2013/570/EU: Besluit van het Europees Parlement van 17 april 2013 over het verlenen van kwijting voor de uitvoering van de begroting van het Europees Agentschap voor chemische stoffen voor het begrotingsjaar 2011
2013/570/EU: Besluit van het Europees Parlement van 17 april 2013 over het verlenen van kwijting voor de uitvoering van de begroting van het Europees Agentschap voor chemische stoffen voor het begrotingsjaar 2011
[Tekst geldig vanaf 17-04-2013] [Regeling ingetrokken per 01-01-2012]
16.11.2013 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 308/209 |
BESLUIT VAN HET EUROPEES PARLEMENT
van 17 april 2013
over het verlenen van kwijting voor de uitvoering van de begroting van het Europees Agentschap voor chemische stoffen voor het begrotingsjaar 2011
(2013/570/EU)
HET EUROPEES PARLEMENT,
— |
gezien de definitieve jaarrekening van het Europees Agentschap voor chemische stoffen voor het begrotingsjaar 2011, |
— |
gezien het verslag van de Rekenkamer over de definitieve jaarrekening van het Europees Agentschap voor chemische stoffen voor het begrotingsjaar 2011 vergezeld van de antwoorden van het Agentschap (1), |
— |
gezien de aanbeveling van de Raad van 12 februari 2013 (05753/2013 — C7-0041/2013), |
— |
gezien artikel 319 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, |
— |
gezien Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (2), en met name artikel 185, |
— |
gezien Verordening (EU, Euratom) nr. 966/2012 van het Europees Parlement en de Raad van 25 oktober 2012 tot vaststelling van de financiële regels van toepassing op de algemene begroting van de Unie en tot intrekking van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 (3), en met name artikel 208, |
— |
gezien Verordening (EG) nr. 1907/2006 van het Europees Parlement en de Raad (4) tot oprichting van een Europees Agentschap voor chemische stoffen, en met name artikel 97, |
— |
gezien Verordening (EG, Euratom) nr. 2343/2002 van de Commissie van 19 november 2002 houdende de financiële kaderregeling van de organen, bedoeld in artikel 185 van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (5), en met name artikel 94, |
— |
gezien artikel 77 van en bijlage VI bij zijn Reglement, |
— |
gezien het verslag van de Commissie begrotingscontrole en het advies van de Commissie milieubeheer, volksgezondheid en voedselveiligheid (A7-0097/2013), |
1. |
verleent de uitvoerend directeur van het Europees Agentschap voor chemische stoffen kwijting voor de uitvoering van de begroting van het Agentschap voor het begrotingsjaar 2011; |
2. |
formuleert zijn opmerkingen in onderstaande resolutie; |
3. |
verzoekt zijn voorzitter dit besluit en de resolutie die daarvan een integrerend deel uitmaakt, te doen toekomen aan de uitvoerend directeur van het Europees Agentschap voor chemische stoffen, de Raad, de Commissie en de Rekenkamer, en te zorgen voor de publicatie in het Publicatieblad van de Europese Unie (serie L). |
De voorzitter
Martin SCHULZ
De secretaris-generaal
Klaus WELLE
(1) PB C 388 van 15.12.2012, blz. 73.
(2) PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1.
(3) PB L 298 van 26.10.2012, blz. 1.
(4) PB L 396 van 30.12.2006, blz. 1.
(5) PB L 357 van 31.12.2002, blz. 72.
