Verordening (EU) nr. 15/2010 van de Commissie van 7 januari 2010 tot wijziging van bijlage I bij Verordening (EG) nr. 689/2008 van het Europees Parlement en de Raad betreffende de in- en uitvoer van gevaarlijke chemische stoffen (Voor de EER relevante tekst)
Verordening (EU) nr. 15/2010 van de Commissie van 7 januari 2010 tot wijziging van bijlage I bij Verordening (EG) nr. 689/2008 van het Europees Parlement en de Raad betreffende de in- en uitvoer van gevaarlijke chemische stoffen (Voor de EER relevante tekst)
DE EUROPESE COMMISSIE,
Gelet op het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,
Gelet op Verordening (EG) nr. 689/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 17 juni 2008 betreffende de in- en uitvoer van gevaarlijke chemische stoffen(1), en met name op artikel 22, lid 4,
Overwegende hetgeen volgt:
Bij Verordening (EG) nr. 689/2008 wordt het Verdrag van Rotterdam inzake de procedure met betrekking tot voorafgaande geïnformeerde toestemming (de „PIC-procedure”) ten aanzien van bepaalde gevaarlijke chemische stoffen en pesticiden in de internationale handel ten uitvoer gelegd. Het verdrag werd op 11 september 1998 ondertekend en namens de Gemeenschap goedgekeurd bij Besluit 2003/106/EG van de Raad van 19 december 2002 inzake de sluiting namens de Europese Gemeenschap van het Verdrag van Rotterdam inzake de procedure met betrekking tot voorafgaande toestemming (PIC) ten aanzien van bepaalde chemische stoffen en pesticiden in de internationale handel(2).
Bijlage I bij Verordening (EG) nr. 689/2008 moet worden gewijzigd teneinde rekening te houden met de regelgeving inzake bepaalde chemicaliën overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1907/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 inzake de registratie en beoordeling van en de autorisatie en beperkingen ten aanzien van chemische stoffen (REACH), tot oprichting van een Europees Agentschap voor chemische stoffen, houdende wijziging van Richtlijn 1999/45/EG en houdende intrekking van Verordening (EEG) nr. 793/93 van de Raad en Verordening (EG) nr. 1488/94 van de Commissie alsmede Richtlijn 76/769/EEG van de Raad en de Richtlijnen 91/155/EEG, 93/67/EEG, 93/105/EG en 2000/21/EG van de Commissie(3), Richtlijn 91/414/EEG van de Raad van 15 juli 1991 betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen(4) en Richtlijn 98/8/EG van het Europees Parlement en de Raad van 16 februari 1998 betreffende het op de markt brengen van biociden(5).
Er is besloten de stoffen 1,3-dichloorpropeen, benfuracarb en trifluralin niet op te nemen als werkzame stoffen in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG, wat als gevolg heeft dat deze werkzame stoffen niet mogen worden gebruikt als pesticiden en dus moeten worden toegevoegd aan de lijst van chemische stoffen die zijn opgenomen in deel 1 en 2 van bijlage I bij Verordening (EG) nr. 689/2008. Aangezien nieuwe aanvragen zijn ingediend waarvoor nieuwe beslissingen inzake opname in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG moeten worden genomen, is toevoeging aan de lijst van chemische stoffen van deel 2 van bijlage I bij Verordening (EG) nr. 689/2008 niet mogelijk zolang de nieuwe beslissingen betreffende de status van deze chemische stoffen niet zijn genomen.
Er is besloten de stof methomyl niet op te nemen als werkzame stof in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG en de stof methomyl niet op te nemen als werkzame stof in bijlage I, IA of IB bij Richtlijn 98/8/EG met als gevolg dat deze werkzame stof niet mag worden gebruikt als pesticide en dus moet worden toegevoegd aan de lijst van chemische stoffen van de delen 1 en 2 van bijlage I bij Verordening (EG) nr. 689/2008. Aangezien een nieuwe aanvraag is ingediend waarvoor een nieuwe beslissing inzake opname in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG moet worden genomen, is toevoeging aan de lijst van chemische stoffen van deel 2 van bijlage I bij Verordening (EG) nr. 689/2008 niet mogelijk zolang de nieuwe beslissing betreffende de status van deze chemische stoffen niet is genomen.
