Home

Gedelegeerde Verordening (EU) 2017/104 van de Commissie van 19 oktober 2016 tot wijziging van Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 148/2013 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 648/2012 van het Europees Parlement en de Raad betreffende otc-derivaten, centrale tegenpartijen en transactieregisters met technische reguleringsnormen inzake de minimale mate van gedetailleerdheid van de aan transactieregisters te rapporteren gegevens (Voor de EER relevante tekst)

Gedelegeerde Verordening (EU) 2017/104 van de Commissie van 19 oktober 2016 tot wijziging van Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 148/2013 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 648/2012 van het Europees Parlement en de Raad betreffende otc-derivaten, centrale tegenpartijen en transactieregisters met technische reguleringsnormen inzake de minimale mate van gedetailleerdheid van de aan transactieregisters te rapporteren gegevens (Voor de EER relevante tekst)

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EU) nr. 648/2012 van het Europees Parlement en de Raad van 4 juli 2012 betreffende otc-derivaten, centrale tegenpartijen en transactieregisters(1), en met name artikel 9, lid 5,

Overwegende hetgeen volgt:

  1. Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 148/2013 van de Commissie(2) bevat details van te rapporteren gegevens en vereist dat tegenpartijen ervoor zorgen dat de gerapporteerde gegevens tussen beide partijen bij een transactie zijn overeengekomen.

  2. Het is tevens van belang te erkennen dat een centrale tegenpartij (CTP) optreedt als een partij bij een derivatencontract. Wanneer een bestaand contract vervolgens door een CTP wordt gecleard, moet het als beëindigd worden gerapporteerd en het nieuwe uit de clearing voortvloeiende contract moet worden gerapporteerd.

  3. Wanneer een derivatencontract bestaat uit een combinatie van derivatencontracten moeten de eigenschappen van elk van de betrokken derivatencontracten inzichtelijk zijn voor de bevoegde autoriteiten. Aangezien de bevoegde autoriteiten ook de algemene context moeten kunnen bevatten, moet het transactierapport tevens duidelijk maken dat de transactie onderdeel is van een algemene strategie. Daarom moeten derivatencontracten die betrekking hebben op een combinatie van derivatencontracten voor elk derivatencontract in afzonderlijke delen worden gerapporteerd, met een interne identificatiecode die de delen onderling verbindt.

  4. In het geval van derivatencontracten bestaande uit een combinatie van derivatencontracten die in meer dan één rapport moeten worden gerapporteerd, kan het lastig zijn te bepalen hoe de relevante informatie betreffende het contract over de rapporten moet worden verdeeld en dus hoeveel rapporten er moeten worden ingediend. Daarom moeten tegenpartijen het eens worden over het aantal rapporten dat over een dergelijk contract moet worden ingediend.

  5. Om een behoorlijk toezicht op de concentratie van blootstellingen en systeemrisico's mogelijk te maken, is het van belang ervoor te zorgen dat volledige en accurate informatie over tussen twee tegenpartijen uitgewisselde blootstellingen en zekerheden bij transactieregisters wordt ingediend. Het is derhalve essentieel dat tegenpartijen waarderingen van derivatencontracten overeenkomstig een gemeenschappelijke methodologie rapporteren. Voorts is het minstens even belangrijk te eisen dat gestorte en ontvangen initiële en variatiemarges worden gerapporteerd.

  6. Om de bevoegde autoriteiten complete informatie over reële blootstellingen van tegenpartijen in alle klassen van derivaten te verschaffen, is het essentieel om rapportagevoorschriften met betrekking tot de details van kredietderivaten alsook tot door de tegenpartijen uitgewisselde zekerheden vast te stellen. Opdat de rapporterende partijen bovendien op de gestandaardiseerde en geharmoniseerde wijze aan hun rapportageverplichtingen kunnen voldoen, moeten de bestaande velden duidelijker worden beschreven.

  7. Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 148/2013 moet derhalve dienovereenkomstig worden gewijzigd.

  8. Het is aangewezen de rapportageverplichtingen met betrekking tot de details van de te rapporteren gegevens te wijzigen. Tegenpartijen en transactieregisters moeten daarom voldoende tijd krijgen voor het nemen van alle nodige maatregelen om aan de gewijzigde voorschriften te voldoen.

  9. Deze verordening is gebaseerd op ontwerpen van technische reguleringsnormen die de Europese Autoriteit voor effecten en markten (ESMA) bij de Commissie heeft ingediend.

  10. Overeenkomstig artikel 10 van Verordening (EU) nr. 1095/2010 van het Europees Parlement en de Raad(3) heeft ESMA openbare raadplegingen over deze ontwerpen van technische reguleringsnormen gehouden, de mogelijke daaraan verbonden kosten en baten geanalyseerd en de in artikel 37 van genoemde verordening vermelde ESMA-Stakeholdergroep effecten en markten om advies verzocht,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 148/2013 wordt als volgt gewijzigd:

  1. Artikel 1, lid 2, komt als volgt te luiden:

    „2.

