Home

Richtlijn 2011/23/EU van de Commissie van 3 maart 2011 tot wijziging van Richtlijn 91/414/EEG van de Raad teneinde triflumuron op te nemen als werkzame stof Voor de EER relevante tekst

Richtlijn 2011/23/EU van de Commissie van 3 maart 2011 tot wijziging van Richtlijn 91/414/EEG van de Raad teneinde triflumuron op te nemen als werkzame stof Voor de EER relevante tekst

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Richtlijn 91/414/EEG van de Raad van 15 juli 1991 betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen(1), en met name artikel 6, lid 1,

Overwegende hetgeen volgt:

  1. Bij de Verordeningen (EG) nr. 451/2000(2) en (EG) nr. 1490/2002(3) van de Commissie zijn de bepalingen voor de uitvoering van de derde fase van het in artikel 8, lid 2, van Richtlijn 91/414/EEG vermelde werkprogramma vastgesteld en is een lijst opgesteld van werkzame stoffen die moeten worden onderzocht met het oog op de eventuele opneming ervan in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG. Triflumuron is in die lijst opgenomen. Bij Beschikking 2009/241/EG van de Commissie(4) is besloten om triflumuron niet op te nemen in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG.

  2. Overeenkomstig artikel 6, lid 2, van Richtlijn 91/414/EEG heeft de oorspronkelijke kennisgever („de aanvrager”) een nieuwe aanvraag ingediend met het oog op de toepassing van de versnelde procedure, als vastgesteld in de artikelen 14 tot en met 19 van Verordening (EG) nr. 33/2008 van de Commissie van 17 januari 2008 tot vaststelling van nadere bepalingen voor de uitvoering van Richtlijn 91/414/EEG van de Raad met betrekking tot een normale en een versnelde procedure voor de beoordeling van werkzame stoffen die deel uitmaakten van het in artikel 8, lid 2, van die richtlijn bedoelde werkprogramma, maar niet in bijlage I ervan zijn opgenomen(5).

  3. De aanvraag is ingediend bij Italië, dat bij Verordening (EG) nr. 1490/2002 tot als rapporteur optredende lidstaat is aangewezen. De termijn voor de versnelde procedure is nageleefd. De specificatie van de werkzame stof en de ondersteunde toepassingen zijn dezelfde als in Beschikking 2009/241/EG. Die aanvraag voldoet ook aan de overige materiële en procedurele voorschriften van artikel 15 van Verordening (EG) nr. 33/2008.

  4. Italië heeft de door de aanvrager ingediende nieuwe informatie en gegevens onderzocht en een aanvullend verslag opgesteld. Het heeft dat verslag op 5 maart 2010 aan de Europese Autoriteit voor voedselveiligheid (EFSA) en de Commissie toegezonden.

  5. De EFSA heeft het aanvullende verslag aan de andere lidstaten en de aanvrager toegezonden en de naar aanleiding daarvan ontvangen opmerkingen naar de Commissie doorgestuurd. Overeenkomstig artikel 20, lid 1, van Verordening (EG) nr. 33/2008 en op verzoek van de Commissie is het aanvullende verslag door de lidstaten en de EFSA intercollegiaal getoetst. Op 9 december 2010 heeft de EFSA haar conclusie over triflumuron aan de Commissie doen toekomen(6). Het ontwerpevaluatieverslag, het aanvullende verslag en de conclusie van de EFSA zijn door de lidstaten en de Commissie in het kader van het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid onderzocht en op 28 januari 2011 afgerond in de vorm van het evaluatieverslag van de Commissie voor triflumuron.

  6. Het aanvullende verslag van de als rapporteur optredende lidstaat en de nieuwe conclusie van de EFSA gaan voornamelijk over de problemen die tot de niet-opneming hebben geleid. Met name is op grond van de beschikbare informatie niet aangetoond dat de blootstelling van de consumenten aanvaardbaar is wegens een gebrek aan gegevens over de aard en het gehalte van de desbetreffende residuen. Het was immers niet mogelijk om een beoordeling van het acute risico voor de metaboliet M07(7) uit te voeren, omdat de gegevens ontoereikend waren om voor deze metaboliet een acute referentiedosis te bepalen. Verder ontbraken gegevens voor de vaststelling van een passende residudefinitie en de schatting van het residugehalte in verwerkte fruitproducten.

  7. De door de aanvrager ingediende nieuwe informatie maakte een beoordeling van de blootstelling van de consumenten mogelijk. De thans beschikbare informatie duidt erop dat de blootstelling van de consumenten aanvaardbaar is.

  8. Bijgevolg kan op grond van de door de aanvrager verstrekte aanvullende gegevens en informatie worden gesteld dat de specifieke problemen die tot de niet-opneming hadden geleid, uit de weg zijn geruimd. Er zijn geen andere open wetenschappelijke kwesties gerezen.

  9. Uit de verschillende analysen is gebleken dat mag worden verwacht dat gewasbeschermingsmiddelen die triflumuron bevatten, in het algemeen zullen voldoen aan de in artikel 5, lid 1, onder a) en b), van Richtlijn 91/414/EEG gestelde eisen, met name voor de toepassingen waarvoor zij zijn onderzocht en die zijn opgenomen in het evaluatieverslag van de Commissie. Triflumuron moet daarom in bijlage I worden opgenomen om ervoor te zorgen dat gewasbeschermingsmiddelen die deze werkzame stof bevatten, in alle lidstaten kunnen worden toegelaten overeenkomstig die richtlijn.

  10. Onverminderd die conclusie moet ter bevestiging informatie over bepaalde specifieke punten worden ingewonnen. Artikel 6, lid 1, van Richtlijn 91/414/EEG bepaalt dat aan de opneming van een werkzame stof in bijlage I voorwaarden kunnen worden verbonden. Daarom moet de aanvrager worden verzocht ter bevestiging informatie te verstrekken over het langetermijnrisico voor vogels, het risico voor ongewervelde waterdieren en het risico voor de ontwikkeling van bijenbroedsels.

  11. Richtlijn 91/414/EEG moet daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd.

  12. De in deze richtlijn vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid,

HEEFT DE VOLGENDE RICHTLIJN VASTGESTELD:

Artikel 1

Bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG wordt gewijzigd overeenkomstig de bijlage bij deze richtlijn.

Artikel 2

De lidstaten doen de nodige wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen in werking treden om uiterlijk op 30 september 2011 aan deze richtlijn te voldoen. Zij delen de Commissie de tekst van die bepalingen onverwijld mee, alsmede een tabel ter weergave van het verband tussen die bepalingen en deze richtlijn.

Wanneer de lidstaten die bepalingen aannemen, wordt in die bepalingen zelf of bij de officiële bekendmaking daarvan naar deze richtlijn verwezen. De regels voor die verwijzing worden vastgesteld door de lidstaten.

Artikel 3

Deze richtlijn treedt in werking op 1 april 2011.

Artikel 4

Deze richtlijn is gericht tot de lidstaten.

BIJLAGE