RESOLUTIE VAN HET EUROPEES PARLEMENT
van 17 april 2013
met de opmerkingen die een integrerend deel uitmaken van het besluit over het verlenen van kwijting voor de uitvoering van de begroting van het Europees Agentschap voor chemische stoffen voor het begrotingsjaar 2011
HET EUROPEES PARLEMENT,
— |
gezien de definitieve jaarrekening van het Europees Agentschap voor chemische stoffen voor het begrotingsjaar 2011, |
— |
gezien het verslag van de Rekenkamer over de definitieve jaarrekening van het Europees Agentschap voor chemische stoffen voor het begrotingsjaar 2011 vergezeld van de antwoorden van het Agentschap (1), |
— |
gezien de aanbeveling van de Raad van 12 februari 2013 (05753/2013 — C7-0041/2013), |
— |
gezien artikel 319 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, |
— |
gezien Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (2), en met name artikel 185, |
— |
gezien Verordening (EU, Euratom) nr. 966/2012 van het Europees Parlement en de Raad van 25 oktober 2012 tot vaststelling van de financiële regels van toepassing op de algemene begroting van de Unie en tot intrekking van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 (3), en met name artikel 208, |
— |
gezien Verordening (EG) nr. 1907/2006 van het Europees Parlement en de Raad (4) tot oprichting van een Europees Agentschap voor chemische stoffen, en met name artikel 97, |
— |
gezien Verordening (EG, Euratom) nr. 2343/2002 van de Commissie van 19 november 2002 houdende de financiële kaderregeling van de organen, bedoeld in artikel 185 van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (5), en met name artikel 94, |
— |
gezien artikel 77 van en bijlage VI bij zijn Reglement, |
— |
gezien het verslag van de Commissie begrotingscontrole en het advies van de Commissie milieubeheer, volksgezondheid en voedselveiligheid (A7-0097/2013), |
A. |
overwegende dat de Rekenkamer verklaard heeft redelijke zekerheid te hebben verkregen dat de jaarrekening van het Europees Agentschap voor chemische stoffen („het Agentschap”) voor het begrotingsjaar 2011 betrouwbaar is en dat de onderliggende verrichtingen wettig en regelmatig zijn; |
B. |
overwegende dat het Parlement de uitvoerend directeur van het Agentschap op 10 mei 2012 kwijting heeft verleend voor de uitvoering van de begroting van het Agentschap voor het begrotingsjaar 2010 (6), en dat het in zijn resolutie behorende bij het kwijtingsbesluit onder andere:
|
C. |
overwegende dat de totale begroting van het Agentschap voor het begrotingsjaar 2011 volgens het verslag van de Rekenkamer 93 200 000 EUR bedroeg, vergeleken met 75 500 000 EUR in 2010, wat neerkomt op een stijging van 23,44 %; |
D. |
overwegende dat het Agentschap tijdens het begrotingsjaar 2011 zelfbedruipend is geweest en dat het geen terugbetaalbare subsidie van de Commissie heeft ontvangen; |
Financieel en begrotingsbeheer
1. |
concludeert uit het jaarlijkse activiteitenverslag van het Agentschap voor 2011 dat het Agentschap in overeenstemming met Verordening (EG) nr. 1907/2006 wordt gefinancierd door middel van heffingen die de sector betaalt voor de registratie van chemische stoffen, en via een eventuele bijdrage van de Unie als bedoeld in artikel 185 van het Financieel Reglement; |
2. |
merkt op dat het Agentschap in 2011 effectief volledig gefinancierd is geweest via inkomsten uit heffingen en dat het geen subsidies van de Unie heeft ontvangen; merkt echter op dat het Agentschap steun van de Unie heeft ontvangen voor een bedrag van slechts 500 000 EUR afkomstig van de Commissie (directoraat-generaal Milieu) in de vorm van een contractuele vergoeding voor de verrichting van bepaalde voorbereidende activiteiten in verband met de verwachte Verordening (EU) nr. 528/2012 van het Europees Parlement en de Raad (7) betreffende biociden; |
