Home

Advies van de Commissie van 22 februari 2013 betreffende het plan voor de lozing van radioactief afval dat vrijkomt bij de ontmanteling van de onderzoeksreactoren Studsvik R2 en R2-0 te Nyköping, Zweden

Advies van de Commissie van 22 februari 2013 betreffende het plan voor de lozing van radioactief afval dat vrijkomt bij de ontmanteling van de onderzoeksreactoren Studsvik R2 en R2-0 te Nyköping, Zweden

23.2.2013

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 54/1


ADVIES VAN DE COMMISSIE

van 22 februari 2013

betreffende het plan voor de lozing van radioactief afval dat vrijkomt bij de ontmanteling van de onderzoeksreactoren Studsvik R2 en R2-0 te Nyköping, Zweden

(Slechts de tekst in de Zweedse taal is authentiek)

2013/C 54/01

De hieronder gegeven evaluatie is uitgevoerd overeenkomstig de bepalingen van het Euratom-Verdrag, onverminderd de eventuele aanvullende beoordelingen op grond van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie en de verplichtingen die daaruit en uit het afgeleide recht voortvloeien(1).

Op 19 september 2012 heeft de Commissie overeenkomstig artikel 37 van het Euratom-Verdrag van de Zweedse regering de algemene gegevens ontvangen van het plan voor de lozing van radioactieve afvalstoffen, afkomstig van de buitenbedrijfstelling en ontmanteling van de onderzoekreactoren Studsvik R2 en R2-0.

Op basis van deze gegevens en de aanvullende informatie die op 9 oktober 2012 door de Commissie is aangevraagd en op 16 november 2012 door de Zweedse autoriteiten is verstrekt, brengt de Commissie, na raadpleging van de groep van deskundigen, het volgende advies uit:

1.

De afstand tussen de Studsvik-site en de meest nabije grens met een andere lidstaat, namelijk Finland, bedraagt ongeveer 200 km. Estland en Letland, waarvan de grens in beide gevallen op ongeveer 265 km van de betrokken site ligt, zijn daarna de meest nabijgelegen lidstaten. De grens van het buurland Noorwegen ligt op 320 km afstand.

2.

Tijdens normale ontmantelingswerkzaamheden veroorzaakt de lozing van vloeibare en gasvormige radioactieve effluenten voor inwoners van andere lidstaten of in naburige derde landen geen voor de volksgezondheid significante blootstelling aan straling.

3.

Vast radioactief afval zal ter plaatse worden opgeslagen in afwachting van een regeringsbesluit ten aanzien van de keuze van een langetermijnoplossing voor de berging. Niet-radioactieve vaste afvalstoffen en resten die in overeenstemming zijn met de vrijgaveniveaus worden vrijgegeven van controle en zullen worden gestort als conventionele afvalstoffen of worden gebruikt voor recycling of hergebruik. Daarbij zal steeds worden voldaan aan de vrijgavecriteria als neergelegd in de basisnormen voor de bescherming van de gezondheid van de bevolking (Richtlijn 96/29/Euratom).

4.

In het geval van een niet-geplande lozing van radioactieve effluenten ten gevolge van een ongeval van het type en de omvang als bedoeld in de algemene gegevens, resulteren de in andere lidstaten of naburige derde landen ontvangen stralingsdoses naar verwachting niet in significante schadelijke effecten voor de volksgezondheid;

Concluderend is de Commissie van mening dat de uitvoering van het plan voor de lozing van radioactieve afvalstoffen ten gevolge van de stillegging en ontmanteling van de onderzoeksreactoren Studsvik R2 en R2-0 te Nyköping, Zweden, zowel bij normale bedrijfsvoering als bij een ongeval van het type en de omvang als bedoeld in de algemene gegevens, niet het risico doet ontstaan van voor de volksgezondheid significante radioactieve besmetting van het water, de bodem of het luchtruim van een andere lidstaat of een ander buurland.

Gedaan te Brussel, 22 februari 2013.

Voor de Commissie

Günther OETTINGER

Lid van de Commissie