Home

Uitvoeringsverordening (EU) 2016/1394 van de Commissie van 16 augustus 2016 houdende wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 809/2014 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen voor Verordening (EU) nr. 1306/2013 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft het geïntegreerd beheers- en controlesysteem, plattelandsontwikkelingsmaatregelen en de randvoorwaarden

Uitvoeringsverordening (EU) 2016/1394 van de Commissie van 16 augustus 2016 houdende wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 809/2014 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen voor Verordening (EU) nr. 1306/2013 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft het geïntegreerd beheers- en controlesysteem, plattelandsontwikkelingsmaatregelen en de randvoorwaarden

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EU) nr. 1306/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 17 december 2013 inzake de financiering, het beheer en de monitoring van het gemeenschappelijk landbouwbeleid en tot intrekking van de Verordeningen (EEG) nr. 352/78, (EG) nr. 165/94, (EG) nr. 2799/98, (EG) nr. 814/2000, (EG) nr. 1290/2005 en (EG) nr. 485/2008 van de Raad(1), en met name artikel 58, lid 1, onder a), b) en c), artikel 59, leden 1, 2 en 5, en artikel 62, lid 2, onder b),

Overwegende hetgeen volgt:

  1. Krachtens artikel 19 bis, lid 2, van Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 640/2014 van de Commissie(2) kunnen de administratieve sancties voor een te hoge areaalaangifte in het kader van een areaalgebonden steunregeling of bijstandsmaatregel worden verlaagd wanneer de betrokken begunstigde niet eerder een dergelijke sanctie heeft gekregen voor die areaalgebonden steunregeling of bijstandsmaatregel. Om de naleving van de beginselen van gezond financieel beheer te waarborgen, misbruik van het systeem te voorkomen en de indiening van correcte aangiften in de toekomst te stimuleren, moet het uitstaande bedrag worden terugbetaald wanneer aan de betrokken begunstigde in het volgende aanvraagjaar weer een in de artikelen 19 bis en 21 van de reeds genoemde verordening bedoelde administratieve sanctie wordt opgelegd voor die bepaalde areaalgebonden steunregeling of bijstandsmaatregel. Daarom is het gerechtvaardigd een specifiek controlepercentage voor de follow-up van deze bepaling vast te stellen.

  2. Verduidelijkt moet worden dat, met het oog op de in artikel 50, lid 1, van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 809/2014 van de Commissie(3) bedoelde controles ter plaatse, de bedragen van voorschotten en van tussentijdse betalingen moeten worden meegeteld voor het bereiken van het minimumpercentage van 5 % controles ter plaatse. Daarom dient artikel 50, lid 1, tweede alinea, van die verordening te worden gewijzigd.

  3. Uitvoeringsverordening (EU) nr. 809/2014 moet daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd.

  4. Het Comité voor rechtstreekse betalingen en het Comité voor plattelandsontwikkeling hebben binnen de door de voorzitter vastgestelde termijn geen advies uitgebracht,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1 Wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 809/2014

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 809/2014 wordt als volgt gewijzigd:

  1. Het volgende artikel 33 bis wordt ingevoegd:

    1.

    Begunstigden aan wie overeenkomstig artikel 19 bis, lid 2, van Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 640/2014 een verlaagde administratieve sanctie voor een areaalgebonden steunregeling of bijstandsmaatregel is opgelegd naar aanleiding van een te hoge aangifte die bij een controle ter plaatse is geconstateerd, worden het volgende aanvraagjaar bij wijze van follow-up ter plaatse gecontroleerd op die bepaalde steunregeling of bijstandsmaatregel.

    2.

    De in lid 1 bedoelde follow-upcontrole ter plaatse hoeft niet te worden uitgevoerd wanneer het constateren van de te hoge aangifte tot gevolg heeft gehad dat de betrokken referentiepercelen in het jaar van de bevinding zijn bijgewerkt in het in artikel 5 van Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 640/2014 bedoelde systeem voor de identificatie van de landbouwpercelen.”.

  2. In artikel 50, lid 1, wordt de tweede alinea vervangen door:

    „Wanneer voor een ter plaatse gecontroleerde concrete actie voorschotten of tussentijdse betalingen zijn ontvangen, worden die betalingen meegeteld in de ter plaatse gecontroleerde uitgaven als bedoeld in de eerste alinea.”.

„Artikel 33 bis Percentage aanvullende controles voor controles ter plaatse met het oog op de follow-up van begunstigden als bedoeld in artikel 19 bis, lid 2, van Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 640/2014

1.

Begunstigden aan wie overeenkomstig artikel 19 bis, lid 2, van Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 640/2014 een verlaagde administratieve sanctie voor een areaalgebonden steunregeling of bijstandsmaatregel is opgelegd naar aanleiding van een te hoge aangifte die bij een controle ter plaatse is geconstateerd, worden het volgende aanvraagjaar bij wijze van follow-up ter plaatse gecontroleerd op die bepaalde steunregeling of bijstandsmaatregel.

2.

De in lid 1 bedoelde follow-upcontrole ter plaatse hoeft niet te worden uitgevoerd wanneer het constateren van de te hoge aangifte tot gevolg heeft gehad dat de betrokken referentiepercelen in het jaar van de bevinding zijn bijgewerkt in het in artikel 5 van Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 640/2014 bedoelde systeem voor de identificatie van de landbouwpercelen.”.

Artikel 2 Inwerkingtreding en toepassing

Deze verordening treedt in werking op de derde dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Zij is van toepassing op steunaanvragen, bijstandsaanvragen en betalingsaanvragen betreffende de aanvraagjaren of premieperioden die ingaan op of na 1 januari 2016.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 16 augustus 2016.

Voor de Commissie

De voorzitter

Jean-Claude Juncker