Home

Gedelegeerde Verordening (EU) van de Commissie Nr. 626/2011 van 4 mei 2011 houdende aanvulling van Richtlijn 2010/30/EU van het Europees Parlement en de Raad met betrekking tot de energie-etikettering van airconditioners

Gedelegeerde Verordening (EU) van de Commissie Nr. 626/2011 van 4 mei 2011 houdende aanvulling van Richtlijn 2010/30/EU van het Europees Parlement en de Raad met betrekking tot de energie-etikettering van airconditioners

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Richtlijn 2010/30/EU van het Europees Parlement en de Raad van 19 mei 2010 betreffende de vermelding van het energieverbruik en het verbruik van andere hulpbronnen op het etiket en in de standaardproductinformatie van energiegerelateerde producten(1), en met name op artikel 10,

Overwegende hetgeen volgt:

  1. Krachtens Richtlijn 2010/30/EU moet de Commissie gedelegeerde handelingen vaststellen met betrekking tot de etikettering van energiegerelateerde producten die een aanzienlijk energiebesparingspotentieel bieden en bij een gelijkwaardige functionaliteit sterk verschillen prestatieniveaus hebben.

  2. Bij Richtlijn 2002/31/EG van de Commissie van 22 maart 2002 houdende uitvoeringsbepalingen van Richtlijn 92/75/EEG van de Raad met betrekking tot de energie-etikettering van airconditioners voor huishoudelijk gebruik(2), zijn voorschriften vastgelegd voor de energie-etikettering van airconditioners. Bij deze uitvoeringsrichtlijn zijn verschillende etiketteringsschalen vastgesteld voor airconditioners die verschillende technologieën gebruiken en overeenkomstig de richtlijn is de bepaling van de energie-efficiëntie uitsluitend gebaseerd op gebruik van het apparaat bij volle belasting.

  3. Het elektriciteitsverbruik van airconditioners vertegenwoordigt een groot deel van de totale huishoudelijke en commerciële elektriciteitsvraag in de Unie. De energie-efficiëntie is al verbeterd, maar het energieverbruik van airconditioners kan nog veel meer worden teruggedrongen.

  4. Richtlijn 2002/31/EG moet worden ingetrokken en bij de onderhavige verordening moeten nieuwe bepalingen worden vastgesteld om ervoor te zorgen dat het energielabel voor fabrikanten een dynamische stimulans vormt om de energie-efficiëntie van airconditioners verder te verbeteren en de markttransformatie naar energie-efficiënte technologieën te versnellen.

  5. De bepalingen van deze verordening zijn van toepassing op lucht-lucht-airconditioners met een koelvermogen (of verwarmingsvermogen, als het apparaat uitsluitend kan verwarmen) van maximaal 12 kW.

  6. De technologische ontwikkelingen op het gebied van de verbetering van de energie-efficiëntie van airconditioners zijn de afgelopen jaren zeer snel gegaan. Dit heeft het voor verscheidene derde landen mogelijk gemaakt stringente minimumenergie-efficiëntie-eisen in te voeren en heeft geleid tot een proces waarbij nieuwe energie-etiketteringssystemen werden ingevoerd die op de prestaties naargelang van het seizoen zijn gebaseerd. Moderne apparaten, met uitzondering van de airconditioners met één luchtkanaal en met twee luchtkanalen, die de hoogste energie-efficiëntieniveaus bereiken, zijn veel zuiniger dan de A-efficiëntieniveaus als neergelegd bij Richtlijn 2002/31/EG.

