Home

Gedelegeerd Besluit (EU) 2019/971 van de Commissie van 26 februari 2019 betreffende de vaststelling van de vereisten van de beveiligdeaccountdienst, overeenkomstig artikel 6, lid 4, van Verordening (EU) 2018/1240 van het Europees Parlement en de Raad, waarmee aanvragers vereiste aanvullende informatie of documentatie kunnen verstrekken (Voor de EER relevante tekst)

Gedelegeerd Besluit (EU) 2019/971 van de Commissie van 26 februari 2019 betreffende de vaststelling van de vereisten van de beveiligdeaccountdienst, overeenkomstig artikel 6, lid 4, van Verordening (EU) 2018/1240 van het Europees Parlement en de Raad, waarmee aanvragers vereiste aanvullende informatie of documentatie kunnen verstrekken (Voor de EER relevante tekst)

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EU) 2018/1240 van het Europees Parlement en de Raad van 12 september 2018 tot oprichting van een Europees reisinformatie en -autorisatiesysteem (Etias) en tot wijziging van de Verordeningen (EU) nr. 1077/2011, (EU) nr. 515/2014, (EU) 2016/399, (EU) 2016/1624 en (EU) 2017/2226(1), en met name artikel 6, lid 4,

Overwegende hetgeen volgt:

  1. Bij Verordening (EU) 2018/1240 is voor onderdanen van derde landen die zijn vrijgesteld van de verplichting om in het bezit te zijn van een visum wanneer zij de buitengrenzen overschrijden, een Europees reisinformatie en -autorisatiesysteem (Etias) opgericht. Bij die verordening werden de voorwaarden en procedures voor het verlenen of weigeren van een reisautorisatie vastgesteld.

  2. De nationale Etias-eenheden die Etias-aanvragen handmatig verwerken, kunnen aanvragers verzoeken om aanvullende informatie of documentatie te verstrekken. Bij dit besluit moeten de voorwaarden worden vastgesteld voor de wijze waarop aanvragers die aanvullende documenten of informatie met een speciaal instrument kunnen verstrekken.

  3. De beveiligdeaccountdienst dient toegankelijk te zijn via een speciale openbare website en een app voor mobiele apparaten en via een beveiligde koppeling.

  4. De beveiligdeaccountdienst dient het mogelijk te maken de identiteit van de aanvrager te bevestigen en te zorgen voor beveiligde toegang tot het instrument. Derhalve moeten de authenticatievereisten worden vastgesteld, waaronder de verstrekking van een unieke code aan de aanvrager.

  5. Ook moet de procedure voor de indiening van aanvullende informatie of documentatie worden vastgesteld en moet de output van de beveiligdeaccountdienst worden bepaald.

  6. Aanvragers moeten te allen tijde aanvullende informatie of documentatie kunnen indienen, binnen de overeenkomstig artikel 27, lid 2, of artikel 44, lid 3, toegewezen termijn na de datum van ontvangst van het verzoek om aanvullende informatie of documentatie. Aanvragers moeten binnen die termijn hun werk kunnen opslaan en hervatten. Na het verstrijken van de termijn dienen aanvragers geen toegang meer te hebben tot de beveiligdeaccountdienst.

  7. De communicatiekanalen tussen de beveiligdeaccountdienst en het centrale Etias-systeem moeten worden vastgesteld. Voorts moeten het berichtformaat, de normen en protocollen, alsook de veiligheidseisen worden bepaald.

  8. Overeenkomstig de artikelen 1 en 2 van het Protocol (nr. 22) betreffende de positie van Denemarken, gehecht aan het Verdrag betreffende de Europese Unie en het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, heeft Denemarken niet deelgenomen aan de vaststelling van Verordening (EU) 2017/2226 en is deze niet bindend voor, noch van toepassing op deze lidstaat. Omdat Verordening (EU) 2018/1240 echter voortbouwt op het Schengenacquis, heeft Denemarken op 21 december 2018 overeenkomstig artikel 4 van dat protocol zijn besluit meegedeeld dat het Verordening (EU) 2018/1240 in zijn nationale wetgeving zal omzetten.

