Home

Verordening (EU) nr. 336/2011 van de Commissie van 7 april 2011 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1292/2008 wat betreft het gebruik van het toevoegingsmiddel Bacillus amyloliquefaciens CECT 5940 in diervoeding die diclazuril, monensin-natrium en nicarbazine bevat Voor de EER relevante tekst

Verordening (EU) nr. 336/2011 van de Commissie van 7 april 2011 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1292/2008 wat betreft het gebruik van het toevoegingsmiddel Bacillus amyloliquefaciens CECT 5940 in diervoeding die diclazuril, monensin-natrium en nicarbazine bevat Voor de EER relevante tekst

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EG) nr. 1831/2003 van het Europees Parlement en de Raad van 22 september 2003 betreffende toevoegingsmiddelen voor diervoeding(1), en met name artikel 13, lid 3,

Overwegende hetgeen volgt:

  1. De verlening van vergunningen voor toevoegingsmiddelen voor diervoeding, met inbegrip van de vergunningsgronden en -procedures, is geregeld bij Verordening (EG) nr. 1831/2003.

  2. Verordening (EG) nr. 1831/2003 biedt de mogelijkheid om de vergunning voor een toevoegingsmiddel te wijzigen ingevolge een verzoek van de vergunninghouder en een advies van de Europese Autoriteit voor voedselveiligheid (EFSA).

  3. Voor het gebruik van het preparaat van micro-organismen Bacillus amyloliquefaciens CECT 5940 is bij Verordening (EG) nr. 1292/2008 van de Commissie van 18 december 2008 tot verlening van een vergunning voor Bacillus amyloliquefaciens CECT 5940 (Ecobiol en Ecobiol plus) als toevoegingsmiddel voor diervoeding(2) voor een periode van tien jaar een vergunning verleend voor mestkippen.

  4. De vergunninghouder heeft een aanvraag ingediend tot wijziging van de vergunning voor dit toevoegingsmiddel om het gebruik daarvan toe te staan in diervoeding voor mestkippen die de coccidiostatica monensin-natrium, diclazuril, nicarbazine, robenidinehydrochloride, salinomycine-natrium, lasalocide-natrium, narasin/nicarbazine, maduramicin-ammonium, decoquinaat of semduramicin-natrium bevat. De vergunninghouder heeft de relevante gegevens tot ondersteuning van zijn verzoek ingediend.

  5. De EFSA heeft in haar advies van 9 november 2010 geconcludeerd dat het toevoegingsmiddel Bacillus amyloliquefaciens CECT 5940 compatibel is met diclazuril, monensin-natrium en nicarbazine(3).

  6. Aan de voorwaarden van artikel 5 van Verordening (EG) nr. 1831/2003 is voldaan.

  7. Verordening (EG) nr. 1292/2008 moet daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd.

  8. De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

De bijlage bij Verordening (EG) nr. 1292/2008 wordt vervangen door de bijlage bij deze verordening.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 7 april 2011.

Voor de Commissie

De voorzitter

José Manuel Barroso

BIJLAGE

De bijlage bij Verordening (EG) nr. 1292/2008 wordt vervangen door:

„BIJLAGE

Identificatienummer van het toevoegingsmiddel

Naam van de vergunninghouder

Toevoegingsmiddel

Samenstelling, chemische formule, beschrijving, analysemethode

Diersoort of -categorie

Maximumleeftijd

Minimumgehalte

Maximumgehalte

Overige bepalingen

Einde van de vergunningsperiode

CFU/kg volledig diervoeder met een vochtgehalte van 12 %

Categorie zoötechnische toevoegingsmiddelen. Functionele groep: darmflorastabilisatoren

4b1822

NOREL SA

Bacillus amyloliquefaciens CECT 5940

  • Samenstelling van het toevoegingsmiddel

    Preparaat van Bacillus amyloliquefaciens CECT 5940 met minimaal 1 × 109 CFU/g toevoegingsmiddel.

  • Karakterisering van de werkzame stof

    Sporen van Bacillus amyloliquefaciens CECT 5940.

  • Analysemethoden(1)

    Telling: spreidplaatmethode onder gebruikmaking van trypton-soja-agar na verhittingsbehandeling.

    Identificatie: pulsed-field gelelektroforese (PFGE).

Mestkippen

1 × 109

1. In de gebruiksaanwijzing voor het toevoegingsmiddel en het voormengsel de opslagtemperatuur, de houdbaarheid en de stabiliteit bij verwerking tot pellets vermelden.

2. Mag worden gebruikt in diervoeders die de volgende toegestane coccidiostatica bevatten: diclazuril, monensin-natrium of nicarbazine.

3. Om veiligheidsredenen: gebruik van ademhalingsbescherming, bril en handschoenen tijdens hantering.

8 januari 2019

„BIJLAGE