  7. Bij deze verordening worden twee energie-efficiëntieschalen ingevoerd die gebaseerd zijn op de primaire functie van airconditioners en op specifieke, voor de consument belangrijke aspecten. Aangezien airconditioners voornamelijk worden gebruikt bij gedeeltelijke belasting, wordt de efficiëntietest, met uitzondering van die voor airconditioners met één luchtkanaal en met twee luchtkanalen, voortaan beter gebaseerd op een seizoensgebonden efficiëntiemeetmethode. De seizoensgebonden efficiëntiemeetmethode houdt beter rekening met de baten van de omvormer-technologie en met de omstandigheden waarin deze apparaten worden gebruikt. De nieuwe efficiëntieberekeningsmethode samen met een maatregel ter uitvoering van de richtlijn inzake ecologisch ontwerp waarbij de minimumenergie-efficiëntie-eisen stringenter worden gemaakt dan het huidige A-niveau, zullen leiden tot een nieuwe indeling van deze apparaten. Bijgevolg moeten split-, raam- en muurairconditioners nieuwe A-G-energie-efficiëntieklassen krijgen met een „+” die om de twee jaar aan de top van de schaal wordt toegevoegd totdat de A+++-klasse wordt bereikt.

  8. Voor airconditioners met één luchtkanaal en met twee luchtkanalen moeten nog steeds steady-state-energie-efficiëntieprestatie-indicatoren worden gebruikt aangezien er voor dergelijke airco's momenteel geen omvormereenheden op de markt zijn. Aangezien een herschaling voor dergelijke apparaten niet passend is, moeten airconditioners met één luchtkanaal en met twee luchtkanalen een A+++-D-schaal krijgen. Terwijl deze apparaten die inherent minder efficiënt zijn dan split-apparaten binnen een A+++-D-schaal maximaal de A+-energie-efficiëntieklasse kunnen bereiken, kunnen de efficiëntere split-apparaten de A+++-energie-efficiëntieklasse bereiken.

  9. Deze verordening moet waarborgen dat de consument nauwkeuriger vergelijkende informatie krijgt over de prestaties van airconditioners.

  10. Verwacht wordt dat het gecombineerde effect van de energie-etikettering, als vastgesteld bij deze verordening, en van de verordening tot uitvoering van Richtlijn 2009/125/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende eisen inzake ecologisch ontwerp voor airconditioners(3), resulteert in een jaarlijkse elektriciteitsbesparing van 11 TWh tegen 2020 ten opzichte van de situatie waarin geen maatregelen worden genomen.

  11. Het geluidsniveau van een airconditioner kan voor eindgebruikers een belangrijk element zijn. Om de gebruikers in staat te stellen een geïnformeerd besluit te nemen, moet informatie over de geluidsemissie worden opgenomen op het etiket van airconditioners.

  12. De informatie op het etiket moet worden verkregen via betrouwbare, nauwkeurige en reproduceerbare meetprocedures, waarbij rekening wordt gehouden met de algemeen erkende meest recente meetmethoden waaronder, indien beschikbaar, geharmoniseerde normen die zijn vastgesteld door de Europese normalisatie-instellingen als genoemd in bijlage I bij Richtlijn 98/34/EG van het Europees Parlement en de Raad van 22 juni 1998 betreffende een informatieprocedure op het gebied van normen en technische voorschriften en regels(4).

  13. Bij deze verordening moeten een uniform ontwerp en vereisten voor de inhoud van etiketten voor airconditioners worden vastgelegd.

  14. Voorts moeten bij deze verordening eisen worden vastgelegd inzake de technische documentatie en de productkaart voor airconditioners.

  15. Bovendien moeten in deze verordening eisen worden gespecificeerd met betrekking tot de informatie die moet worden verstrekt voor elke vorm van afstandsverkoop, advertenties en technisch promotiematerieel voor airconditioners.

  16. Het is opportuun om te voorzien in een herziening van deze verordening waarbij rekening wordt gehouden met de technologische vooruitgang.

  17. Om de overgang van Richtlijn 2002/31/EG naar deze verordening te vergemakkelijken, moeten airconditioners die overeenkomstig deze verordening zijn geëtiketteerd, worden beschouwd als conform Richtlijn 2002/31/EG.

