Uitvoeringsverordening (EU) 2015/2447 wordt als volgt gewijzigd:
-
Artikel 68 wordt als volgt gewijzigd:
-
de laatste zin van lid 1 wordt vervangen door:
„De artikelen 80, 82, 83, 84, 86, 87, 89 en 91 van deze verordening zijn van overeenkomstige toepassing.”;
-
in de eerste zin van lid 2 worden de woorden „de artikelen 10 en 15” vervangen door de woorden „artikel 10, lid 1, en artikel 15”;
-
de leden 3 en 5 worden geschrapt;
-
de volgende nieuwe leden 6 en 7 worden ingevoegd:
„6.Wanneer de Unie in het kader van een preferentiële regeling producten van oorsprong kan vrijstellen van de verplichting om een oorsprongsdocument te verstrekken, is die vrijstelling van toepassing onder de voorwaarden van artikel 103, voor zover die voorwaarden niet in de preferentiële regeling in kwestie zijn opgenomen.
7.Wanneer de Unie in het kader van een preferentiële regeling kan afzien van de vereiste dat een oorsprongsdocument moet zijn ondertekend door de exporteur, is een dergelijke handtekening niet vereist.”.
-
-
Artikel 69 wordt vervangen door:
1.Wanneer producten van oorsprong waarop een oorsprongsdocument betrekking heeft dat eerder is afgegeven of opgesteld voor de toepassing van een preferentiële tariefmaatregel zoals bedoeld in artikel 56, lid 2, onder d), of e), van het wetboek, met uitzondering van het SAP-stelsel van de Unie, nog niet voor het vrije verkeer zijn vrijgegeven en onder toezicht van een douanekantoor in de Unie zijn geplaatst, kan het oorspronkelijke oorsprongsdocument door een of meer vervangende oorsprongsdocumenten worden vervangen om alle of een deel van deze producten naar een andere plaats in de Unie te zenden.
2.Het in lid 1 bedoelde vervangende oorsprongsdocument mag in dezelfde vorm als het oorspronkelijke oorsprongsdocument of in de vorm van een vervangend attest van oorsprong dat mutatis mutandis is opgesteld overeenkomstig artikel 101 en bijlage 22-20, worden afgegeven of opgesteld door een van de volgende personen:
-
een toegelaten of in de Unie geregistreerde exporteur die de goederen wederverzendt;
-
een wederverzender van de goederen in de Unie wanneer de totale waarde van de producten van oorsprong in de op te splitsen oorspronkelijke zending niet hoger is dan de toepasselijke drempelwaarde;
-
een wederverzender van de goederen in de Unie wanneer de totale waarde van de producten van oorsprong in de op te splitsen oorspronkelijke zending hoger is dan de toepasselijke drempelwaarde, en de wederverzender een kopie van het oorspronkelijke oorsprongsdocument bij het vervangende oorsprongsdocument voegt.
Wanneer de vervanging van het oorspronkelijke oorsprongsdocument niet mogelijk is overeenkomstig de eerste alinea, mag het in lid 1 bedoelde vervangende oorsprongsdocument door het douanekantoor waar de goederen onder toezicht zijn geplaatst, worden afgegeven in de vorm van een certificaat inzake goederenverkeer EUR.1.
3.Wanneer het vervangende oorsprongsdocument een certificaat inzake goederenverkeer EUR.1. is, wordt de vermelding van het douanekantoor dat het vervangend certificaat inzake goederenverkeer EUR.1 afgeeft, in vak 11 van het certificaat geplaatst. De vermeldingen in vak 4 van het certificaat betreffende het land van oorsprong zijn identiek aan de vermeldingen in het oorspronkelijke oorsprongsdocument. De wederverzender plaatst zijn handtekening in vak 12. Wanneer de wederverzender in vak 12 te goeder trouw zijn handtekening heeft geplaatst, is hij niet verantwoordelijk voor de juistheid van de op het oorspronkelijke oorsprongsdocument aangebrachte vermeldingen.
Het douanekantoor dat wordt verzocht het vervangend certificaat inzake goederenverkeer EUR.1 af te geven, vermeldt op het oorspronkelijke oorsprongsdocument of op een bijlage daarbij het gewicht, het aantal, de aard van de wederverzonden producten en het land van bestemming, evenals het nummer (de nummers) van het overeenkomstige vervangingscertificaat of de overeenkomstige vervangingscertificaten. Dit douanekantoor bewaart het oorspronkelijke oorsprongsdocument ten minste drie jaar.”.
-
-
Het volgende artikel 69 bis wordt ingevoegd:
1.Wanneer niet-Uniegoederen van preferentiële oorsprong in het kader van een preferentiële regeling tussen de Unie en derde landen onder de regeling actieve veredeling worden geplaatst, worden de daaruit verkregen veredelingsproducten wanneer ze in het vrije verkeer worden gebracht, geacht dezelfde preferentiële oorsprong te hebben als die goederen.
2.Lid 1 is niet van toepassing in de volgende gevallen:
-
de veredeling betreft ook andere dan de in lid 1 bedoelde niet-Uniegoederen, met inbegrip van goederen van preferentiële oorsprong in het kader van een andere preferentiële regeling;
-
de veredelingsproducten zijn verkregen uit equivalente goederen als bedoeld in artikel 223 van het wetboek;
-
de douaneautoriteiten hebben toestemming gegeven voor de tijdelijke wederuitvoer van de goederen voor verdere veredeling overeenkomstig artikel 258 van het wetboek.