Er is besloten de stoffen diazinon, dichloorvos en fenitrothion niet op te nemen als werkzame stof in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG, met als gevolg dat deze werkzame stoffen streng zijn beperkt wat hun gebruik als pesticide betreft en dus moeten worden toegevoegd aan de lijst van chemische stoffen van deel 2 van bijlage I bij Verordening (EG) nr. 689/2008 omdat nagenoeg alle gebruik is verboden ondanks het feit dat deze stoffen zijn aangewezen en ter kennis gebracht voor evaluatie overeenkomstig Richtlijn 98/8/EG en dat het gebruik ervan dus verder door de lidstaten kan worden toegestaan totdat een besluit overeenkomstig deze richtlijn is genomen.
Overeenkomstig artikel 8, lid 2, van Richtlijn 91/414/EEG mogen de lidstaten gedurende een periode van 12 jaar toelaten dat gewasbeschermingsmiddelen die bepaalde werkzame stoffen bevatten op de markt worden gebracht. Deze periode is verlengd bij Verordening (EG) nr. 2076/2002 van de Commissie van 20 november 2002 houdende verlenging van de in artikel 8, lid 2, van Richtlijn 91/414/EEG van de Raad bedoelde termijn en betreffende de niet-opneming van bepaalde werkzame stoffen in bijlage I van die richtlijn en de intrekking van toelatingen voor gewasbeschermingsmiddelen die deze stoffen bevatten(6). Aangezien, voordat deze termijn is verstreken, de werkzame stoffen azinfos-methyl en vinclozolin echter niet zijn goedgekeurd voor opname in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG, waren de lidstaten verplicht de nationale vergunningen voor het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen die deze stoffen bevatten per 1 januari 2007 in te trekken. Als gevolg daarvan mogen de werkzame stoffen azinfos-methyl en vinclozolin niet worden gebruikt als pesticide en moeten zij worden toegevoegd aan de lijst van chemische stoffen van deel 2 van bijlage I bij Verordening (EG) nr. 689/2008.
Er is besloten het gebruik van de stoffen fenarimol, methamidofos en procymidon streng te beperkten krachtens verscheidene maatregelen, onder meer dat deze werkzame stoffen slechts voor een zeer korte periode zijn opgenomen in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG. Na het verstrijken van deze periode mogen deze stoffen niet meer worden gebruikt met als gevolg dat zij worden uitgesloten van de categorie „Pesticiden” en dus moeten worden opgenomen in de lijst van chemische stoffen van de delen 1 en 2 van bijlage I bij Verordening (EG) nr. 689/2008.
Bij Richtlijn 2003/112/EG van de Commissie van 1 december 2003 tot wijziging van Richtlijn 91/414/EEG van de Raad teneinde paraquat op te nemen als werkzame stof(7) is besloten de stof paraquat op te nemen als werkzame stof in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG. Richtlijn 2003/112/EG is echter nietig verklaard bij het arrest van het Gerecht van eerste aanleg van de Europese Gemeenschappen van 11 juli 2007 in zaak T-229/04(8), met als gevolg dat deze werkzame stof niet mag worden gebruikt als pesticide en dus moet worden opgenomen in de lijst van chemische stoffen van de delen 1 en 2 van bijlage I bij Verordening (EG) nr. 689/2008.
Bij Beschikking 2007/322/EG van de Commissie van 4 mei 2007 tot vaststelling van beschermende maatregelen betreffende toepassingen van tolylfluanide bevattende gewasbeschermingsmiddelen die leiden tot de verontreiniging van drinkwater(9) is er besloten het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen die tolylfluanide bevatten in bepaalde omstandigheden te beperken. Voorts is door de desbetreffende sector besloten gewasbeschermingsmiddelen die de werkzame stof tolylfluanide bevatten, met het oog op de volksgezondheid uit de handel te halen, wat als gevolg heeft dat deze werkzame stof niet meer mag worden gebruikt in de pesticide-subcategorie in de groep van de gewasbeschermingsmiddelen. Het verbod op deze stof in deze subcategorie wordt beschouwd als een strenge beperking in de „Pesticide”-categorie en dus moet deze werkzame stof worden opgenomen in de lijst van chemische stoffen van de delen 1 en 2 van bijlage I bij Verordening (EG) nr. 689/2008.
Er is besloten de stof diuron als werkzame stof op te nemen in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG wat als gevolg heeft dat deze werkzame stof niet meer verboden is voor gebruik in de subcategorie „Pesticiden” in de groep van de gewasbeschermingsmiddelen. Bijgevolg moet deze werkzame stof worden geschrapt uit deel 1 van bijlage I bij Verordening (EG) nr. 689/2008.
