Home

Gedelegeerd Besluit (EU) 2019/970 van de Commissie van 22 februari 2019 betreffende het instrument waarmee aanvragers de stand van zaken betreffende hun aanvraag en de geldigheidsduur en de status van hun reisautorisaties kunnen nagaan overeenkomstig artikel 31 van Verordening (EU) 2018/1240 van het Europees Parlement en de Raad (Voor de EER relevante tekst)

Gedelegeerd Besluit (EU) 2019/970 van de Commissie van 22 februari 2019 betreffende het instrument waarmee aanvragers de stand van zaken betreffende hun aanvraag en de geldigheidsduur en de status van hun reisautorisaties kunnen nagaan overeenkomstig artikel 31 van Verordening (EU) 2018/1240 van het Europees Parlement en de Raad (Voor de EER relevante tekst)

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EU) 2018/1240 van het Europees Parlement en de Raad van 12 september 2018 tot oprichting van een Europees reisinformatie en -autorisatiesysteem (Etias) en tot wijziging van de Verordeningen (EU) nr. 1077/2011, (EU) nr. 515/2014, (EU) 2016/399, (EU) 2016/1624 en (EU) 2017/2226(1), en met name artikel 31,

Overwegende hetgeen volgt:

  1. Bij Verordening (EU) 2018/1240 is voor onderdanen van derde landen die zijn vrijgesteld van de verplichting om in het bezit te zijn van een visum wanneer zij de buitengrenzen overschrijden, een Europees reisinformatie en -autorisatiesysteem (Etias) opgericht. Bij die verordening werden de voorwaarden en procedures voor het verlenen of weigeren van een reisautorisatie vastgesteld.

  2. Aanvragers van een Etias-reisautorisatie, houders van een reisautorisatie, personen wier Etias-reisautorisatie is geweigerd, ingetrokken of nietig verklaard, alsmede personen wier Etias-reisautorisatie is verstreken en die toestemming hebben verleend voor het bewaren van hun gegevens overeenkomstig artikel 54, lid 2, van Verordening (EU) 2018/1240, hierna "aanvragers" genoemd, moeten in staat worden gesteld de stand van zaken betreffende hun aanvraag en de geldigheidsduur en de status van hun reisautorisaties na te gaan.

  3. Bij dit besluit moeten de voorwaarden worden vastgesteld voor de wijze waarop aanvragers met een speciaal instrument de stand van zaken van hun aanvraag en de geldigheidsduur en de status van hun reisautorisaties kunnen nagaan.

  4. Dit verificatie-instrument dient toegankelijk te zijn via een speciale openbare website, een app voor mobiele apparaten en via een beveiligde koppeling. Deze koppeling naar het verificatie-instrument moet via e-mail aan de aanvrager ter beschikking worden gesteld wanneer deze in kennis wordt gesteld van de aanvaarding van de indiening van een aanvraag of van de afgifte, intrekking of nietigverklaring van een reisautorisatie overeenkomstig artikel 19, lid 5, artikel 38, lid 1, onder a), artikel 42, onder a), en artikel 44, lid 6, onder a), van Verordening (EU) 2018/1240.

  5. Met het verificatie-instrument moet het mogelijk zijn de identiteit van de aanvrager te bevestigen. Derhalve moeten authenticatievereisten voor de toegang tot het verificatie-instrument worden vastgesteld. Aanvragers moeten gegevens indienen om zichzelf te authenticeren. Ook moet de output van het verificatie-instrument waarmee de aanvrager de stand van zaken betreffende zijn aanvraag en de geldigheidsduur en de status van zijn reisautorisaties kan nagaan, worden bepaald.

  6. De communicatiekanalen tussen het verificatie-instrument en het centrale Etias-systeem moeten worden vastgesteld. Voorts moeten het berichtformaat, de normen en protocollen, alsook de veiligheidseisen worden bepaald.

