Bijlage IV bij Richtlijn 2011/65/EU wordt gewijzigd overeenkomstig de bijlage bij deze richtlijn.
Gedelegeerde Richtlijn 2014/73/EU van de Commissie van 13 maart 2014 tot wijziging, met het oog op aanpassing aan de technische vooruitgang, van bijlage IV bij Richtlijn 2011/65/EU van het Europees Parlement en de Raad wat betreft een vrijstelling voor lood in geplatineerde platinaelektroden voor gebruik bij metingen van geleidbaarheid Voor de EER relevante tekst
Gedelegeerde Richtlijn 2014/73/EU van de Commissie van 13 maart 2014 tot wijziging, met het oog op aanpassing aan de technische vooruitgang, van bijlage IV bij Richtlijn 2011/65/EU van het Europees Parlement en de Raad wat betreft een vrijstelling voor lood in geplatineerde platinaelektroden voor gebruik bij metingen van geleidbaarheid Voor de EER relevante tekst
DE EUROPESE COMMISSIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,
Gezien Richtlijn 2011/65/EU van het Europees Parlement en de Raad van 8 juni 2011 betreffende beperking van het gebruik van bepaalde gevaarlijke stoffen in elektrische en elektronische apparatuur,(1) en met name artikel 5, lid 1, onder a),
Overwegende hetgeen volgt:
Richtlijn 2011/65/EU verbiedt het gebruik van lood in elektrische en elektronische apparatuur die in de handel wordt gebracht.
Geplatineerde platinaelektroden (GPE's) zijn platinaelektroden die bedekt zijn met een dunne laag platinazwart. Die elektroden worden gebruikt wanneer geleidbaarheidsmetingen met een groot meetbereik moeten worden verricht of voor het meten van geleidbaarheid in een sterk zuur of alkalisch milieu. Zowel de vervanging als de eliminatie van lood in GPE's en de vervanging van GPE's door andere soorten elektroden zijn in die omstandigheden om wetenschappelijke en technische redenen onmogelijk.
Het gebruik van GPE's bij geleidbaarheidsmetingen met een groot meetbereik of voor het meten van geleidbaarheid in een sterk zuur of alkalisch milieu moet derhalve van het verbod worden vrijgesteld tot en met 31 december 2018. Die overgangsperiode is noodzakelijk voor onderzoek en zal waarschijnlijk geen negatieve gevolgen voor de innovatie hebben.
Richtlijn 2011/65/EU moet derhalve dienovereenkomstig worden gewijzigd,
HEEFT DE VOLGENDE RICHTLIJN VASTGESTELD:
Artikel 1
Artikel 2
De lidstaten doen de nodige wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen in werking treden om uiterlijk op de laatste dag van de zesde maand na de inwerkingtreding aan deze richtlijn te voldoen. Zij delen de Commissie de tekst van die bepalingen onverwijld mee.
Wanneer de lidstaten die bepalingen vaststellen, wordt in die bepalingen zelf of bij de officiële bekendmaking ervan naar deze richtlijn verwezen. De regels voor die verwijzing worden vastgesteld door de lidstaten.
De lidstaten delen de Commissie de tekst van de belangrijkste bepalingen van intern recht mee die zij op het onder deze richtlijn vallende gebied vaststellen.
Artikel 3
Deze richtlijn treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Artikel 4
Deze richtlijn is gericht tot de lidstaten.