Home

Advies van de Commissie van 10 november 2009 overeenkomstig artikel 37 van het Euratom-Verdrag betreffende het gewijzigde plan voor de lozing van radioactieve afvalstoffen van de KWO-kerncentrale van Obrigheim in Duitsland

Advies van de Commissie van 10 november 2009 overeenkomstig artikel 37 van het Euratom-Verdrag betreffende het gewijzigde plan voor de lozing van radioactieve afvalstoffen van de KWO-kerncentrale van Obrigheim in Duitsland

14.11.2009

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 275/1


ADVIES VAN DE COMMISSIE

van 10 november 2009

overeenkomstig artikel 37 van het Euratom-Verdrag betreffende het gewijzigde plan voor de lozing van radioactieve afvalstoffen van de KWO-kerncentrale van Obrigheim in Duitsland

(Alleen de Duitse tekst is authentiek)

2009/C 275/01

Op 28 mei 2009 heeft de Europese Commissie overeenkomstig artikel 37 van het Euratom-Verdrag van de Duitse regering algemene gegevens ontvangen betreffende het gewijzigde plan voor de lozing van radioactieve afvalstoffen van de KWO-kerncentrale van Obrigheim.

Op basis van deze gegevens is de Commissie van mening dat het plan een wijziging is van een bestaand plan waarover zij reeds een advies heeft uitgebracht op 21 juni 2007. De Commissie heeft voorts rekening gehouden met het feit dat de faciliteit voor tussentijdse opslag van bestraalde splijtstof, resulterend uit deze wijziging, bedoeld is om 40 jaar in bedrijf te zijn en ook na de buitenbedrijfstelling en ontmanteling van de bestaande kerncentrale in bedrijf kan blijven. Na raadpleging van de groep van deskundigen brengt de Commissie het volgende advies uit:

1.

de geplande wijziging vergt geen aanpassing van de bestaande grenswaarden voor de lozing van gasvormige en vloeibare effluenten waarvoor vergunning is verleend;

2.

de geplande wijziging heeft geen gevolgen op het gebied van de vaste radioactieve afvalstoffen die ontstaan bij de buitenbedrijfstelling van de kerncentrale;

3.

de geplande wijziging heeft geen gevolgen op het gebied van niet-geplande lozingen van radioactieve effluenten ten gevolge van een ongeval van het type en de omvang als bedoeld in de algemene gegevens van het oorspronkelijke plan.

Concluderend is de Commissie van mening dat de uitvoering van het gewijzigde plan voor de verwijdering van radioactieve afvalstoffen, in welke vorm ook, van de KWO-kerncentrale van Obrigheim in de Bondsrepubliek Duitsland, zowel bij normale bedrijfsvoering als bij een ongeval van het type en de omvang als bedoeld in de algemene gegevens, niet het risico doet ontstaan van radioactieve besmetting van het water, de bodem of het luchtruim van een andere lidstaat.