3. |
merkt op dat de oorspronkelijke betalingskredieten voor 2011, zoals in december 2010 door de raad van bestuur vastgesteld werd, 99 800 000 EUR bedroegen; |
4. |
concludeert uit het jaarlijkse activiteitenverslag dat het Agentschap in 2010 een evenwichtssubsidie van 36 000 000 EUR heeft ontvangen die werd geboekt als een voorfinancieringsschuld aan de Commissie; merkt voorts op dat dit bedrag in 2011 volledig werd terugbetaald aan de Commissie aangezien het voorziene hoge niveau van eigen inkomsten uit heffingen van het Agentschap in 2011 bereikt werd; |
5. |
neemt kennis van het feit dat de raad van bestuur in 2011 twee gewijzigde begrotingen heeft goedgekeurd, namelijk:
|
6. |
stelt op basis van het jaarlijkse activiteitenverslag van het Agentschap vast dat het uitvoeringspercentage van de begroting voor 2011 uitkwam op 96 %; |
Vastleggingen en betalingen
7. |
neemt kennis van de informatie in het jaarlijkse activiteitenverslag dat het totaalbedrag aan overgedragen vastleggings- en betalingskredieten 14 421 314,76 EUR bedroeg, wat neerkomt op 16,2 % van de vastgestelde vastleggingen; verzoekt het Agentschap de kwijtingsautoriteit mee te delen welke maatregelen het neemt om deze tekortkoming te verhelpen aangezien het hier een buitensporige overdracht betreft die indruist tegen het jaarperiodiciteitsbeginsel; |
8. |
neemt kennis van de informatie in het jaarlijkse activiteitenverslag dat de goedgekeurde begroting voor titel I in 2011 (54 508 000 EUR) via overschrijvingen van titel III met 4,25 % (2 316 781,90 EUR) werd verhoogd, waarbij 2 005 138,33 EUR verband hield met personeelsuitgaven; merkt voorts op dat het uitvoeringspercentage voor titel I ten gevolge hiervan op 99,16 % uitkwam; |
9. |
stelt vast dat een totaalbedrag van 1 758 060,98 EUR werd geannuleerd uit het totaalbedrag van 12 254 740,59 EUR aan vastleggings- en betalingskredieten die werden overgedragen van de begroting voor 2010; |
10. |
is tevreden met de inspanningen van het Agentschap om de planning en monitoring van middelen te verbeteren en met het feit dat het voor het hele Agentschap geldende richtsnoeren heeft ingevoerd om het jaarperiodiciteitsbeginsel te bevorderen; erkent met name dat het Agentschap erin is geslaagd het overdrachtspercentage te verminderen van 29 % in 2009 tot 17 % in 2010 en tot 16,2 % in 2011; |
Toezicht- en controlesystemen
11. |
maakt uit het verslag van de Rekenkamer op dat de recentste fysieke inventaris, die in 2011 werd verricht, verschillende gebreken aan het licht heeft gebracht, met name op het punt van het geringe aantal ICT-activa (informatie- en communicatietechnologie) waarvan de waarde werd gecontroleerd; merkt bovendien op dat er geen formeel beleid inzake de inventaris van vaste activa bestaat; verzoekt het Agentschap de kwijtingsautoriteit mee te delen welke maatregelen het neemt om een formeel beleid inzake de inventaris van vaste activa uit te voeren; |
12. |
merkt op dat het Agentschap de kosten in verband met reeds opgeleverde ICT-projecten boekt als uitgaven in plaats van deze aan te merken als vaste activa; merkt voorts op dat het beleid naar verwachting in het eerste kwartaal van 2013 geformaliseerd en formeel goedgekeurd zal worden; verzoekt het Agentschap om de kwijtingsautoriteit op de hoogte te stellen van de stand van zaken van dat beleid; |
Aanwervingsprocedures
13. |
merkt op dat de Rekenkamer tekortkomingen in de aanwervingsprocedures heeft vastgesteld; verzoekt het Agentschap daarom om de kwijtingsautoriteit op de hoogte te stellen van de getroffen maatregelen om die tekortkomingen weg te werken; is van mening dat een aantal bepalingen van het Statuut van de ambtenaren een aanzienlijke administratieve last kunnen vormen; moedigt de Commissie daarom aan om ten aanzien van de agentschappen een bepaalde mate van vereenvoudiging toe te staan in het kader van artikel 110 van het Statuut; |
