Home

Verordening (EG) nr. 97/2009 van de Commissie van 2 februari 2009 tot uitvoering van Verordening (EG) nr. 295/2008 van het Europees Parlement en de Raad betreffende structurele bedrijfsstatistieken, wat het gebruik van de flexibele module betreft (Voor de EER relevante tekst)

Verordening (EG) nr. 97/2009 van de Commissie van 2 februari 2009 tot uitvoering van Verordening (EG) nr. 295/2008 van het Europees Parlement en de Raad betreffende structurele bedrijfsstatistieken, wat het gebruik van de flexibele module betreft (Voor de EER relevante tekst)

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 295/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 11 maart 2008 betreffende structurele bedrijfsstatistieken(1), en met name op artikel 3, lid 4,

Overwegende hetgeen volgt:

  1. Bij Verordening (EG) nr. 295/2008 werd een gemeenschappelijk kader vastgesteld voor de verzameling, opstelling, toezending en evaluatie van communautaire statistieken over de structuur, de activiteiten, het concurrentievermogen en de prestaties van ondernemingen in de Gemeenschap.

  2. Het gebruik van de flexibele module als bedoeld in artikel 3, lid 2, onder j), van die verordening moet worden gepland in nauwe samenwerking met de lidstaten, en er moet een besluit worden genomen over het toepassingsgebied van de module, de lijst van kenmerken, de referentieperiode, de bestreken activiteiten en de kwaliteitsvereisten.

  3. In de meeste lidstaten en in de Gemeenschap vormt de toegang tot financiering een punt van zorg bij de beleidsvorming. Alles wijst erop dat Europese ondernemingen, in het bijzonder snel groeiende en jonge ondernemingen, met een financieringstekort kampen. Er zijn dan ook statistieken nodig waarmee de situatie van deze ondernemingen in vergelijking met alle kleine en middelgrote ondernemingen kan worden geanalyseerd. Die gegevens moeten indien mogelijk uit bestaande bronnen worden verkregen.

  4. Alle verdere technische details zullen worden behandeld in richtsnoeren en aanbevelingen die door de Commissie (Eurostat) in nauwe samenwerking met de lidstaten worden vastgesteld.

  5. De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité statistisch programma,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

De flexibele module bedoeld in artikel 3, lid 2, onder j), van Verordening (EG) nr. 295/2008 wordt gebruikt om statistieken over de toegang van ondernemingen tot financiering te produceren. Er worden gegevens verzameld over ondernemingen, met uitzondering van financiële ondernemingen, die in 2005 tussen 10 en 249 werknemers telden, in 2008 nog steeds actief waren en tijdens de in artikel 6 vermelde referentieperiode minstens 10 werknemers in dienst hadden, met als subpopulaties snel groeiende ondernemingen (gemiddelde geannualiseerde werkgelegenheidsgroei van meer dan 20 % per jaar tijdens de periode 2005-2008) en „gazellen” (snelgroeiende ondernemingen die maximaal vijf jaar bestaan), die in 2003 of 2004 werden opgericht.

Artikel 2

Teneinde de lasten voor de ondernemingen en de kosten voor de lidstaten te beperken, worden indien mogelijk bestaande gegevens uit administratieve bronnen gebruikt.

Artikel 3

Er worden gegevens verzameld over de volgende kenmerken:

  1. de relevantie van de eigendomssituatie bij het starten van de onderneming en op het moment van waarneming voor de toegang tot financiering;

  2. het aantal pogingen om diverse soorten interne en externe financiering te verkrijgen, het percentage succesvolle pogingen en de redenen waarom die financiering niet werd verkregen;

  3. de omvang van de garanties voor bedrijfsleningen;

  4. de beoordeling door de eigenaar/bedrijfsleider van de kosten en lasten die met het verkrijgen van bedrijfsleningen gepaard gaan, alsook van de financiële situatie van de onderneming;

  5. het belang van de keuze van financiële instelling (geografische nabijheid, in het bijzonder wanneer landsgrenzen worden overschreden, binnen- of buitenlandse instelling, instelling waar de onderneming reeds klant is enz.);

  6. de schulden als percentage van de omzet en andere verhoudingsgetallen van financiële kenmerken in de bedrijfsrekeningen en het belang daarvan voor de toekomstige groei van de onderneming;

  7. de beoordeling van de behoefte aan toekomstige financiering en de vormen van die financiering, alsook de redenen voor die behoefte;

  8. de beoordeling van het verband tussen de financieringsopties en hun beschikbaarheid en perspectieven voor nieuwe banen;

  9. de beoordeling van de algemene administratieve lasten voor ondernemingen;

  10. de vereiste inspanning om een (eventuele) vragenlijst over de toegang tot financiering in te vullen.

Artikel 4

De bestreken activiteiten zijn die van de volgende aggregaten van de statistische classificatie van economische activiteiten in de Europese Gemeenschap, zoals vastgesteld bij Verordening (EG) nr. 1893/2006 van het Europees Parlement en de Raad (NACE Rev. 2)(2), voor zover het marktactiviteiten betreft:

  1. B tot en met E (industrie);

  2. F (bouwnijverheid);

  3. G tot en met N (diensten, geaggregeerd behalve J, K (financiële diensten) en M);

  4. J (informatie en communicatie);

  5. M (vrije beroepen en wetenschappelijke en technische activiteiten).

Artikel 5

Artikel 6

Artikel 7

Artikel 8