  7. Overeenkomstig de artikelen 1 en 2 van het Protocol (nr. 22) betreffende de positie van Denemarken, gehecht aan het Verdrag betreffende de Europese Unie en het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, heeft Denemarken niet deelgenomen aan de vaststelling van Verordening (EU) 2017/2226 van het Europees Parlement en de Raad(2) en is deze niet bindend voor, noch van toepassing op deze lidstaat. Omdat Verordening (EU) 2018/1240 echter voortbouwt op het Schengenacquis, heeft Denemarken op 21 december 2018 overeenkomstig artikel 4 van dat protocol zijn besluit meegedeeld dat het Verordening (EU) 2018/1240 in zijn nationale wetgeving zal omzetten.

  8. Dit besluit houdt een ontwikkeling in van de bepalingen van het Schengenacquis waaraan het Verenigd Koninkrijk niet deelneemt, overeenkomstig Besluit 2000/365/EG van de Raad(3); het Verenigd Koninkrijk neemt derhalve niet deel aan de vaststelling van dit besluit en dit is niet bindend voor, noch van toepassing op deze lidstaat.

  9. Dit besluit houdt een ontwikkeling in van de bepalingen van het Schengenacquis waaraan Ierland niet deelneemt, overeenkomstig Besluit 2002/192/EG van de Raad(4); Ierland neemt derhalve niet deel aan de vaststelling van dit besluit en dit is niet bindend voor, noch van toepassing op deze lidstaat.

  10. Wat IJsland en Noorwegen betreft, houdt dit besluit een ontwikkeling in van de bepalingen van het Schengenacquis in de zin van de Overeenkomst tussen de Raad van de Europese Unie en de Republiek IJsland en het Koninkrijk Noorwegen inzake de wijze waarop IJsland en Noorwegen worden betrokken bij de uitvoering, de toepassing en de ontwikkeling van het Schengenacquis(5) die vallen onder het gebied bedoeld in artikel 1, onder A, van Besluit 1999/437/EG van de Raad(6).

  11. Wat Zwitserland betreft, houdt dit besluit een ontwikkeling in van de bepalingen van het Schengenacquis in de zin van de Overeenkomst tussen de Europese Unie, de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de wijze waarop Zwitserland wordt betrokken bij de uitvoering, de toepassing en de ontwikkeling van het Schengenacquis(7) die vallen onder het gebied bedoeld in artikel 1, onder A, van Besluit 1999/437/EG, in samenhang met artikel 3 van Besluit 2008/146/EG van de Raad(8).

  12. Wat Liechtenstein betreft, houdt dit besluit een ontwikkeling in van de bepalingen van het Schengenacquis in de zin van het Protocol tussen de Europese Unie, de Europese Gemeenschap, de Zwitserse Bondsstaat en het Vorstendom Liechtenstein betreffende de toetreding van het Vorstendom Liechtenstein tot de Overeenkomst tussen de Europese Unie, de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de wijze waarop Zwitserland wordt betrokken bij de uitvoering, de toepassing en de ontwikkeling van het Schengenacquis(9) die vallen onder het gebied bedoeld in artikel 1, onder A, van Besluit 1999/437/EG, in samenhang met artikel 3 van Besluit 2011/350/EU van de Raad(10).

  13. De Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming is op 28 januari 2019 geraadpleegd en heeft op 8 februari 2019 een advies uitgebracht,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1 Toegang tot het verificatie-instrument

1.

Aanvragers van een Etias-reisautorisatie, houders van een reisautorisatie, personen wier Etias-reisautorisatie is geweigerd, ingetrokken of nietig verklaard, alsmede personen wier Etias-reisautorisatie is verstreken en die toestemming hebben verleend voor het bewaren van hun gegevens overeenkomstig artikel 54, lid 2, van Verordening (EU) 2018/1240, hierna "aanvragers" genoemd, krijgen toegang tot het verificatie-instrument.

2.

Het verificatie-instrument is toegankelijk via:

  1. de speciale openbare website, en

  2. de app voor mobiele apparatuur, bedoeld in artikel 16 van Verordening (EU) 2018/1240;

  3. een koppeling verstrekt via de in artikel 6, lid 2, onder f), van Verordening (EU) 2018/1240 bedoelde e-maildienst van Etias. Deze koppeling wordt aan de aanvrager toegezonden wanneer deze in kennis wordt gesteld van de aanvaarding van de indiening van een aanvraag of van de afgifte, intrekking of nietigverklaring van een reisautorisatie overeenkomstig artikel 19, lid 5, artikel 38, lid 1, onder a), artikel 42, onder a), en artikel 44, lid 6, onder a), van Verordening (EU) 2018/1240.

