Home

Uitvoeringsverordening (EU) 2016/876 van de Commissie van 1 juni 2016 tot vaststelling van de toewijzingscoëfficiënt die moet worden toegepast op de hoeveelheden waarop de invoercertificaataanvragen betrekking hebben die van 20 mei 2016 tot en met 27 mei 2016 zijn ingediend in het kader van bij Uitvoeringsverordening (EU) 2015/2081 geopende tariefcontingenten voor bepaalde granen van oorsprong uit Oekraïne

Uitvoeringsverordening (EU) 2016/876 van de Commissie van 1 juni 2016 tot vaststelling van de toewijzingscoëfficiënt die moet worden toegepast op de hoeveelheden waarop de invoercertificaataanvragen betrekking hebben die van 20 mei 2016 tot en met 27 mei 2016 zijn ingediend in het kader van bij Uitvoeringsverordening (EU) 2015/2081 geopende tariefcontingenten voor bepaalde granen van oorsprong uit Oekraïne

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EU) nr. 1308/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 17 december 2013 tot vaststelling van een gemeenschappelijke ordening van de markten voor landbouwproducten en tot intrekking van de Verordeningen (EEG) nr. 922/72, (EEG) nr. 234/79, (EG) nr. 1037/2001 en (EG) nr. 1234/2007 van de Raad(1), en met name artikel 188, leden 1 en 3,

Overwegende hetgeen volgt:

  1. Bij Uitvoeringsverordening (EU) 2015/2081 van de Commissie(2) zijn tariefcontingenten geopend voor de invoer van bepaalde granen van oorsprong uit Oekraïne.

  2. Bij artikel 1, lid 1, van Uitvoeringsverordening (EU) 2015/2081 is, voor de periode van 1 januari 2016 tot en met 31 december 2016, de hoeveelheid van het contingent met volgnummer 09.4306 vastgesteld op 950 000 ton.

  3. De hoeveelheden waarop de invoercertificaataanvragen betrekking hebben die van 20 mei 2016, vanaf 13.00 uur, tot en met 27 mei 2016 om 13.00 uur (plaatselijke tijd Brussel) zijn ingediend, overschrijden de beschikbare hoeveelheden wat het contingent met volgnummer 09.4306 betreft. Bijgevolg dient te worden bepaald in hoeverre invoercertificaten kunnen worden afgegeven door de overeenkomstig artikel 7, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1301/2006 van de Commissie(3) berekende toewijzingscoëfficiënt vast te stellen die moet worden toegepast op de voor het betrokken contingent gevraagde hoeveelheden.

  4. Voorts dient, met betrekking tot de lopende contingentperiode, de afgifte van invoercertificaten voor het in Uitvoeringsverordening (EU) 2015/2081 bedoelde tariefcontingent met volgnummer 09.4306 te worden geschorst.

  5. Met het oog op de efficiëntie van de maatregel dient deze verordening in werking te treden op de dag van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

1.

Wat betreft de hoeveelheden waarop invoercertificaataanvragen betrekking hebben voor het contingent met volgnummer 09.4306, zoals vermeld in de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) 2015/2081, en die zijn ingediend van 20 mei 2016, vanaf 13.00 uur, tot en met 27 mei 2016 om 13.00 uur (plaatselijke tijd Brussel), wordt een toewijzingscoëfficiënt toegepast van 49,812221 % voor aanvragen ingediend in het kader van het tariefcontingent met volgnummer 09.4306.

2.

De indiening van nieuwe certificaataanvragen voor het contingent met volgnummer 09.4306, zoals vermeld in de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) 2015/2081, wordt voor de lopende contingentperiode geschorst met ingang van 27 mei 2016 om 13.00 uur (plaatselijke tijd Brussel).

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de dag van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 1 juni 2016.

Voor de Commissie,

namens de voorzitter,

Jerzy Plewa

Directeur-generaal Landbouw en Plattelandsontwikkeling