Het mandaat van de heer Vygaudas UŠACKAS als SVEU in Afghanistan wordt verlengd tot en met 30 juni 2014. Het mandaat van de SVEU kan eerder worden beëindigd, indien de Raad daartoe besluit op voorstel van de hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid (HV).
Besluit 2013/382/GBVB van de Raad van 15 juli 2013 houdende wijziging en verlenging van het mandaat van de speciale vertegenwoordiger van de Europese Unie in Afghanistan
Besluit 2013/382/GBVB van de Raad van 15 juli 2013 houdende wijziging en verlenging van het mandaat van de speciale vertegenwoordiger van de Europese Unie in Afghanistan
DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,
Gezien het Verdrag betreffende de Europese Unie, en met name artikel 28, artikel 31, lid 2, en artikel 33,
Gezien het voorstel van de hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid,
Overwegende hetgeen volgt:
Op 22 maart 2010 heeft de Raad Besluit 2010/168/GBVB(1) vastgesteld, waarbij de heer Vygaudas UŠACKAS werd benoemd tot speciale vertegenwoordiger van de Europese Unie (SVEU) in Afghanistan. Zijn mandaat verstrijkt op 30 juni 2013.
Het mandaat van de SVEU moet opnieuw worden verlengd met een periode van twaalf maanden.
De SVEU zal zijn mandaat uitvoeren in een mogelijk verslechterende situatie die de verwezenlijking van de doelstellingen van het externe optreden van de Unie, als geformuleerd in artikel 21 van het Verdrag, kan hinderen,
HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:
Artikel 1 Speciale vertegenwoordiger van de Europese Unie
Artikel 2 Beleidsdoelstellingen
De SVEU vertegenwoordigt de Unie en bevordert de beleidsdoelstellingen van de Unie in Afghanistan, in nauwe coördinatie met de vertegenwoordigers van de lidstaten in Afghanistan. Meer in het bijzonder dient de SVEU:
-
bij te dragen tot de uitvoering van de Gezamenlijke Verklaring van de EU en Afghanistan en leiding te geven aan de uitvoering van het onderdeel „Afghanistan” van het EU-actieplan voor Afghanistan en Pakistan, in samenwerking met de vertegenwoordigers van de lidstaten in Afghanistan;
-
de politieke dialoog tussen de Unie en Afghanistan te ondersteunen;
-
steun te verlenen aan de centrale rol die de Verenigde Naties (VN) spelen in Afghanistan, met bijzondere nadruk op het bijdragen tot een beter gecoördineerde internationale bijstand, waarbij de uitvoering van de conferentiecommuniqués van Londen, Kabul, Bonn, Chicago en Tokyo alsmede de relevante VN-resoluties bevorderd wordt.
Artikel 3 Mandaat
Ter uitvoering van het mandaat zal de SVEU, in nauwe samenwerking met de vertegenwoordigers van de lidstaten in Afghanistan,
-
de standpunten van de Unie over het politiek proces en de ontwikkelingen in Afghanistan uitdragen;
-
nauwe contacten onderhouden met en steun verlenen aan de ontwikkeling van de betrokken Afghaanse instellingen, met name de regering, het parlement en de lokale overheden. De SVEU zal ook contacten onderhouden worden met andere Afghaanse politieke groeperingen en actoren;
-
nauwe contacten onderhouden met de internationale en regionale belanghebbenden in Afghanistan, met name de speciale vertegenwoordiger van de secretaris-generaal van de VN, de hoge civiele vertegenwoordiger van de Noord-Atlantische Verdragsorganisatie en andere belangrijke partners en organisaties;
-
advies geven in verband met de vorderingen in de verwezenlijking van de doelstellingen van de Gezamenlijke Verklaring van de EU en Afghanistan, van het onderdeel „Afghanistan” van het EU-actieplan voor Afghanistan en Pakistan, en de conferenties van Kabul, Bonn, Istanboel, Chicago en Tokio, met name op de volgende gebieden:
-
opbouw van civiele capaciteitsopbouw, met name op subnationaal niveau,
-
goed bestuur en de oprichting van instellingen die noodzakelijk zijn voor de rechtsstaat, met name een onafhankelijke rechterlijke macht,
-
hervorming van het kiesstelsel,
-
hervorming van de veiligheidssector, waaronder de verbetering van het gerechtelijk apparaat, het nationaal leger en de nationale politie, en met name de uitbouw van de civiele politie,
-
groeibevordering, met name door middel van landbouw en plattelandsontwikkeling,
-
naleving van Afghanistans internationale verplichtingen inzake mensenrechten, waaronder de eerbiediging van de rechten van personen die tot een minderheid behoren, alsmede vrouwen en kinderen,
-
eerbiediging van de democratische beginselen en de rechtsstaat,
-
aanmoediging van de deelname van vrouwen aan het openbaar bestuur, aan de civiele samenleving en, overeenkomstig Resolutie 1325 (2000) van de VN-Veiligheidsraad, aan het vredesproces,
-
eerbiediging van Afghanistans internationale verplichtingen, met inbegrip van samenwerking in de internationale inspanningen ter bestrijding van terrorisme, illegale drugshandel, mensenhandel en de verspreiding van massavernietigingswapens en daarmee verband houdende materialen,
-
bevordering van humanitaire hulp en de vreedzame terugkeer van vluchtelingen en intern ontheemden, en
-
verbetering van de doeltreffendheid van de aanwezigheid en de activiteiten van de Unie in Afghanistan, en bijdragen tot de opstelling van de jaarlijkse verslagen over de uitvoering van het EU-actieplan waarom de Raad verzocht heeft;
-
-
actief deelnemen aan de lokale coördinatieorganen zoals de Gemeenschappelijke coördinatie- en bewakingsraad en daarbij de niet-deelnemende lidstaten volledig op de hoogte houden van de besluiten die op deze niveaus genomen worden;
-
advies verstrekken over de deelneming en de standpunten van de Unie in internationale conferenties over Afghanistan;
-
op een actieve manier regionale samenwerking bevorderen via relevante initiatieven, zoals het proces van Istanboel en de regionale economische conferentie over Afghanistan (RECCA);
-
bijdragen tot de uitvoering van het mensenrechtenbeleid van de Unie en de EU-richtsnoeren voor de mensenrechten, met name ten aanzien van vrouwen en kinderen in door conflicten getroffen gebieden, voornamelijk door de ontwikkelingen op dat gebied te volgen en te sturen;
-
voor zover van toepassing, steun verlenen aan een inclusief en door Afghanistan geleid vredesproces dat uitmondt in een politieke regeling die strookt met de criteria die tijdens de conferentie van Bonn zijn overeengekomen.
Artikel 4 Uitvoering van het mandaat
De SVEU is onder het gezag van de HV verantwoordelijk voor de uitvoering van het mandaat.
Het Politiek en Veiligheidscomité (PVC) onderhoudt een bevoorrechte relatie met de SVEU en vormt het eerste contactpunt van de SVEU met de Raad. Onverminderd de bevoegdheden van de HV zorgt het PVC binnen het kader van het mandaat voor strategische aansturing en politieke leiding ten behoeve van de SVEU.
De SVEU werkt nauw samen met de Europese Dienst voor extern optreden (EDEO) en de bevoegde afdelingen daarvan.