14. |
neemt kennis van de informatie in het jaarlijkse activiteitenverslag dat het Agentschap hooggekwalificeerde personeelsleden is blijven aantrekken, waarbij er in 2011 88 nieuwe medewerkers werden aangeworven, wat ertoe heeft geleid dat de personeelsformatie van het Agentschap voor 98 % voltooid is; |
15. |
neemt er kennis van dat per 31 december 2011 in totaal 441 van de 456 beschikbare functies door tijdelijke functionarissen werden bekleed en dat er op dat moment 101 arbeidscontractanten en gedetacheerde nationale deskundigen in dienst waren; merkt op dat werknemers met een arbeidscontract in totaal 62 functies bekleedden en overige personeelsleden in totaal 46 (gedetacheerde nationale deskundigen, uitzendkrachten, stagiairs); |
16. |
houdt de verbeterde aanwervings- en selectieprocedures die vorig jaar zijn ingevoerd, nauwlettend in het oog; acht de volledige toepassing van de regels en procedures noodzakelijk met het oog op een optimale reputatie van het Agentschap; |
Belangenconflict
17. |
is verheugd over het feit dat de Rekenkamer bij vier Europese agentschappen, waaronder het Agentschap, een controle heeft verricht ter beoordeling van de beleidslijnen en procedures voor de omgang met belangenconflicten, en dat hij de resultaten van deze controle heeft gepresenteerd in zijn speciaal verslag nr. 15/2012; |
18. |
betreurt het dat het Agentschap volgens de bevindingen van de Rekenkamer op het ogenblik van de afronding van de controlewerkzaamheden ter plaatse (oktober 2011) niet adequaat omging met situaties waarin zich een belangenconflict voordeed; stelt bovendien vast dat het beleid van het Agentschap voor de omgang met belangenconflicten onvolledig was, dat belangenverklaringen niet gescreend of gepubliceerd maar verzegeld werden en dat een cursus over belangenconflicten ontbrak; |
19. |
juicht het toe dat het Agentschap naar aanleiding van de controle van de Rekenkamer een aantal maatregelen heeft genomen, met name:
verzoekt het Agentschap met klem door te gaan met de uitvoering van de aanbevelingen van de Rekenkamer ter voorkoming van belangenconflicten in zijn diverse bestuurs- en werkstructuren en aan de kwijtingsautoriteit verslag uit te brengen over de uitvoering van bovenvermelde beleidslijnen en procedures alsook over alle verdere ontwikkelingen op het vlak van de omgang met belangenconflicten; |
20. |
verzoekt het Agentschap in zijn jaarlijkse activiteitenverslagen een speciaal gedeelte op te nemen met daarin een beschrijving van de maatregelen die zijn genomen ter voorkoming en beheersing van belangenconflicten, waarin onder meer de volgende punten aan de orde komen:
|
21. |
wijst erop dat op de website van het Agentschap wel de belangenverklaringen van alle leden van de raad van bestuur beschikbaar zijn, maar niet alle cv’s van deze leden; verzoekt het Agentschap de kwijtingsautoriteit zo snel mogelijk op de hoogte te stellen van de vooruitgang in dit verband; |
22. |
verwijst wat de andere opmerkingen betreft die deel uitmaken van het besluit over het verlenen van kwijting, die horizontaal van aard zijn, naar zijn resolutie van 17 april 2013 (8) over de prestaties, het financieel beheer en de controle van de agentschappen. |
(1) PB C 388 van 15.12.2012, blz. 73.
(2) PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1.
(3) PB L 298 van 26.10.2012, blz. 1.
(4) PB L 396 van 30.12.2006, blz. 1.
(5) PB L 357 van 31.12.2002, blz. 72.
(6) PB L 286 van 17.10.2012, blz. 192.
(7) PB L 167 van 27.6.2012, blz. 1.
(8) Aangenomen teksten, P7_TA(2013)0134 (zie bladzijde 374 van dit Publicatieblad).