    De in lid 1 bedoelde gegevens en informatie worden in één enkel rapport gerapporteerd.

    In afwijking van de eerste alinea worden de in lid 1 bedoelde gegevens en informatie in afzonderlijke rapporten gerapporteerd, indien aan de volgende voorwaarden is voldaan:

    1. het derivatencontract bestaat uit een combinatie van derivatencontracten;

    2. aan de hand van de velden in de tabellen van de bijlage is geen doeltreffende rapportage mogelijk van de gegevens en informatie van het derivatencontract als bedoeld onder a).

    De tegenpartijen bij een uit een combinatie van derivatencontracten bestaand derivatencontract worden het vóór de uiterste datum voor rapportage eens over het aantal afzonderlijke rapporten dat bij een transactieregister betreffende dat derivatencontract moet worden ingediend.

    De rapporterende tegenpartij koppelt de afzonderlijke rapporten aan elkaar met een identificatienummer dat uniek is op het niveau van de tegenpartij voor de groep van transactierapporten overeenkomstig veld 14 van tabel 2 van de bijlage.”.

  2. De artikelen 2 en 3 worden vervangen door:

    1.

    Wanneer een derivatencontract waarvan de gegevens reeds overeenkomstig artikel 9 van Verordening (EU) nr. 648/2012 zijn gerapporteerd vervolgens door een CTP wordt gecleard, wordt dat contract gerapporteerd als beëindigd door vermelding in veld 93 van tabel 2 van de bijlage van het soort maatregel „vervroegde beëindiging”, en de nieuwe contracten die uit de clearing voortvloeien worden gerapporteerd.

    2.

    Wanneer een contract op dezelfde dag op een handelsplatform wordt gesloten en gecleard, worden alleen de uit de clearing voortvloeiende contracten gerapporteerd.

    1.

    De in tabel 1 van de bijlage vereiste gegevens over de zekerheden hebben betrekking op alle gestelde en ontvangen zekerheden overeenkomstig de velden 21 tot en met 35 in tabel 1 van de bijlage.

    2.

    Wanneer een tegenpartij geen zekerheden stelt op transactiebasis rapporteren de tegenpartijen de op portefeuillebasis gestelde en ontvangen zekerheden aan een transactieregister overeenkomstig de velden 21 tot en met 35 in tabel 1 van de bijlage.

    3.

    Ingeval de met een contract samenhangende zekerheden op portefeuillebasis worden gerapporteerd, rapporteert de rapporterende tegenpartij aan het transactieregister een code die de portefeuille met betrekking tot het gerapporteerde contract identificeert overeenkomstig veld 23 in tabel 1 van de bijlage.

    4.

    Andere niet-financiële tegenpartijen dan die bedoeld in artikel 10 van Verordening (EU) nr. 648/2012 zijn niet verplicht gegevens over zekerheden of op basis van de marktwaarde of een modellenbenadering bepaalde waarderingen van de contracten als bedoeld in tabel 1 van de bijlage bij deze verordening te verstrekken.

    5.

    Voor door een CTP geclearde contracten rapporteert de tegenpartij de door een CTP geleverde waardering van het contract overeenkomstig de velden 17 tot en met 20 in tabel 1 van de bijlage.

    6.

    Voor niet door een CTP geclearde contracten rapporteert de tegenpartij, overeenkomstig de velden 17 tot en met 20 in tabel 1 van de bijlage bij deze verordening, de waardering van het contract uitgevoerd volgens de methodiek als gedefinieerd in International Financial Reporting Standard (IFRS) 13 Fair Value Measurement als vastgesteld door de Unie en vermeld in de bijlage bij Verordening (EG) nr. 1126/2008 van de Commissie(*).

  3. Het volgende artikel 3 bis wordt ingevoegd:

    1.

    Het nominale bedrag van een derivatencontract als bedoeld in veld 20 in tabel 2 van de bijlage wordt als volgt gespecificeerd:

    1. in het geval van swaps, futures en termijncontracten die in monetaire eenheden worden verhandeld, het referentiebedrag aan de hand waarvan contractuele betalingen op derivatenmarkten worden vastgesteld;

    2. in het geval van opties, berekend aan de hand van de uitoefenprijs;

    3. in het geval van financiële contracten ter verrekening van verschillen en derivatencontracten die betrekking hebben op grondstoffen, uitgedrukt in eenheden zoals per vat of per ton, het bedrag van de hoeveelheid tegen de in het contract vastgestelde prijs;

    4. in het geval van derivatencontracten waarbij het nominale bedrag wordt berekend op basis van de prijs van het onderliggend actief en deze prijs alleen beschikbaar is op het moment van de afwikkeling, de prijs aan het eind van de dag van het onderliggend actief op de datum van sluiting van het contract.

