Home

Besluit (EU) 2016/152 van de Commissie van 1 oktober 2014 betreffende steunmaatregel SA.27339 (12/C) (ex 11/NN) die Duitsland ten uitvoer heeft gelegd ten gunste van de luchthaven van Zweibrücken en de luchtvaartmaatschappijen die van de luchthaven gebruikmaken (Kennisgeving geschied onder nummer C(2014) 5063) (Voor de EER relevante tekst)

Besluit (EU) 2016/152 van de Commissie van 1 oktober 2014 betreffende steunmaatregel SA.27339 (12/C) (ex 11/NN) die Duitsland ten uitvoer heeft gelegd ten gunste van de luchthaven van Zweibrücken en de luchtvaartmaatschappijen die van de luchthaven gebruikmaken (Kennisgeving geschied onder nummer C(2014) 5063) (Voor de EER relevante tekst)

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 108, lid 2, eerste alinea(1),

Gezien de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, en met name artikel 62, lid 1, onder a),

Na de belanghebbenden overeenkomstig de genoemde artikelen te hebben aangemaand hun opmerkingen te maken(2), en gezien deze opmerkingen,

Overwegende hetgeen volgt:

    HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

    Artikel 1

    1.

    De staatssteun die tussen 2000 en 2009 onrechtmatig door Duitsland ten uitvoer is gelegd met schending van artikel 108, lid 3, van het Verdrag ten gunste van Flugplatz GmbH Aeroville Zweibrücken (FGAZ)/Flughafen Zweibrücken GmbH (FZG) door middel van directe investeringssubsidies, jaarlijkse kapitaalinjecties en de kosteloze toekenning van een 100 %-garantie voor een banklening en door FGAZ toe te laten tot deelname aan de cashpool van de deelstaat Rijnland-Palts, is onverenigbaar met de interne markt.

    2.

    De staatssteun die onrechtmatig door Duitsland ten uitvoer is gelegd met schending van artikel 108, lid 3, van het Verdrag ten gunste van Germanwings, TUIfly en Ryanair/Airport Marketing Services door middel van overeenkomsten voor luchthavendiensten en overeenkomsten voor marketingdiensten die op 15 september 2006 (Germanwings), 1 april 2008 (TUIfly) en 22 september 2008/6 oktober 2008 (Ryanair/Airport Marketing Services (AMS)) zijn gesloten, is onverenigbaar met de interne markt.

    Artikel 2

    1.

    De lening die door Sparkasse Südwestpfalz aan FZG is toegekend, vormt geen staatssteun.

    2.

    De overeenkomst voor luchthavendiensten die op 30 juni 2008 door FZG met Germanwings is gesloten, vormt geen staatssteun.

    Artikel 3

    1.

    Duitsland vordert de in artikel 1 bedoelde onverenigbare steun van de begunstigden terug.

    2.

    FGAZ en FZG zijn hoofdelijk en solidair gehouden tot terugbetaling van de staatssteun die elk van hen heeft ontvangen.

    3.

    Ryanair en AMS zijn hoofdelijk en solidair gehouden tot terugbetaling van de staatssteun die elk van hen heeft ontvangen.

    4.

    De terug te vorderen bedragen zijn de volgende:

    1. met betrekking tot de directe investeringssubsidies die door de deelstaat Rijnland-Palts en ZEF aan FZG zijn toegekend: 20 564 170 EUR, toegekend tussen 12 december 2000 en 31 december 2009, minus de kosten van de brandweerdiensten en de kosten waarvoor de luchthavenexploitant overeenkomstig § 8, lid 3, van de Luftsicherheitsgesetz recht op terugbetaling heeft, in zoverre ze door de directe investeringssubsidies werden gedekt;

    2. met betrekking tot de jaarlijkse kapitaalinjecties die door de deelstaat Rijnland-Palts en ZEF aan FZG zijn toegekend: 26 629 000 EUR, toegekend tussen 2000 en 2009, minus de kosten van de brandweerdiensten en de kosten waarvoor de luchthavenexploitant overeenkomstig § 8, lid 3, van de Luftsicherheitsgesetz recht op terugbetaling heeft, in zoverre ze door de jaarlijkse kapitaalinjecties werden gedekt, en minus die bedragen die vóór 12 december 2000 werden toegekend;

    3. met betrekking tot de 100 %-garantie die door de deelstaat Rijnland-Palts ten gunste van FZG is toegekend: het kasequivalent van de waarde van de garantie, te bepalen overeenkomstig de mededeling van de Commissie betreffende de toepassing van de artikelen 87 en 88 van het EG-Verdrag op staatssteun in de vorm van garanties;

    4. met betrekking tot de deelname van FGAZ aan de cashpool van de deelstaat Rijnland-Palts: het kasequivalent van de voordelige leningvoorwaarden, te bepalen overeenkomstig de mededeling van de Commissie van 12 december 2007 over de herziening van de methode waarmee de referentie- en disconteringspercentages worden vastgesteld, minus alle voordelen die op de leningen werden ontvangen die werden gebruikt om de kosten van de brandweerdiensten te dekken en de kosten waarvoor de luchthavenexploitant overeenkomstig § 8, lid 3, van de Luftsicherheitsgesetz recht op terugbetaling heeft;

    5. met betrekking tot de overeenkomst voor luchthavendiensten die op 15 september 2006 tussen Germanwings en FZG werd gesloten: het bedrag van de onverenigbare steun;

    6. met betrekking tot de overeenkomst voor luchthavendiensten die op 1 april 2008 tussen TUIfly en FZG werd gesloten: het bedrag van de onverenigbare steun;

    7. met betrekking tot de overeenkomst voor luchthavendiensten en de overeenkomst voor marketingdiensten die op 22 september 2008 tussen Ryanair en FZG en op 6 oktober 2008 tussen AMS en de deelstaat Rijnland-Palts werden gesloten: het bedrag van de onverenigbare steun.

    5.

    De terug te vorderen bedragen omvatten rente vanaf de datum waarop ze de begunstigden ter beschikking zijn gesteld, tot de datum van de daadwerkelijke terugbetaling ervan.

    6.

    Duitsland deelt de precieze data mee waarop de door de staat toegekende steun ter beschikking van de respectieve begunstigden werd gesteld.

    7.

    De rente wordt op samengestelde grondslag berekend overeenkomstig hoofdstuk V van Verordening (EG) nr. 794/2004 van de Commissie(113).

    8.

    Duitsland schorst alle uitstaande betalingen van de in artikel 1 bedoelde steun vanaf de datum waarop dit besluit is vastgesteld.

    Artikel 4

    1.

    De terugvordering van de in artikel 1 bedoelde steun geschiedt onverwijld en daadwerkelijk.

    2.

    Duitsland zorgt ervoor dat dit besluit binnen vier maanden na kennisgeving ervan ten uitvoer wordt gelegd.

    Artikel 5

    Artikel 6