  9. Dit besluit houdt een ontwikkeling in van de bepalingen van het Schengenacquis waaraan het Verenigd Koninkrijk niet deelneemt, overeenkomstig Besluit 2000/365/EG van de Raad(2); het Verenigd Koninkrijk neemt derhalve niet deel aan de vaststelling van dit besluit en dit is niet bindend voor, noch van toepassing op deze lidstaat.

  10. Dit besluit houdt een ontwikkeling in van de bepalingen van het Schengenacquis waaraan Ierland niet deelneemt, overeenkomstig Besluit 2002/192/EG van de Raad(3); Ierland neemt derhalve niet deel aan de vaststelling van dit besluit en dit is niet bindend voor, noch van toepassing op deze lidstaat.

  11. Wat IJsland en Noorwegen betreft, houdt dit besluit een ontwikkeling in van de bepalingen van het Schengenacquis in de zin van de Overeenkomst tussen de Raad van de Europese Unie en de Republiek IJsland en het Koninkrijk Noorwegen inzake de wijze waarop IJsland en Noorwegen worden betrokken bij de uitvoering, de toepassing en de ontwikkeling van het Schengenacquis(4) die vallen onder het gebied bedoeld in artikel 1, onder A, van Besluit 1999/437/EG van de Raad(5).

  12. Wat Zwitserland betreft, houdt dit besluit een ontwikkeling in van de bepalingen van het Schengenacquis in de zin van de Overeenkomst tussen de Europese Unie, de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de wijze waarop Zwitserland wordt betrokken bij de uitvoering, de toepassing en de ontwikkeling van het Schengenacquis(6) die vallen onder het gebied bedoeld in artikel 1, onder A, van Besluit 1999/437/EG, in samenhang met artikel 3 van Besluit 2008/146/EG van de Raad(7).

  13. Wat Liechtenstein betreft, houdt dit besluit een ontwikkeling in van de bepalingen van het Schengenacquis in de zin van het Protocol tussen de Europese Unie, de Europese Gemeenschap, de Zwitserse Bondsstaat en het Vorstendom Liechtenstein betreffende de toetreding van het Vorstendom Liechtenstein tot de Overeenkomst tussen de Europese Unie, de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de wijze waarop Zwitserland wordt betrokken bij de uitvoering, de toepassing en de ontwikkeling van het Schengenacquis(8) die vallen onder het gebied bedoeld in artikel 1, onder A, van Besluit 1999/437/EG, in samenhang met artikel 3 van Besluit 2011/350/EU van de Raad(9).

  14. De Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming is op 28 januari 2019 geraadpleegd en heeft op 8 februari 2019 een advies uitgebracht,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1 Toegang tot de beveiligdeaccountdienst

1.

De beveiligdeaccountdienst is toegankelijk via:

  1. de speciale openbare website bedoeld in artikel 16 van Verordening (EU) 2018/1240;

  2. de app voor mobiele apparatuur bedoeld in artikel 16 van Verordening (EU) 2018/1240;

  3. een koppeling verstrekt via de in artikel 6, lid 2, onder f), van Verordening (EU) 2018/1240 bedoelde e-maildienst van Etias.

2.

De beveiligdeaccountdienst is toegankelijk totdat:

  1. de aanvrager heeft bevestigd dat de indiening van aanvullende informatie of documentatie definitief is, of

  2. de termijn bedoeld in artikel 27, lid 2, van Verordening (EU) 2018/1240 is verstreken, of

  3. de krachtens artikel 44 van Verordening (EU) 2018/1240 door de nationale Etias-eenheid vastgestelde duur is verstreken.

Artikel 2 Tweefactorauthenticatie voor toegang tot de beveiligdeaccountdienst

1.