    2.

    Het initiële rapport van een derivatencontract waarvan het nominale bedrag in de tijd varieert, vermeldt het nominale bedrag dat van toepassing is op de datum van sluiting van het derivatencontract.”.

  4. Artikel 4 wordt vervangen door:

    Wijzigingen in de in transactieregisters geregistreerde gegevens worden bijgehouden in een logboek waarin het volgende wordt vermeld: de persoon of personen die om de wijziging hebben verzocht, met inbegrip van het transactieregister zelf indien toepasselijk, de reden of redenen voor de wijziging, een datum en tijdstempel, en een duidelijke beschrijving van de wijzigingen, met vermelding van onder meer de oude en de nieuwe inhoud van de gegevens in kwestie, zoals aangegeven in veld 93 in tabel 2 van de bijlage.”.

  5. De bijlage wordt vervangen door de tekst in de bijlage bij deze verordening.

„Artikel 2 Geclearde transacties

1.

Wanneer een derivatencontract waarvan de gegevens reeds overeenkomstig artikel 9 van Verordening (EU) nr. 648/2012 zijn gerapporteerd vervolgens door een CTP wordt gecleard, wordt dat contract gerapporteerd als beëindigd door vermelding in veld 93 van tabel 2 van de bijlage van het soort maatregel „vervroegde beëindiging”, en de nieuwe contracten die uit de clearing voortvloeien worden gerapporteerd.

2.

Wanneer een contract op dezelfde dag op een handelsplatform wordt gesloten en gecleard, worden alleen de uit de clearing voortvloeiende contracten gerapporteerd.

Artikel 3 Rapportage van blootstellingen

1.

De in tabel 1 van de bijlage vereiste gegevens over de zekerheden hebben betrekking op alle gestelde en ontvangen zekerheden overeenkomstig de velden 21 tot en met 35 in tabel 1 van de bijlage.

2.

Wanneer een tegenpartij geen zekerheden stelt op transactiebasis rapporteren de tegenpartijen de op portefeuillebasis gestelde en ontvangen zekerheden aan een transactieregister overeenkomstig de velden 21 tot en met 35 in tabel 1 van de bijlage.

3.

Ingeval de met een contract samenhangende zekerheden op portefeuillebasis worden gerapporteerd, rapporteert de rapporterende tegenpartij aan het transactieregister een code die de portefeuille met betrekking tot het gerapporteerde contract identificeert overeenkomstig veld 23 in tabel 1 van de bijlage.

4.

Andere niet-financiële tegenpartijen dan die bedoeld in artikel 10 van Verordening (EU) nr. 648/2012 zijn niet verplicht gegevens over zekerheden of op basis van de marktwaarde of een modellenbenadering bepaalde waarderingen van de contracten als bedoeld in tabel 1 van de bijlage bij deze verordening te verstrekken.

5.

Voor door een CTP geclearde contracten rapporteert de tegenpartij de door een CTP geleverde waardering van het contract overeenkomstig de velden 17 tot en met 20 in tabel 1 van de bijlage.

6.

Voor niet door een CTP geclearde contracten rapporteert de tegenpartij, overeenkomstig de velden 17 tot en met 20 in tabel 1 van de bijlage bij deze verordening, de waardering van het contract uitgevoerd volgens de methodiek als gedefinieerd in International Financial Reporting Standard (IFRS) 13 Fair Value Measurement als vastgesteld door de Unie en vermeld in de bijlage bij Verordening (EG) nr. 1126/2008 van de Commissie(*).

„Artikel 3 bis Nominaal bedrag

1.

Het nominale bedrag van een derivatencontract als bedoeld in veld 20 in tabel 2 van de bijlage wordt als volgt gespecificeerd:

  1. in het geval van swaps, futures en termijncontracten die in monetaire eenheden worden verhandeld, het referentiebedrag aan de hand waarvan contractuele betalingen op derivatenmarkten worden vastgesteld;

  2. in het geval van opties, berekend aan de hand van de uitoefenprijs;

  3. in het geval van financiële contracten ter verrekening van verschillen en derivatencontracten die betrekking hebben op grondstoffen, uitgedrukt in eenheden zoals per vat of per ton, het bedrag van de hoeveelheid tegen de in het contract vastgestelde prijs;

  4. in het geval van derivatencontracten waarbij het nominale bedrag wordt berekend op basis van de prijs van het onderliggend actief en deze prijs alleen beschikbaar is op het moment van de afwikkeling, de prijs aan het eind van de dag van het onderliggend actief op de datum van sluiting van het contract.

2.

Het initiële rapport van een derivatencontract waarvan het nominale bedrag in de tijd varieert, vermeldt het nominale bedrag dat van toepassing is op de datum van sluiting van het derivatencontract.”.

„Artikel 4 Rapportagelogboek

Artikel 2

BIJLAGE