Er is een nieuwe aanvraag ingediend voor de werkzame stoffen cadusafos, carbofuran, carbosulfan en haloxyfop-R, hetgeen een nieuwe beslissing zal vergen betreffende de opname van deze stoffen in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG; bijgevolg moeten deze chemische stoffen worden geschrapt van de lijst van chemische stoffen van deel 2 van bijlage I bij Verordening (EG) nr. 689/2008. Het besluit inzake de toevoeging aan de lijst van chemische stoffen in deel 2 van bijlage I kan niet worden genomen zolang het nieuwe besluit inzake de status van deze stoffen overeenkomstig Richtlijn 91/414/EEG niet is genomen.
Bijlage I bij Verordening (EG) nr. 689/2008 moet bijgevolg dienovereenkomstig worden gewijzigd.
De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het comité dat is opgericht bij artikel 133 van Verordening (EG) nr. 1907/2006,
HEEFT DEZE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
Bijlage I bij Verordening (EG) nr. 689/2008 wordt gewijzigd overeenkomstig de bijlage van deze verordening.
Artikel 2
Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 7 januari 2010.
Voor de Commissie
De voorzitter
José Manuel Barroso
BIJLAGE
Bijlage I bij Verordening (EG) nr. 689/2008 wordt als volgt gewijzigd:
deel 1 wordt als volgt gewijzigd:
de volgende stoffen worden toegevoegd:
Chemische stof
CAS-nummer
Einecs-nummer
GN-code
Subcategorie (*)
Gebruiksbeperking (**)
Landen waarvoor geen kennisgeving vereist is
„1,3-Dichloorpropeen(1)
542-75-6
208-826-5
2903 29 00
p(1)
v
Benfuracarb
82560-54-1
2932 99 00
p(1)
v
Fenarimol +
60168-88-9
262-095-7
2933 59 95
p(1)
v
Methamidofos(2) +
10265-92-6
233-606-0
2930 50 00
p(1)
v
Methomyl
16752-77-5
240-815-0
2930 90 85
p(1)-p(2)
v–v
Paraquat +
4685-14-7
225-141-7
2933 39 99
p(1)
v
Procymidon +
32809-16-8
251-233-1
2925 19 95
p(1)
v
Tolylfluanide +
731-27-1
211-986-9
2930 90 85
p(1)
v
Trifluralin
1582-09-8
216-428-8
2921 43 00
p(1)
v
de volgende stof wordt geschrapt:
Chemische stof
CAS-nummer
Einecs-nummer
GN-code
Subcategorie (*)
Gebruiksbeperking (**)
Landen waarvoor geen kennisgeving vereist is
„Diuron
330-54-1
006-015-00
2924 21 90
p(1)
v”
deel 2 wordt als volgt gewijzigd:
de volgende stoffen worden toegevoegd:
Chemische stof
CAS-nummer
Einecs-nummer
GN-code
Categorie (*)
Gebruiksbeperking (**)
„Azinfos-methyl
86-50-0
201-676-1
2933 99 80
p
v
Diazinon
333-41-5
206-373-8
2933 59 10
p
sb
Dichloorvos
62-73-7
200-547-7
2919 90 00
p
sb
Fenarimol
60168-88-9
262-095-7
2933 59 95
p
v
Fenitrothion
122-14-5
204-524-2
2920 19 00
p
sb
Methamidofos(1)
10265-92-6
233-606-0
2930 50 00
p
v
Paraquat
1910-42-5
217-615-7
2933 39 99
p
v
Procymidon
32809-16-8
251-233-1
2925 19 95
p
v
Tolylfluanide
731-27-1
211-986-9
2930 90 85
p
sb
Vinclozolin
50471-44-8
256-599-6
2934 99 90
p
v
de volgende items worden geschrapt:
Chemische stof
CAS-nummer
Einecs-nummer
GN-code
Categorie (*)
Gebruiksbeperking (**)
„Cadusafos
95465-99-9
n.v.t.
2930 90 85
p
v
Carbofuran
1563-66-2
216-353-0
2932 99 85
p
v
Carbosulfan
55285-14-8
259-565-9
2932 99 85
p
v
Haloxyfop-R
(Haloxyfop-P-methylester)
95977-29-0
(72619-32-0)
n.v.t.
(406-250-0)
2933 39 99
(2933 39 99)
p
v”