3.Wanneer lid 1 van toepassing is, wordt een oorsprongsdocument dat onder de regeling actieve veredeling is afgegeven of opgesteld, geacht een oorsprongsdocument te zijn dat voor de veredelingsproducten is afgegeven of opgesteld.”.
-
-
Lid 2 van artikel 80 wordt vervangen door:
„2.De bevoegde autoriteiten van de begunstigde landen kennen na ontvangst van het ingevulde aanvraagformulier als bedoeld in bijlage 22-06 het nummer van geregistreerd exporteur onverwijld toe aan de exporteur en voeren het nummer van geregistreerd exporteur, de registratiegegevens en de begindatum van geldigheid van de registratie overeenkomstig artikel 86, lid 4, in het REX-systeem in.
De douaneautoriteiten van de lidstaten kennen na ontvangst van het ingevulde aanvraagformulier als bedoeld in bijlage 22-06A het nummer van geregistreerd exporteur onverwijld aan de exporteur of, in voorkomend geval, aan de wederverzender van goederen toe en voeren het nummer van geregistreerd exporteur, de registratiegegevens en de begindatum van geldigheid van de registratie geldig is, overeenkomstig artikel 86, lid 4, in het REX-systeem in.
De bevoegde autoriteiten van een begunstigd land of de douaneautoriteiten van een lidstaat stellen de exporteur of, in voorkomend geval, de wederverzender van goederen, in kennis van het nummer van geregistreerd exporteur dat aan deze exporteur of wederverzender van goederen is toegekend, en van de begindatum geldigheid van de registratie.”.
-
Artikel 82 wordt als volgt gewijzigd:
-
lid 7 wordt vervangen door:
„7.De Commissie stelt met toestemming van de exporteur, die dit aangeeft door vak 6 in het formulier in bijlage 22-06 dan wel bijlage 22-06A, te ondertekenen, de volgende gegevens beschikbaar aan het publiek:
-
de naam van de geregistreerde exporteur zoals vermeld in vak 1 van het formulier in bijlage 22-06 dan wel bijlage 22-06A;
-
het adres van de plaats waar de geregistreerde exporteur is gevestigd zoals vermeld in vak 1 van het formulier in bijlage 22-06 dan wel bijlage 22-06A;
-
de contactgegevens zoals vermeld in vak 1 en vak 2 van het formulier in bijlage 22-06 dan wel bijlage 22-06A;
-
een indicatieve beschrijving van de goederen die in aanmerking komen voor preferentiële behandeling, inclusief een indicatieve lijst van posten of hoofdstukken van het geharmoniseerde systeem, zoals vermeld in vak 4 van het formulier in bijlage 22-06 dan wel bijlage 22-06A;
-
het EORI-nummer van de geregistreerde exporteur zoals vermeld in vak 1 van het formulier in bijlage 22-06A, of het TIN-nummer (identificatienummer handelaar) van de geregistreerde exporteur als vermeld in vak 1 van het formulier in bijlage 22-06;
-
of de geregistreerde exporteur een handelaar of een producent is zoals vermeld in vak 3 van het formulier in bijlage 22-06 dan wel bijlage 22-06A.
De weigering om vak 6 te ondertekenen, is geen reden de registratie van de exporteur te weigeren.”;
-
-
in lid 8 wordt na punt a) het volgende punt b) ingevoegd en worden de huidige punten b) tot en met e) dienovereenkomstig hernummerd:
de datum van registratie van de geregistreerde exporteur;”.
-
-
Artikel 83 wordt als volgt gewijzigd:
-
in lid 2 worden na de woorden „bijlage 22-06” de woorden „dan wel bijlage 22-06A” toegevoegd;
-
in lid 4 worden na de woorden „bijlage 22-06” de woorden „dan wel bijlage 22-06A” toegevoegd.
-
-
In artikel 86, lid 2, worden de woorden „bijlage 22-06” vervangen door de woorden „bijlage 22-06A”.
-
Artikel 92 wordt als volgt gewijzigd:
-
in lid 3 wordt de volgende alinea toegevoegd:
„De exporteur is niet verplicht het attest van oorsprong te ondertekenen.”;
-
lid 4 wordt vervangen door:
„4.De leden 1, 2, en 3 zijn van overeenkomstige toepassing op:
-
attesten van oorsprong die in de Unie zijn opgesteld in het kader van bilaterale cumulatie als bedoeld in artikel 53 van Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/2446;
-
attesten van oorsprong van goederen die zijn uitgevoerd naar een begunstigd land van de SAP-stelsels van Noorwegen, Zwitserland of Turkije in het kader van cumulatie met materialen van oorsprong uit de Unie.”.
-
-
-
Bijlage 22-06 wordt vervangen door bijlage I bij deze verordening.
-
Na bijlage 22-06 wordt een nieuwe bijlage 22-06A ingevoegd in bijlage II bij deze verordening.
-
In bijlage 22-07 wordt voetnoot 5 vervangen door:
Aanduiding van het land van oorsprong van de producten. Wanneer het attest van oorsprong betrekking heeft op producten van oorsprong uit de Unie, moet de exporteur de oorsprong aangeven met het teken „EU”. Wanneer het attest van oorsprong geheel of gedeeltelijk betrekking heeft op producten van oorsprong uit Ceuta en Melilla als bedoeld in artikel 112 van Uitvoeringsverordening (EU) 2015/2447, moet de exporteur de oorsprong duidelijk aangeven met het teken „CM”.”.