Home

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1191/2011 van de Commissie van 18 november 2011 tot wijziging van Verordening (EU) nr. 479/2010 houdende bepalingen ter uitvoering van Verordening (EG) nr. 1234/2007 van de Raad met betrekking tot de kennisgevingen van de lidstaten aan de Commissie in de sector melk en zuivelproducten

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1191/2011 van de Commissie van 18 november 2011 tot wijziging van Verordening (EU) nr. 479/2010 houdende bepalingen ter uitvoering van Verordening (EG) nr. 1234/2007 van de Raad met betrekking tot de kennisgevingen van de lidstaten aan de Commissie in de sector melk en zuivelproducten

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EG) nr. 1234/2007 van de Raad van 22 oktober 2007 houdende een gemeenschappelijke ordening van de landbouwmarkten en specifieke bepalingen voor een aantal landbouwproducten („integrale-GMO-verordening”)(1), en met name artikel 192, lid 2, in samenhang met artikel 4,

Overwegende hetgeen volgt:

  1. In artikel 2, lid 4, van Verordening (EU) nr. 479/2010 van de Commissie(2) is bepaald dat de door de lidstaat aan de Commissie meegedeelde „prijs af fabriek” betrekking moet hebben op de tijdens de referentieperiode gefactureerde verkopen.

  2. Niettegenstaande facturen betrouwbare officiële boekhoudkundige documenten zijn, kan het lidstaten ervan afhouden andere beschikbare bronnen voor prijzen te gebruiken indien enkel facturen als bron voor prijzen mogen worden gehanteerd. Afhankelijk van het product kunnen deze andere beschikbare bronnen voor prijzen de bestaande marktsituatie beter weergeven. Om deze reden moet de mededeling van prijzen die betrekking hebben op contracten welke zijn afgesloten in de referentieperiode eveneens worden toegestaan.

  3. Uit de praktijk blijkt dat de kennisgevingstermijn voor de maandelijkse prijzen als bedoeld in artikel 2, lid 2, van Verordening (EU) nr. 479/2010 in verschillende lidstaten moeilijk te halen valt, waardoor zij de Commissie geen definitieve prijzen kunnen meedelen. Met een verlenging van de termijn moet de juistheid van de meegedeelde cijfers worden verbeterd.

  4. Het verdient aanbeveling de gebruikte enquêtemethode beter te beschrijven wat betreft de oorsprong van de prijsgegevens en de wijze waarop de gegevens door de bevoegde autoriteiten moeten worden vergaard.

  5. De informatie op de uitvoercertificaten die door de lidstaten op maandelijkse basis wordt meegedeeld moet in overeenstemming worden gebracht met de informatie die dagelijks wordt meegedeeld. Om die reden is in de maandelijkse kennisgevingen bijkomende informatie vereist.

  6. Verordening (EU) nr. 479/2010 moet daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd.

  7. De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Beheerscomité voor de gemeenschappelijke ordening van de landbouwmarkten,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Verordening (EU) nr. 479/2010 wordt als volgt gewijzigd:

  1. Artikel 2 wordt als volgt gewijzigd:

    1. in lid 2 wordt de inleidende zin vervangen door:

      „2.

      Uiterlijk op de vijftiende van elke maand delen de lidstaten met betrekking tot de in de voorafgaande maand genoteerde prijzen af fabriek voor de in bijlage I.B opgenomen producten aan de Commissie het volgende mee:”;

    2. lid 4 wordt vervangen door:

      „4.

      Voor de toepassing van de leden 1 en 2 wordt verstaan onder „prijs af fabriek”, de prijs waarvoor het product van de onderneming wordt gekocht, exclusief belastingen (btw) en alle overige kosten (vervoer, overslag, opslag, pallets, verzekering, enz.).

      De lidstaten zien erop toe dat de meegedeelde prijs representatief is voor de bestaande marktsituatie. De meegedeelde prijs is gebaseerd op de meest geschikte beschikbare informatiebron, zijnde:

      1. verkopen die tijdens de referentieperiode zijn gefactureerd;

        en/of

      2. contracten die in de referentieperiode zijn afgesloten voor leveringen binnen een termijn van drie maanden.”.

  2. In artikel 7, lid 1, worden de punten a) en b) vervangen door:

    1. de hoeveelheden, uitgesplitst naar code in de productennomenclatuur voor de uitvoerrestituties voor zuivelproducten, naar code van de bestemming en naar indieningsdatum van de aanvraag, waarvoor de certificaataanvragen zijn geannuleerd krachtens artikel 10, lid 2, tweede alinea, van Verordening (EG) nr. 1187/2009;

    2. de ongebruikte hoeveelheden op in de voorafgaande maand verstreken en teruggezonden certificaten die sinds 1 juli van het lopende GATT-jaar zijn afgegeven, uitgesplitst naar code in de productennomenclatuur voor de uitvoerrestituties voor zuivelproducten en naar code van de bestemming;”.

  3. Bijlage II, punt 3, onder c), wordt vervangen door:

    1. de enquêtemethode: er wordt aangegeven van welke betrokken partijen (producenten, eerste kopers) de gegevens afkomstig zijn en op welke wijze of volgens welke methode de gegevens worden vergaard;”.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de zevende dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Zij is van toepassing met ingang van 1 december 2011.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 18 november 2011.

Voor de Commissie

De voorzitter

José Manuel Barroso