Home

Verordening (EU) nr. 1220/2012 van de Raad van 3 december 2012 houdende handelsgerelateerde maatregelen om voor bepaalde visserijproducten de bevoorrading voor de verwerkende industrie in de EU te garanderen voor de periode 2013-2015, tot wijziging van de Verordeningen (EG) nr. 104/2000 en (EU) nr. 1344/2011

Verordening (EU) nr. 1220/2012 van de Raad van 3 december 2012 houdende handelsgerelateerde maatregelen om voor bepaalde visserijproducten de bevoorrading voor de verwerkende industrie in de EU te garanderen voor de periode 2013-2015, tot wijziging van de Verordeningen (EG) nr. 104/2000 en (EU) nr. 1344/2011

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 31,

Gezien het voorstel van de Europese Commissie,

Overwegende hetgeen volgt:

  1. De Unie is voor haar bevoorrading met bepaalde visserijproducten momenteel afhankelijk van de invoer uit derde landen. De voorbije 15 jaar is de Unie afhankelijker geworden van invoer om in haar behoefte aan visserijproducten te voorzien. Het niveau van zelfvoorziening met visserijproducten in de Unie is gedaald van 57 % tot 38 %. Om de productie van visserijproducten in de Unie niet in gevaar te brengen en om de verwerkende industrie in staat te stellen zich op toereikende wijze te bevoorraden, dienen de douanerechten voor bepaalde producten geheel of gedeeltelijk te worden opgeschort binnen de grenzen van tariefcontingenten van passende omvang. Om voor de producenten in de EU een minimale verstoring van de concurrentie te waarborgen, dient ook de gevoeligheid van afzonderlijke visserijproducten op de EU-markt in aanmerking te worden genomen.

  2. Bij Verordening (EG) nr. 1062/2009(1) heeft de Raad autonome communautaire tariefcontingenten voor bepaalde visserijproducten voor de periode 2010-2012 geopend, en heeft hij voorzien in de wijze van beheer daarvan. Aangezien de periode van toepassing van die verordening op 31 december 2012 verstrijkt, is het van belang dat de daarin vervatte relevante bepalingen worden weerspiegeld in de periode 2013-2015.

  3. Verordening (EG) nr. 104/2000 van de Raad van 17 december 1999 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector visserijproducten en producten van de aquacultuur(2) wordt momenteel herzien in het kader van de hervorming van het gemeenschappelijk visserijbeleid. In die verordening is bepaald dat de rechten voor bepaalde visserijproducten worden geschorst. Om de samenhang van het systeem te vergroten en de procedures van de Unie inzake autonome preferenties voor visserijproducten te stroomlijnen, dient ter vervanging van die schorsingen een aantal autonome tariefcontingenten te worden vastgesteld, en dient Verordening (EG) nr. 104/2000 dienovereenkomstig te worden gewijzigd. Met het oog op een toereikende bevoorrading van de Unie met grondstoffen voor de visverwerkende industrie en om de voorspelbaarheid en de continuïteit van de invoer te waarborgen, dienen de nieuwe autonome tariefcontingenten van een voldoende omvang te zijn.

  4. Verordening (EU) nr. 1344/2011 van de Raad van 19 december 2011 houdende schorsing van de autonome rechten van het gemeenschappelijk douanetarief voor bepaalde landbouw-, visserij- en industrieproducten(3) bevat een beperkt aantal schorsingen voor visserijproducten. Om de samenhang van het systeem te vergroten en de procedures van de Unie inzake autonome preferenties voor visserijproducten te stroomlijnen, dient een aantal autonome tariefcontingenten te worden vastgesteld die deze schorsingen vervangen. Bijgevolg dient Verordening (EU) nr. 1344/2011 dienovereenkomstig te worden gewijzigd. Met het oog op een toereikende bevoorrading van de Unie met grondstoffen voor de visverwerkende industrie en om de voorspelbaarheid en de continuïteit van de invoer te waarborgen, dienen de nieuwe autonome tariefcontingenten van een voldoende omvang te zijn.

