Home

Besluit 2014/727/GBVB van de Raad van 20 oktober 2014 tot wijziging van Besluit 2011/137/GBVB betreffende beperkende maatregelen in het licht van de situatie in Libië

Besluit 2014/727/GBVB van de Raad van 20 oktober 2014 tot wijziging van Besluit 2011/137/GBVB betreffende beperkende maatregelen in het licht van de situatie in Libië

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de Europese Unie, en met name artikel 29,

Overwegende hetgeen volgt:

  1. De Raad heeft op 28 februari 2011 Besluit 2011/137/GBVB(1) vastgesteld.

  2. Het Sanctiecomité dat bij Resolutie 1970 (2011) van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties („UNSCR”) betreffende Libië is ingesteld, heeft op 27 juni 2014 de lijst van personen en entiteiten die het voorwerp uitmaken van beperkende maatregelen geactualiseerd. De lijsten in de bijlagen I en III bij Besluit 2011/137/GBVB moeten derhalve dienovereenkomstig worden gewijzigd.

  3. De Veiligheidsraad van de Verenigde Naties heeft op 27 augustus 2014 UNSCR 2174 (2014) aangenomen, die een uitbreiding inhoudt van de in punt 22 van UNSCR 1970 (2011) en punt 23 van UNSCR 1973 (2011) vermelde maatregelen inzake reisbeperkingen en de bevriezing van activa.

  4. Daarnaast is bij UNSCR 2174 (2014) de werkingssfeer uitgebreid van het wapenembargo dat werd ingesteld bij punt 9 van UNSCR 1970 (2011), punt 13 van UNSCR 2009 (2011) en de punten 9 en 10 van UNSCR 2095 (2013). Derhalve is het noodzakelijk Besluit 2011/137/GBVB te wijzigen om de werkingssfeer van het wapenembargo verder te verduidelijken.

  5. Besluit 2011/137/GBVB dient derhalve dienovereenkomstig te worden gewijzigd.

  6. Ter uitvoering van bepaalde van deze wijzigingen is verder optreden van de Unie nodig,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

Besluit 2011/137/GBVB wordt als volgt gewijzigd:

  1. Artikel 2 wordt vervangen door:

    1.

    Artikel 1 is niet van toepassing op:

    1. de levering, verkoop of overbrenging van niet-dodelijke militaire uitrusting of van uitrusting die voor binnenlandse repressie kan worden gebruikt, maar die uitsluitend is bedoeld voor humanitair of beschermend gebruik;

    2. de levering van technische bijstand, opleiding of andere bijstand, evenals personeel, in verband met dergelijke uitrusting;

    3. de levering van financiële bijstand in verband met dergelijke uitrusting.

    2.

    Artikel 1 is niet van toepassing op:

    1. de levering, verkoop of overbrenging van wapens en aanverwant materiaal;

    2. de levering van technische bijstand, opleiding of andere bijstand, evenals personeel, in verband met dergelijke uitrusting;

    3. de levering van financiële bijstand in verband met dergelijke uitrusting,

    waarvoor van tevoren goedkeuring is verleend door het Comité dat is opgericht uit hoofde van punt 24 van UNSCR 1970 (2011) („het Comité”).

    3.

    Artikel 1 is niet van toepassing op de levering, verkoop of overbrenging van handvuurwapens, lichte wapens en aanverwant materiaal die/dat tijdelijk naar Libië worden/wordt uitgevoerd en uitsluitend bestemd zijn/is voor gebruik door personeel van de Verenigde Naties (VN), vertegenwoordigers van de media, humanitaire werkers en ontwikkelingswerkers en hun personeel, op voorwaarde dat het Comité hierover van tevoren op de hoogte is gebracht en het Comité geen negatief besluit heeft genomen binnen vijf dagen na die kennisgeving.

    4.

    Artikel 1 is niet van toepassing op de levering, verkoop of overbrenging van niet-dodelijke militaire uitrusting die uitsluitend bedoeld is voor bijstand aan de Libische regering bij beveiliging of ontwapening, noch op de verlening van aanverwante technische bijstand, opleiding of financiële bijstand.

    5.

    Artikel 1 is niet van toepassing op de levering, verkoop of overbrenging van beschermende kleding, met inbegrip van scherfwerende vesten en militaire helmen, die door personeel van de VN, personeel van de Unie of van haar lidstaten, vertegenwoordigers van de media, humanitaire werkers en ontwikkelingswerkers en hun personeel louter voor persoonlijk gebruik tijdelijk naar Libië worden uitgevoerd.

    6.

    Artikel 1 is niet van toepassing op de levering, verkoop of overbrenging van niet-dodelijke militaire uitrusting die uitsluitend bedoeld is voor humanitair of beschermend gebruik of aanverwante technische bijstand of opleiding.”

    ;

  2. In artikel 5, lid 1, wordt punt a) vervangen door:

    op de lijst in bijlage I bij UNSCR 1970 (2011) geplaatste personen, en andere door de Veiligheidsraad of het Comité overeenkomstig punt 22 van UNSCR 1970 (2011), punt 23 van UNSCR 1973 (2011) en punt 4 van UNSCR 2174 (2014) op een lijst geplaatste personen, als vermeld in bijlage I bij dit besluit.”

    ;

  3. In artikel 6, lid 1, wordt punt a) vervangen door:

    op de lijst in bijlage I bij UNSCR 1970 (2011) geplaatste personen en entiteiten, en andere door de Veiligheidsraad of het Comité overeenkomstig punt 22 van UNSCR 1970 (2011), punten 19 en 23 van UNSCR 1973 (2011) en punt 4 van UNSCR 2174 (2014) op een lijst geplaatste personen en entiteiten, als vermeld in bijlage III bij dit besluit.”

