Home

Verordening (EU) nr. 1217/2012 van het Europees Parlement en de Raad van 12 december 2012 betreffende de toekenning van tariefcontingenten voor de uitvoer van hout uit de Russische Federatie naar de Europese Unie

Verordening (EU) nr. 1217/2012 van het Europees Parlement en de Raad van 12 december 2012 betreffende de toekenning van tariefcontingenten voor de uitvoer van hout uit de Russische Federatie naar de Europese Unie

HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 207,

Gezien het voorstel van de Europese Commissie,

Na toezending van het ontwerp van wetgevingshandeling aan de nationale parlementen,

Handelend volgens de gewone wetgevingsprocedure(1),

Overwegende hetgeen volgt:

  1. Gezien het economische belang dat de Unie heeft bij de invoer van ruw hout en de belangrijke plaats die de Russische Federatie als leverancier van ruw hout voor de Unie inneemt, heeft de Commissie met de Russische Federatie onderhandeld over verplichtingen van laatstgenoemde partij om de uitvoerrechten voor ruw hout te verlagen of af te schaffen.

  2. Deze verplichtingen, die bij toetreding van de Russische Federatie tot de Wereldhandelsorganisatie (WTO) zijn opgenomen in de WTO-lijst van concessies en verplichtingen inzake goederen van de Russische Federatie, omvatten tariefcontingenten voor de uitvoer van bepaalde soorten naaldhout waarvan een deel voor uitvoer naar de Unie is bestemd.

  3. In de context van de onderhandelingen over de toetreding van de Russische Federatie tot de WTO heeft de Commissie namens de Unie onderhandeld over een Overeenkomst in de vorm van een briefwisseling tussen de Europese Unie en de Russische Federatie met betrekking tot het beheer van tariefcontingenten voor de uitvoer hout uit de Russische Federatie naar de Europese Unie(2) („de overeenkomst”).

  4. De Unie en de Russische Federatie hebben ook onderhandeld over een Protocol over technische regels uit hoofde van de overeenkomst(3) („het protocol”).

  5. Op 14 december 2011 heeft de Raad Besluit 2012/105/EU(4) vastgesteld betreffende de ondertekening van de overeenkomst en het protocol en de voorlopige toepassing daarvan vanaf de datum van toetreding van de Russische Federatie tot de WTO. De overeenkomst en het protocol zijn op 16 december 2011 ondertekend. De Russische Federatie is op 22 augustus 2012 tot de WTO toegetreden.

  6. Overeenkomstig de bepalingen van de overeenkomst moet de Unie haar aandeel in de tariefcontingenten in overeenstemming met haar interne procedures beheren. Besluit 2012/105/EU bepaalt dat de Commissie gedetailleerde regels moet vaststellen voor de wijze waarop contingentvergunningen krachtens het protocol worden toegekend, alsmede eventuele andere bepalingen die noodzakelijk zijn voor het door de Unie te voeren beheer van de hoeveelheden die in het kader van de tariefcontingenten voor uitvoer naar de Unie zijn bestemd. Bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 498/2012 van de Commissie(5) zijn de nodige voorlopige uitvoeringsvoorschriften vastgesteld om het beheer door de Unie van haar aandeel van de tariefcontingenten volledig operationeel te maken op het ogenblik dat de Russische Federatie tot de WTO toetrad. Die verordening is niet meer van toepassing vanaf het ogenblik waarop de overeenkomst en het protocol worden gesloten en in werking treden.

  7. Om eenvormige voorwaarden te waarborgen voor de uitvoering van de overeenkomst en het protocol na de inwerkingtreding daarvan, moeten aan de Commissie uitvoeringsbevoegdheden worden toegekend. Die bevoegdheden moeten worden uitgeoefend overeenkomstig Verordening (EU) nr. 182/2011 van het Europees Parlement en de Raad van 16 februari 2011 tot vaststelling van de algemene voorschriften en beginselen die van toepassing zijn op de wijze waarop de lidstaten de uitoefening van de uitvoeringsbevoegdheden door de Commissie controleren(6).

  8. Om te zorgen voor de nodige rechtszekerheid en rechtscontinuïteit voor de economische actoren moeten de uitvoeringshandelingen die krachtens deze verordening worden vastgesteld, de rechtsgevolgen van de reeds uit hoofde van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 498/2012 genomen overgangsmaatregelen onverlet laten. Deze overgangsmaatregelen moeten daarna worden geacht te zijn vastgesteld als maatregelen genomen krachtens de overeenkomstige bepaling van deze nieuwe uitvoeringshandelingen,

HEBBEN DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

1.

Teneinde uitvoering te geven aan de Overeenkomst tussen de Europese Unie en de Russische Federatie met betrekking tot het beheer van de tariefcontingenten die van toepassing zijn op de uitvoer van hout uit de Russische Federatie naar de Unie en het Protocol over technische regels uit hoofde van die overeenkomst stelt de Commissie uitvoeringshandelingen vast voor de wijze waarop contingentvergunningen overeenkomstig artikel 5, lid 2, van het protocol worden toegekend, alsmede eventuele andere bepalingen die noodzakelijk zijn voor het door de Unie te voeren beheer van de hoeveelheden die in het kader van de tariefcontingenten voor uitvoer naar de Unie zijn bestemd. Die uitvoeringshandelingen worden volgens de in artikel 2, lid 2, bedoelde onderzoeksprocedure vastgesteld.

2.

De in lid 1 bedoelde uitvoeringshandelingen laten de rechtsgevolgen van de overgangsmaatregelen die zijn genomen overeenkomstig Uitvoeringsverordening (EU) nr. 498/2012, onverlet.

Artikel 2

1.

De Commissie wordt bijgestaan door het Comité inzake hout dat is ingesteld bij artikel 5 van Besluit 2012/105/EU. Dat comité is een comité in de zin van Verordening (EU) nr. 182/2011. Het Comité inzake hout kan elke kwestie in verband met de toepassing van de overeenkomst en het protocol onderzoeken die door de Commissie of op verzoek van een lidstaat aan de orde wordt gesteld.

2.

Wanneer naar dit lid wordt verwezen, is artikel 5 van Verordening (EU) nr. 182/2011 van toepassing.

Artikel 3

Deze verordening treedt in werking op de dag van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Straatsburg, 12 december 2012.

Voor het Europees Parlement

De voorzitter

M. Schulz

Voor de Raad

De voorzitter

A. D. Mavroyiannis