  5. Het is belangrijk om de visverwerkende industrie zekerheid te verschaffen over de bevoorrading met visserijgrondstoffen om te kunnen blijven groeien en investeren, en vooral om het haar mogelijk te maken zich aan te passen aan de vervanging van schorsingen door contingenten, zonder aanbodverstorende gevolgen. Daarom is het passend om voor bepaalde visserijproducten waarop schorsingen van toepassing waren, een stelsel op te zetten dat onder bepaalde voorwaarden de toepasselijke tariefcontingenten automatisch doet toenemen.

  6. Alle importeurs in de Unie moeten te allen tijde en in gelijke mate toegang krijgen tot de tariefcontingenten als bedoeld in deze verordening, en de voor deze contingenten vastgestelde rechten moeten, zonder onderbreking en tot de contingenten geheel zijn opgebruikt, worden toegepast op alle invoer van de betrokken producten in alle lidstaten.

  7. Om een doeltreffend gemeenschappelijk beheer van de tariefcontingenten te waarborgen, dient de lidstaten te worden toegestaan uit deze contingenten de met hun werkelijke invoer overeenstemmende hoeveelheden op te nemen. Aangezien deze wijze van beheer een nauwe samenwerking tussen de lidstaten en de Commissie vergt, moet de Commissie in staat zijn toe te zien op de mate waarin de contingenten worden opgebruikt en dient zij de lidstaten daarvan in kennis te stellen.

  8. Bij Verordening (EEG) nr. 2454/93 van de Commissie van 2 juli 1993 houdende vaststelling van enkele bepalingen ter uitvoering van Verordening (EEG) nr. 2913/92 van de Raad tot vaststelling van het communautair douanewetboek(4) is een systeem voor het beheer van tariefcontingenten vastgesteld, waarbij de chronologische volgorde van de data van aanvaarding van de aangiften voor het vrije verkeer wordt aangehouden. De bij de onderhavige verordening geopende tariefcontingenten moeten door de Commissie en de lidstaten overeenkomstig die regeling worden beheerd,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

De rechten bij invoer van de in de bijlage vermelde producten worden, binnen de tariefcontingenten, gedurende de aangegeven perioden geschorst tot de aangeduide niveaus en met inachtneming van de aangeduide hoeveelheden.

Artikel 2

De in artikel 1 bedoelde tariefcontingenten worden beheerd overeenkomstig de artikelen 308 bis, 308 ter en 308 quater, lid 1, van Verordening (EEG) nr. 2454/93.

Artikel 3

1.

Zonder onnodige vertraging verifieert de Commissie of, op 30 september van het betrokken kalenderjaar, 80 % van het jaarlijkse tariefcontingent met betrekking tot een visserijproduct waarop dit artikel overeenkomstig de bijlage van toepassing is, is opgebruikt. Als dat zo is, wordt het in de bijlage vastgelegde jaarlijkse tariefcontingent geacht automatisch met 20 % te zijn verhoogd. Het verhoogde jaarlijkse tariefcontingent wordt het toepasselijke tariefcontingent met betrekking tot dat visserijproduct voor het betrokken kalenderjaar.

2.

Op verzoek van ten minste één lidstaat en onverminderd lid 1, verifieert de Commissie of 80 % van het jaarlijkse tariefcontingent met betrekking tot een visserijproduct waarop dit artikel overeenkomstig de bijlage van toepassing is, is opgebruikt vóór 30 september van het betrokken kalenderjaar. Als dat zo is, is lid 1 van toepassing.

3.

De Commissie deelt de lidstaten onverwijld mee dat de in de leden 1 en 2 vastgelegde voorwaarden zijn vervuld, en maakt informatie over het nieuwe toepasselijke tariefcontingent bekend in de C-serie van het Publicatieblad van de Europese Unie.

4.

Het krachtens lid 1 verhoogde tariefcontingent kan in het betrokken kalenderjaar niet verder worden verhoogd.

Artikel 4

De Commissie en de douaneautoriteiten van de lidstaten werken nauw samen om het adequate beheer en de adequate controle van de toepassing van deze verordening te garanderen.

Artikel 5

Artikel 6

BIJLAGE