Home

Verordening (EG) nr. 939/2009 van de Commissie van 7 oktober 2009 tot vaststelling van de toewijzingscoëfficiënt die moet worden toegepast op de invoercertificaataanvragen die in de periode van 25 september tot en met 2 oktober 2009 zijn ingediend uit hoofde van deelcontingent III in het kader van het bij Verordening (EG) nr. 1067/2008 geopende communautaire tariefcontingent voor zachte tarwe van een andere dan van hoge kwaliteit

Verordening (EG) nr. 939/2009 van de Commissie van 7 oktober 2009 tot vaststelling van de toewijzingscoëfficiënt die moet worden toegepast op de invoercertificaataanvragen die in de periode van 25 september tot en met 2 oktober 2009 zijn ingediend uit hoofde van deelcontingent III in het kader van het bij Verordening (EG) nr. 1067/2008 geopende communautaire tariefcontingent voor zachte tarwe van een andere dan van hoge kwaliteit

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 1234/2007 van de Raad van 22 oktober 2007 houdende een gemeenschappelijke ordening van de landbouwmarkten en specifieke bepalingen voor een aantal landbouwproducten („Integrale-GMO-verordening”)(1),

Gelet op Verordening (EG) nr. 1301/2006 van de Commissie van 31 augustus 2006 houdende gemeenschappelijke voorschriften voor het beheer van door middel van een stelsel van invoercertificaten beheerde invoertariefcontingenten voor landbouwproducten(2), en met name op artikel 7, lid 2,

Overwegende hetgeen volgt:

  1. Bij Verordening (EG) nr. 1067/2008 van de Commissie(3) is een jaarlijks tariefcontingent geopend voor de invoer van 2 989 240 t zachte tarwe van een andere dan van hoge kwaliteit. Dit contingent bestaat uit drie deelcontingenten.

  2. Bij artikel 3, lid 3, van Verordening (EG) nr. 1067/2008 is de hoeveelheid van deelcontingent III (volgnummer 09.4125) in vier kwartaaltranches verdeeld en is de hoeveelheid voor tranche 4 vastgesteld op 594 596 t voor de periode van 1 oktober tot en met 31 december 2009.

  3. Uit de overeenkomstig artikel 4, lid 3, van Verordening (EG) nr. 1067/2008 gedane mededeling blijkt dat de overeenkomstig artikel 4, lid 1, tweede alinea, van die verordening in de periode van 25 september 2009, vanaf 13.00 uur tot en met 2 oktober 2009 om 13.00 uur (plaatselijke tijd Brussel) ingediende aanvragen de beschikbare hoeveelheden overschrijden. Bijgevolg dient door vaststelling van de op de aangevraagde hoeveelheden toe te passen toewijzingscoëfficiënt te worden bepaald voor welke hoeveelheden invoercertificaten kunnen worden afgegeven.

  4. Ook moet worden bepaald dat in het kader van het in Verordening (EG) nr. 1067/2008 bedoelde deelcontingent III geen invoercertificaten meer mogen worden afgegeven voor de lopende contingentperiode,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

1.

Voor elke invoercertificaataanvraag in het kader van het in Verordening (EG) nr. 1067/2008 bedoelde deelcontingent III die in de periode van 25 september 2009, vanaf 13.00 uur tot en met 2 oktober 2009 om 13.00 uur (plaatselijke tijd Brussel) is ingediend, wordt een certificaat afgegeven voor de gevraagde hoeveelheid, vermenigvuldigd met een toewijzingscoëfficiënt van 2,911522 %.

2.

De afgifte van certificaten in het kader van het in Verordening (EG) nr. 1067/2008 bedoelde deelcontingent III, waarvoor de aanvraag is ingediend met ingang van 2 oktober 2009 om 13.00 uur (plaatselijke tijd Brussel), wordt voor de lopende contingentperiode geschorst.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de dag van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 7 oktober 2009.

Voor de Commissie

Jean-Luc Demarty

Directeur-generaal Landbouw en plattelandsontwikkeling