    .

„Artikel 2

1.

Artikel 1 is niet van toepassing op:

  1. de levering, verkoop of overbrenging van niet-dodelijke militaire uitrusting of van uitrusting die voor binnenlandse repressie kan worden gebruikt, maar die uitsluitend is bedoeld voor humanitair of beschermend gebruik;

  2. de levering van technische bijstand, opleiding of andere bijstand, evenals personeel, in verband met dergelijke uitrusting;

  3. de levering van financiële bijstand in verband met dergelijke uitrusting.

2.

Artikel 1 is niet van toepassing op:

  1. de levering, verkoop of overbrenging van wapens en aanverwant materiaal;

  2. de levering van technische bijstand, opleiding of andere bijstand, evenals personeel, in verband met dergelijke uitrusting;

  3. de levering van financiële bijstand in verband met dergelijke uitrusting,

waarvoor van tevoren goedkeuring is verleend door het Comité dat is opgericht uit hoofde van punt 24 van UNSCR 1970 (2011) („het Comité”).

3.

Artikel 1 is niet van toepassing op de levering, verkoop of overbrenging van handvuurwapens, lichte wapens en aanverwant materiaal die/dat tijdelijk naar Libië worden/wordt uitgevoerd en uitsluitend bestemd zijn/is voor gebruik door personeel van de Verenigde Naties (VN), vertegenwoordigers van de media, humanitaire werkers en ontwikkelingswerkers en hun personeel, op voorwaarde dat het Comité hierover van tevoren op de hoogte is gebracht en het Comité geen negatief besluit heeft genomen binnen vijf dagen na die kennisgeving.

4.

Artikel 1 is niet van toepassing op de levering, verkoop of overbrenging van niet-dodelijke militaire uitrusting die uitsluitend bedoeld is voor bijstand aan de Libische regering bij beveiliging of ontwapening, noch op de verlening van aanverwante technische bijstand, opleiding of financiële bijstand.

5.

Artikel 1 is niet van toepassing op de levering, verkoop of overbrenging van beschermende kleding, met inbegrip van scherfwerende vesten en militaire helmen, die door personeel van de VN, personeel van de Unie of van haar lidstaten, vertegenwoordigers van de media, humanitaire werkers en ontwikkelingswerkers en hun personeel louter voor persoonlijk gebruik tijdelijk naar Libië worden uitgevoerd.

6.

Artikel 1 is niet van toepassing op de levering, verkoop of overbrenging van niet-dodelijke militaire uitrusting die uitsluitend bedoeld is voor humanitair of beschermend gebruik of aanverwante technische bijstand of opleiding.”

Artikel 2

1.

Artikel 1 is niet van toepassing op:

  1. de levering, verkoop of overbrenging van niet-dodelijke militaire uitrusting of van uitrusting die voor binnenlandse repressie kan worden gebruikt, maar die uitsluitend is bedoeld voor humanitair of beschermend gebruik;

  2. de levering van technische bijstand, opleiding of andere bijstand, evenals personeel, in verband met dergelijke uitrusting;

  3. de levering van financiële bijstand in verband met dergelijke uitrusting.

2.

Artikel 1 is niet van toepassing op:

  1. de levering, verkoop of overbrenging van wapens en aanverwant materiaal;

  2. de levering van technische bijstand, opleiding of andere bijstand, evenals personeel, in verband met dergelijke uitrusting;

  3. de levering van financiële bijstand in verband met dergelijke uitrusting,

waarvoor van tevoren goedkeuring is verleend door het Comité dat is opgericht uit hoofde van punt 24 van UNSCR 1970 (2011) („het Comité”).

3.

Artikel 1 is niet van toepassing op de levering, verkoop of overbrenging van handvuurwapens, lichte wapens en aanverwant materiaal die/dat tijdelijk naar Libië worden/wordt uitgevoerd en uitsluitend bestemd zijn/is voor gebruik door personeel van de Verenigde Naties (VN), vertegenwoordigers van de media, humanitaire werkers en ontwikkelingswerkers en hun personeel, op voorwaarde dat het Comité hierover van tevoren op de hoogte is gebracht en het Comité geen negatief besluit heeft genomen binnen vijf dagen na die kennisgeving.

4.

Artikel 1 is niet van toepassing op de levering, verkoop of overbrenging van niet-dodelijke militaire uitrusting die uitsluitend bedoeld is voor bijstand aan de Libische regering bij beveiliging of ontwapening, noch op de verlening van aanverwante technische bijstand, opleiding of financiële bijstand.

5.

Artikel 1 is niet van toepassing op de levering, verkoop of overbrenging van beschermende kleding, met inbegrip van scherfwerende vesten en militaire helmen, die door personeel van de VN, personeel van de Unie of van haar lidstaten, vertegenwoordigers van de media, humanitaire werkers en ontwikkelingswerkers en hun personeel louter voor persoonlijk gebruik tijdelijk naar Libië worden uitgevoerd.

6.

Artikel 1 is niet van toepassing op de levering, verkoop of overbrenging van niet-dodelijke militaire uitrusting die uitsluitend bedoeld is voor humanitair of beschermend gebruik of aanverwante technische bijstand of opleiding.”

Artikel 3

Dit besluit treedt in werking op de dag van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

BIJLAGE