  18. Leveranciers die airconditioners in de handel willen brengen die voldoen aan de eisen van stringentere energie-efficiëntieklassen, moeten de mogelijkheid krijgen etiketten te gebruiken waarop deze klassen worden getoond vóór de datum waarop vermelding van deze stringentere klassen verplicht wordt.

  19. Richtlijn 2002/31/EG dient daarom te worden ingetrokken,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1 Doel en toepassingsgebied

1.

Bij deze verordening worden eisen vastgesteld inzake de etikettering van en het verstrekken van aanvullende productinformatie over op het elektriciteitsnet aangesloten airconditioners met een nominaal vermogen van ≤ 12 kW voor koeling, of voor verwarming indien het product geen koelfunctie heeft.

2.

Deze verordening is niet van toepassing op:

  1. apparaten die gebruikmaken van niet-elektrische energiebronnen;

  2. airconditioners waarvan het condensorgedeelte of het verdampergedeelte, of beide, geen gebruik maken van lucht als medium voor hitteoverdracht.

Artikel 2 Definities

Afgezien van de definities in artikel 2 van Richtlijn 2010/30/EU van het Europees Parlement en de Raad(5) zijn de volgende definities van toepassing:

  1. airconditioner”: een apparaat voor het koelen of verwarmen, of beide, van binnenlucht, dat gebruik maakt van een door een elektrische compressor aangedreven dampcompressiecyclus, met inbegrip van airconditioners die extra functies bieden zoals ontvochtiging, luchtzuivering, ventilatie of aanvullende luchtverwarming door middel van elektrische weerstandsverwarming, en apparaten die gebruik kunnen maken van water (condensaatwater afkomstig van de verdamper of water dat van buitenaf wordt toegevoegd) voor verdamping op de condensor, mits het apparaat ook in staat is zonder het aanvullende water te werken en uitsluitend van lucht gebruik te maken;

  2. airconditioner met twee luchtkanalen”: een airconditioner waarbij, gedurende het koelen of verwarmen, de inlaatlucht van de condensor (of verdamper) van buitenaf via een eerste kanaal naar de eenheid wordt gebracht en via een tweede kanaal naar buiten wordt afgevoerd, en die in zijn geheel in de te behandelen ruimte, bij een muur, is geplaatst (hierna ook „tweekanaals-airconditioner” genoemd);

  3. airconditioner met één luchtkanaal”: een airconditioner waarbij, gedurende het koelen of verwarmen, de inlaatlucht van de condensor (of verdamper) vanuit de ruimte waarin de eenheid zich bevindt, wordt aangevoerd en buiten deze ruimte wordt afgevoerd (hierna ook „éénkanaals-airconditioner” genoemd);

  4. nominaal vermogen” (Prated) het koel- of verwarmingsvermogen van de dampcompressiecyclus van de eenheid onder nominale standaardomstandigheden;

  5. eindgebruiker”: een consument die een airconditioner koopt of naar verwachting zal kopen;

  6. verkooppunt”: een locatie waar airconditioners worden tentoongesteld of te koop, te huur of in huurkoop worden aangeboden.

In bijlage I staan aanvullende definities voor de bijlagen II tot en met VIII.

Artikel 3 Verantwoordelijkheden van leveranciers

1.

De leveranciers zorgen ervoor, als beschreven in de punten (a) tot en met (g), dat:

  1. elke airconditioner wordt voorzien van een gedrukt etiket met de energie-efficiëntieklassen als beschreven in bijlage II. Het etiket moet voldoen aan het formaat en de informatie-inhoud als omschreven in bijlage III. Airconditioners, met uitzondering van éénkanaals- en tweekanaals-airconditioners, moeten worden voorzien van een gedrukt etiket voor ten minste één combinatie van de binnen- en buiteneenheden bij vermogensverhouding 1. Voor andere combinaties mag de desbetreffende informatie ook op een vrij toegankelijke website worden geplaatst;

