De bijlage bij Verordening (EU) nr. 107/2010 wordt vervangen door de bijlage bij deze verordening.
Verordening (EU) nr. 168/2011 van de Commissie van 23 februari 2011 tot wijziging van Verordening (EU) nr. 107/2010 wat betreft het gebruik van het toevoegingsmiddel Bacillus subtilis ATCC PTA-6737 in diervoeding die maduramicin-ammonium, monensin-natrium, narasin of robenidinehydrochloride bevat Voor de EER relevante tekst
Verordening (EU) nr. 168/2011 van de Commissie van 23 februari 2011 tot wijziging van Verordening (EU) nr. 107/2010 wat betreft het gebruik van het toevoegingsmiddel Bacillus subtilis ATCC PTA-6737 in diervoeding die maduramicin-ammonium, monensin-natrium, narasin of robenidinehydrochloride bevat Voor de EER relevante tekst
DE EUROPESE COMMISSIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,
Gezien Verordening (EG) nr. 1831/2003 van het Europees Parlement en de Raad van 22 september 2003 betreffende toevoegingsmiddelen voor diervoeding(1), en met name artikel 13, lid 3,
Overwegende hetgeen volgt:
De verlening van vergunningen voor toevoegingsmiddelen voor diervoeding, met inbegrip van de vergunningsgronden en -procedures, is geregeld bij Verordening (EG) nr. 1831/2003.
Verordening (EG) nr. 1831/2003 biedt de mogelijkheid om de vergunning voor een toevoegingsmiddel te wijzigen ingevolge een verzoek van de vergunninghouder en een advies van de Europese Autoriteit voor voedselveiligheid (EFSA).
Het gebruik van het preparaat van micro-organismen Bacillus subtilis ATCC PTA-6737 is bij Verordening (EU) nr. 107/2010 van de Commissie(2) voor een periode van tien jaar toegestaan voor mestkippen.
De vergunninghouder heeft een aanvraag ingediend tot wijziging van de vergunning voor Bacillus subtilis ATCC PTA-6737 om het gebruik daarvan toe te staan in diervoeding voor mestkippen die de coccidiostatica maduramicin-ammonium, monensin-natrium, narasin of robenidinehydrochloride bevat. De vergunninghouder heeft de relevante gegevens ter staving van zijn aanvraag ingediend.
De EFSA heeft in haar advies van 7 oktober 2010 geconcludeerd dat het toevoegingsmiddel Bacillus subtilis ATCC PTA-6737 compatibel is met maduramicin-ammonium, monensin-natrium, narasin of robenidinehydrochloride(3).
Aan de voorwaarden van artikel 5 van Verordening (EG) nr. 1831/2003 is voldaan.
Verordening (EU) nr. 107/2010 moet daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd.
De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid,
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
Artikel 2
Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 23 februari 2011.
Voor de Commissie
De voorzitter
José Manuel Barroso
BIJLAGE
Identificatienummer van het toevoegingsmiddel |
Naam van de vergunninghouder |
Toevoegingsmiddel |
Samenstelling, chemische formule, beschrijving, analysemethode |
Diersoort of -categorie |
Maximumleeftijd |
Minimumgehalte |
Maximumgehalte |
Andere bepalingen |
Einde van de vergunningsperiode |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
CFU/kg volledig diervoeder met een vochtgehalte van 12 % |
|||||||||
Categorie zoötechnische toevoegingsmiddelen. Functionele groep: darmflorastabilisatoren | |||||||||
4b1823 |
Kemin Europa NV |
Bacillus subtilis ATCC PTA-6737 |
|
Mestkippen |
— |
1 × 107 |
— |
1. In de gebruiksaanwijzing voor het toevoegingsmiddel en het voormengsel de opslagtemperatuur, de houdbaarheid en de stabiliteit bij verwerking tot pellets vermelden. 2. Mag worden gebruikt in diervoeders die de volgende toegestane coccidiostatica bevatten: diclazuril, decoquinaat, salinomycine-natrium, narasin/nicarbazine, lasalocide A natrium, maduramicinammonium, monensinnatrium, narasin of robenidinehydrochloride. |
1.3.2020 |