Home

Verordening (EU) nr. 630/2011 van de Raad van 21 juni 2011 tot wijziging van Verordening (EU) nr. 7/2010 betreffende de opening en het beheer van autonome tariefcontingenten van de Unie voor bepaalde landbouw- en industrieproducten

Verordening (EU) nr. 630/2011 van de Raad van 21 juni 2011 tot wijziging van Verordening (EU) nr. 7/2010 betreffende de opening en het beheer van autonome tariefcontingenten van de Unie voor bepaalde landbouw- en industrieproducten

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 31,

Gezien het voorstel van de Europese Commissie,

Overwegende hetgeen volgt:

  1. Ter waarborging van een voldoende en ononderbroken aanvoer van bepaalde goederen die in de Unie in ontoereikende hoeveelheden worden geproduceerd en om verstoringen van de markt voor bepaalde landbouw- en industrieproducten te voorkomen, werden bij Verordening (EU) nr. 7/2010(1) autonome tariefcontingenten geopend, binnen de grenzen waarvan deze producten tegen een verminderd recht of een nulrecht kunnen worden ingevoerd.

  2. De eerder vastgestelde autonome tariefcontingenten van de Unie met volgnummers 09.2767, 09.2813, 09.2977, 09.2628, 09.2629 en 09.2635 zijn ontoereikend gebleken om in de behoeften van de industrie van de Unie te voorzien. Deze contingenten moeten derhalve worden verhoogd, met ingang van 1 juli 2011 voor de contingenten met volgnummers 09.2767 en 09.2813 en met ingang van 1 januari 2011 voor de contingenten met volgnummers 09.2977, 09.2628, 09.2629 en 09.2635.

  3. Voorts moet de goederenomschrijving van het autonome tariefcontingent van de Unie met volgnummer 09.2631 worden aangepast.

  4. Daarnaast is het niet langer in het belang van de Unie om een tariefcontingent te handhaven voor de tweede helft van 2011 voor het tariefcontingent met het volgnummer 09.2947. Dat contingent moet daarom met ingang van 1 juli 2011 worden gesloten en de overeenkomstige rij moet worden geschrapt van de bijlage bij Verordening (EU) nr. 7/2010.

  5. Verordening (EU) nr. 7/2010 moet derhalve dienovereenkomstig worden gewijzigd.

  6. Aangezien sommige van de in deze verordening vervatte maatregelen vanaf 1 januari 2011 van kracht moeten zijn en andere vanaf 1 juli 2011, moet deze verordening met ingang van diezelfde datums van toepassing zijn en onmiddellijk in werking treden,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

De bijlage bij Verordening (EU) nr. 7/2010 wordt als volgt gewijzigd:

  1. De rijen voor de tariefcontingenten met volgnummers 09.2767, 09.2813 en 09.2631 worden vervangen door de rijen in bijlage I bij deze verordening.

  2. De rijen voor de tariefcontingenten met volgnummers 09.2977, 09.2628, 09.2629 en 09.2635 worden vervangen door de rijen in bijlage II bij deze verordening.

  3. De rij voor het tariefcontingent met volgnummer 09.2947 wordt geschrapt.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de dag van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Zij is van toepassing met ingang van 1 juli 2011.

Artikel 1, onder 2), is evenwel van toepassing met ingang van 1 januari 2011.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Luxemburg, 21 juni 2011.

Voor de Raad

De voorzitter

Fazekas S.

BIJLAGE I

Tariefcontingenten bedoeld in artikel 1, onder 1)

Volg-nummer

GN-code

Taric

Omschrijving

Contingentperiode

Omvang van het contingent

Recht van het contingent

09.2767

ex29109000

80

Allylglycidylether

1.1-31.12

4 300 t

0 %

09.2813

ex39209100

94

Gecoëxtrudeerde drielagige poly(vinylbutyral)folie zonder geleidelijk verlopende kleurenband, die ten minste 29 maar ten hoogste 31 gewichtspercenten 2,2’-ethyleendioxydiethyl bis(2-ethylhexanoaat) als weekmaker bevat

1.1-31.12

3 000 000 m2

0 %

09.2631

ex90019000

80

Niet gemonteerde lenzen, prisma’s en gekitte elementen, van glas, bestemd voor de vervaardiging van producten bedoeld bij de GN-codes 9002, 9005, 9013 10 en 9015 (1)

1.1-31.12

5 000 000 stuks

0 %

BIJLAGE II