  2. een productkaart, zoals beschreven in bijlage IV, beschikbaar wordt gesteld. Airconditioners, met uitzondering van éénkanaals- en tweekanaals-airconditioners, moeten worden voorzien van een productkaart voor minimaal de verpakking van de buiteneenheid, voor ten minste één combinatie van de binnen- en buiteneenheden bij vermogensverhouding 1. Voor andere combinaties mag de desbetreffende informatie ook op een vrij toegankelijke website worden geplaatst;

  3. de technische documentatie zoals beschreven in bijlage V op verzoek in elektronische vorm beschikbaar wordt gesteld voor de autoriteiten van de lidstaten en aan de Commissie;

  4. in elke advertentie voor een specifiek airconditionermodel de energie-efficiëntieklasse wordt vermeld indien de advertentie energiegerelateerde of prijsinformatie bevat. Wanneer meer dan één efficiëntieklasse mogelijk is, geeft de leverancier of fabrikant, naargelang van het geval, minimaal de energie-efficiëntieklasse voor verwarming op voor het verwarmingsseizoen „Gemiddeld”. Informatie in de gevallen waarin van de eindgebruiker niet kan worden verwacht dat hij de airconditioner uitgestald te zien krijgt, moet worden verstrekt overeenkomstig bijlage VI;

  5. in al het technisch promotiemateriaal betreffende een specifiek model van een airconditioner waarin de specifieke technische parameters voor dat model worden beschreven, de energie-efficiëntieklasse van dat model, als bedoeld in bijlage II, wordt vermeld;

  6. de airconditioner vergezeld gaat van een gebruiksaanwijzing;

  7. airconditioners met één luchtkanaal „lokale airconditioners” worden genoemd op de verpakking, in de productdocumentatie en in elk advertentiemateriaal, in elektronische vorm dan wel op papier.

2.

De energie-efficiëntieklasse wordt bepaald overeenkomstig bijlage VII.

3.

Het etiket voor airconditioners, met uitzondering van éénkanaals- en tweekanaals-airconditioners, heeft het formaat als uiteengezet in bijlage III.

4.

Voor airconditioners, met uitzondering van éénkanaals- en tweekanaals-airconditioners, wordt het formaat van het etiket als uiteengezet in bijlage III toegepast overeenkomstig het volgende tijdschema:

  1. wat airconditioners betreft, met uitzondering van éénkanaals- en tweekanaals-airconditioners, die met ingang van 1 januari 2013 in de handel worden gebracht, zijn de etiketten met de energie-efficiëntieklassen A, B, C, D, E, F, G in overeenstemming met punt 1.1 van bijlage III voor omkeerbare airconditioners, met punt 2.1 van bijlage III voor airconditioners met uitsluitend koelfunctie en met punt 3.1 van bijlage III voor airconditioners met uitsluitend verwarmingsfunctie;

  2. wat airconditioners betreft, met uitzondering van éénkanaals- en tweekanaals-airconditioners, die met ingang van 1 januari 2015 in de handel worden gebracht, zijn de etiketten met de energie-efficiëntieklassen A+, A, B, C, D, E, F, in overeenstemming met punt 1.2 van bijlage III voor omkeerbare airconditioners, met punt 2.2 van bijlage III voor airconditioners met uitsluitend koelfunctie en met punt 3.2 van bijlage III voor airconditioners met uitsluitend verwarmingsfunctie;

  3. wat airconditioners betreft, met uitzondering van éénkanaals- en tweekanaals-airconditioners, die met ingang van 1 januari 2017 in de handel worden gebracht, zijn de etiketten met de energie-efficiëntieklassen A++, A+, A, B, C, D, E, in overeenstemming met punt 1.3 van bijlage III voor omkeerbare airconditioners, met punt 2.3 van bijlage III voor airconditioners met uitsluitend koelfunctie en met punt 3.3 van bijlage III voor airconditioners met uitsluitend verwarmingsfunctie;

  4. wat airconditioners betreft, met uitzondering van éénkanaals- en tweekanaals-airconditioners, die met ingang van 1 januari 2019 in de handel worden gebracht, zijn de etiketten met de energie-efficiëntieklassen A+++, A++, A+, A, B, C, D in overeenstemming met punt 1.4 van bijlage III voor omkeerbare airconditioners, met punt 2.4 van bijlage III voor airconditioners met uitsluitend koelfunctie en met punt 3.4 van bijlage III voor airconditioners met uitsluitend verwarmingsfunctie.