Artikel 2 Tweefactorauthenticatie voor toegang tot het verificatie-instrument

1.

Om een verbinding te maken met het verificatie-instrument wordt gebruikgemaakt van tweefactorauthenticatie.

2.

De eerste authenticatie bestaat uit het invoeren van de volgende gegevens:

  1. nummer van het reisdocument;

  2. land van afgifte van het reisdocument, te selecteren uit een vooraf bepaalde lijst;

  3. e-mailadres.

3.

De aanvragers dienen de gegevens in die zij ook hebben verstrekt in hun aanvraagformulier.

4.

De tweede authenticatie bestaat uit het invoeren van een unieke code in het verificatie-instrument ter bevestiging van de authenticatie.

5.

Bij de indiening van de informatie bedoeld in lid 2 wordt automatisch de unieke code gegenereerd en aan de aanvrager toegezonden door middel van de e-maildienst bedoeld in artikel 6, lid 2, onder f), van Verordening (EU) 2018/1240.

6.

De unieke code verstrijkt na een korte periode. Bij verzending van een nieuwe unieke code worden de unieke codes die eerder aan dezelfde aanvrager zijn verzonden, ongeldig.

7.

De unieke code wordt verzonden naar het e-mailadres dat is opgegeven in de ingediende aanvraag.

8.

De unieke code is slechts eenmaal bruikbaar.

Artikel 3 Output van het verificatie-instrument

1.

Nadat de authenticatie voor de toegang tot het instrument is verricht, wordt de aanvrager de status van de aan het nummer van zijn reisdocument gekoppelde aanvragen of reisautorisaties getoond.

2.

Het verificatie-instrument verstrekt voor elke aan het nummer van het reisdocument gekoppelde aanvraag of reisautorisatie een van de volgende statuscategorieën:

  1. "ingediend";

  2. "geldig";

  3. "geweigerd";

  4. "nietig verklaard";

  5. "ingetrokken";

  6. "verstreken".

3.

Voor alle geldige reisautorisaties geeft het verificatie-instrument de einddatum van de geldigheidsduur van de reisautorisatie weer.

4.

Indien er sprake is van een beperkte territoriale geldigheid, wordt de aanvrager ingelicht over de lidstaat of lidstaten waarvoor de reisautorisatie geldig is. De desbetreffende informatie wordt in het verificatie-instrument op een opvallende plaats getoond.

5.

In het verificatie-instrument wordt er door middel van een waarschuwing op gewezen dat een geldige reisautorisatie niet automatisch recht geeft op binnenkomst of verblijf, zoals bepaald in artikel 36, lid 6, van Verordening (EU) 2018/1240. Met deze waarschuwing wordt de aanvrager er ook toe opgeroepen de webdienst van het inreis-uitreissysteem (EES) bedoeld in artikel 13 van Verordening (EU) 2017/2226, die duidelijk wordt aangegeven, te raadplegen voor meer informatie over de geldigheidsperiode voor inreis en verblijf.

Artikel 4 Vereisten inzake gegevensextractie

1.

Het verificatie-instrument maakt gebruik van een afzonderlijke alleen uitleesbare database die binnen enkele minuten wordt geactualiseerd door extractie in één richting van de minimale subreeks van in Etias opgeslagen gegevens die voor de uitvoering van de artikelen 2 en 3 van onderhavig besluit noodzakelijk is.

2.

eu-LISA is verantwoordelijk voor de beveiliging van het verificatie-instrument, voor de beveiliging van de persoonsgegevens die dat instrument bevat en voor de extractie van de persoonsgegevens en de invoer ervan in de afzonderlijke alleen uitleesbare database.

Artikel 5 Berichtformaat, normen en protocollen

Artikel 6 Specifieke overwegingen inzake beveiliging

Artikel 7 Logbestanden

Artikel 8