): de kunstmatige gemeenschappelijke referentievaluta die in de Europese Unie wordt gebruikt om het volume van economische aggregaten met het oog op ruimtelijke vergelijkingen zo weer te geven dat de verschillen in prijspeil tussen lidstaten worden geëlimineerd;

  3. „prijzen”: de door de eindverbruiker betaalde aankoopprijzen;

  4. „bestedingsgewicht”: het aandeel van de bestedingencomponenten in het BBP in lopende prijzen;

  5. „elementaire post”: in de BBP-onderverdeling het laagste aggregatieniveau van producten waarvoor pariteiten worden berekend;

  6. „product”: een ten behoeve van prijswaarnemingen nauwkeurig omschreven goed of dienst;

  7. „werkelijke en toegerekende huur”: werkelijke en toegerekende huur in de betekenis die hieraan is gegeven in Verordening (EG) nr. 1722/2005(9);

  8. „beloning van werknemers”: beloning van werknemers in de betekenis die hieraan is gegeven in Verordening (EG) nr. 2223/96;

  9. „temporele aanpassingsfactoren”: factoren voor de aanpassing van de bij enquêtes verzamelde gemiddelde prijzen aan gemiddelde jaarprijzen;

  10. „ruimtelijke aanpassingsfactoren”: factoren voor de aanpassing van de op een of meer plaatsen in het economisch gebied van een lidstaat verzamelde gemiddelde prijzen aan nationale gemiddelde prijzen;

  11. „representatieve producten”: producten die, gemeten aan de totale relatieve bestedingen in een elementaire post, tot de belangrijkste op de nationale markten gekochte producten behoren of als zodanig worden beschouwd;

  12. „representativiteitsindicatoren”: merktekens of andere indicatoren voor producten die lidstaten zelf als representatief hebben geselecteerd;

  13. „gelijke representativiteit”: een eis waaraan de samenstelling van de lijst van producten voor een elementaire post moet voldoen, waarbij elke lidstaat de prijzen kan bepalen van dat aantal representatieve producten dat met het oog op de heterogeniteit van de producten en het prijspeil voor de elementaire post en op de bestedingen voor de elementaire post als passend kan worden beschouwd;

  14. „transitief”: de eigenschap bezittend dat een directe vergelijking tussen twee willekeurige lidstaten hetzelfde resultaat oplevert als een indirecte vergelijking via een andere lidstaat;

  15. „fout”: het gebruik van onjuiste basisgegevens of een onjuiste toepassing van de berekeningsprocedure;

  16. „referentiejaar”: een kalenderjaar waarop specifieke jaarresultaten betrekking hebben;

  17. „onveranderlijkheid”: het gegeven dat, wanneer resultaten oorspronkelijk voor een groep lidstaten zijn berekend en dan later voor een grotere groep lidstaten worden berekend, niettemin de KKP's tussen de oorspronkelijke groep lidstaten worden aangehouden.

Artikel 4 Taken en verantwoordelijkheden

1.

De Commissie (Eurostat) is verantwoordelijk voor:

  1. de coördinatie van de levering van de basisgegevens;

  2. de berekening en publicatie van de KKP's;

  3. de borging van de kwaliteit van de KKP's overeenkomstig artikel 7;

  4. de ontwikkeling en communicatie van een methodiek in overleg met de lidstaten;

  5. de garantie dat de lidstaten gelegenheid krijgen om vóór publicatie hun opmerkingen over de KKP-resultaten kenbaar te maken en dat naar behoren met deze opmerkingen rekening zal worden gehouden; en

  6. de opstelling en verspreiding van de methodologische handleiding als bedoeld in bijlage I, punt 1.1.

2.

De lidstaten leveren de basisgegevens volgens de procedure van bijlage I.

Zodra de validering van de gegevens volgens de procedure van punt 5.2 van bijlage I is afgesloten, bevestigen de lidstaten binnen een periode van ten hoogste een maand schriftelijk de enquêteresultaten waarvoor zij verantwoordelijk zijn.

De lidstaten verlenen hun goedkeuring aan de methodiek voor de gegevensverzameling en controleren of de gegevens, met inbegrip van de door de Commissie (Eurostat) geleverde basisgegevens, plausibel zijn.

Artikel 5 Toezending van basisgegevens

Artikel 6 Statistische eenheden

Artikel 7 Kwaliteitscriteria en -controle

Artikel 8 Frequentie

Artikel 9 Verspreiding

Artikel 10 Correctiecoëfficiënten

Artikel 11 Comité-procedure

Artikel 12 Uitvoeringsmaatregelen

Artikel 13 Financiering

Artikel 14 Herziening en verslag

Artikel 15 Inwerkingtreding

BIJLAGE IMETHODIEK

BIJLAGE IIElementaire posten als bedoeld in artikel 3, onder e)