5.

Het formaat van het etiket voor airconditioners met twee luchtkanalen die met ingang van 1 januari 2013 in de handel worden gebracht met de energie-efficiëntieklassen A+++, A++, A+, A, B, C, D is in overeenstemming met punt 4.1 van bijlage III voor omkeerbare tweekanaals-airconditioners, met punt 4.3 van bijlage III voor tweekanaals-airconditioners met uitsluitend koelfunctie en met punt 4.5 van bijlage III voor tweekanaals-airconditioners met uitsluitend verwarmingsfunctie.

6.

Het formaat van het etiket voor airconditioners met één luchtkanaal die met ingang van 1 januari 2013 in de handel worden gebracht met de energie-efficiëntieklassen A+++, A++, A+, A, B, C, D is in overeenstemming met punt 5.1 van bijlage III voor omkeerbare éénkanaals-airconditioners, met punt 5.3 van bijlage III voor éénkanaals-airconditioners met uitsluitend koelfunctie en met punt 5.5 van bijlage III voor éénkanaals-airconditioners met uitsluitend verwarmingsfunctie.

Artikel 4 Verantwoordelijkheden van handelaars

De handelaars zien erop toe dat:

  1. op airconditioners in het verkooppunt het door de leverancier overeenkomstig artikel 3, lid 1, verstrekte etiket is aangebracht op de buitenzijde van de voor- of bovenkant van deze apparaten, zodat het duidelijk zichtbaar is;

  2. airconditioners die te koop, te huur of in huurkoop worden aangeboden en waarbij van de eindgebruiker niet kan worden verwacht dat hij de airconditioner uitgestald te zien krijgt, in de handel worden gebracht met de overeenkomstig de bijlagen V en VI door de leveranciers te verstrekken informatie;

  3. in elke advertentie voor een specifiek airconditionermodel de energie-efficiëntieklasse wordt vermeld indien de advertentie energiegerelateerde of prijsinformatie bevat. Wanneer meer dan één efficiëntieklasse mogelijk is, geeft de leverancier/fabrikant minimaal de energie-efficiëntieklasse op voor het verwarmingsseizoen „Gemiddeld”;

  4. in al het technisch promotiemateriaal betreffende een specifiek model waarin de specifieke technische parameters van een airconditioner zijn opgenomen, de energie-efficiëntieklasse van dat model wordt vermeld en de door de leverancier verstrekte gebruiksaanwijzing wordt gegeven. Wanneer meer dan één efficiëntieklasse mogelijk is, geeft de leverancier/fabrikant minimaal de energie-efficiëntieklasse op voor het verwarmingsseizoen „Gemiddeld”;

  5. airconditioners met één luchtkanaal „lokale airconditioners” worden genoemd op de verpakking en in de productdocumentatie en in elk promotie- of advertentiemateriaal, in elektronische vorm dan wel op papier.

Artikel 5 Meetmethoden

Artikel 6 Controleprocedure met het oog op markttoezicht

Artikel 7 Herziening

Artikel 8 Intrekking

Artikel 9 Overgangsbepaling

Artikel 10 Inwerkingtreding en toepassing

BIJLAGE I

BIJLAGE II

BIJLAGE III

BIJLAGE IV

BIJLAGE V

BIJLAGE VI

BIJLAGE VII

BIJLAGE VIII