Om een verbinding te maken met de beveiligdeaccountdienst wordt gebruikgemaakt van tweefactorauthenticatie.

2.

De eerste authenticatie bestaat uit het invoeren van de volgende gegevens:

  1. nummer van de aanvraag;

  2. nummer van het reisdocument.

3.

Als de aanvrager zijn aanvraagnummer niet opgeeft, bestaat de eerste authenticatie uit het invoeren van de volgende gegevens:

  1. nummer van het reisdocument;

  2. land van afgifte van het reisdocument, te selecteren uit een vooraf bepaalde lijst;

  3. datum van afgifte en uiterste geldigheidsdatum van het reisdocument, en

  4. de voornamen van beide ouders.

4.

Het aanvraagnummer is het nummer dat aan aanvragers is verstrekt via de e-maildienst van Etias bij de indiening van hun aanvraag. De in lid 2 of lid 3 bedoelde overige gegevens die de aanvragers indienen, zijn de gegevens die de aanvragers ook hebben verstrekt bij de indiening van in hun aanvraag.

5.

De tweede authenticatie bestaat uit het invoeren van een unieke code in de beveiligdeaccountdienst ter bevestiging van de authenticatie.

6.

Bij de indiening van de informatie bedoeld in lid 2 of lid 3 wordt automatisch de in lid 4 bedoelde unieke code gegenereerd en aan de aanvrager toegezonden door middel van de e-maildienst bedoeld in artikel 6, lid 2, onder f), van Verordening (EU) 2018/1240.

7.

De unieke code wordt verzonden naar het e-mailadres dat is opgegeven in de ingediende aanvraag.

8.

De unieke code verstrijkt na een korte periode. Bij verzending van een nieuwe unieke code worden de unieke codes die eerder aan dezelfde aanvrager zijn verzonden, ongeldig.

9.

De unieke code is slechts eenmaal bruikbaar.

Artikel 3 Indiening van aanvullende informatie of documentatie bij de beveiligdeaccountdienst

1.

Voor de toepassing van artikel 27 van Verordening (EU) 2018/1240 verstrekken Etias-aanvragers aanvullende informatie of documentatie in een van de volgende formaten:

  1. Portable Document Format (PDF);

  2. Joint Photographic Experts Group (JPEG), of

  3. Portable Network Graphics (PNG).

2.

Uiteindelijk kunnen op de beveiligdeaccountdienst maximaal 20 bestanden worden geüpload en mag in totaal niet meer dan 50 MB worden ingediend.

3.

Binnen de toegewezen termijn bedoeld in artikel 27, lid 2, van Verordening (EU) 2018/1240 of de termijn die is bepaald door de nationale Etias-eenheid bij toepassing van artikel 44 van die verordening, kunnen aanvragers de aanvullende informatie of documentatie die zij willen indienen, opslaan en uitwerken in de beveiligdeaccountdienst. De beveiligdeaccountdienst biedt aanvragers de mogelijkheid om duidelijk aan te geven of de indiening al dan niet definitief is. De beveiligdeaccountdienst biedt aanvragers de mogelijkheid om te controleren of alle documenten correct zijn geüpload alvorens de indiening te bevestigen.

4.

Aanvragers mogen documenten die zijn geüpload vóór de definitieve indiening, wissen binnen de toegewezen termijn bedoeld in artikel 27, lid 2, van Verordening (EU) 2018/1240, of de termijn die is bepaald door de nationale Etias-eenheid bij toepassing van artikel 44 van die verordening.

5.

Aanvragers wordt verzocht om hun indiening te bevestigen door het betrokken vakje in de beveiligdeaccountdienst aan te vinken.

Artikel 4 Input van de beveiligdeaccountdienst

1.

Bij de definitieve indiening van de aanvullende informatie en/of documentatie:

  1. is een alleen uitleesbare versie van de ingediende aanvullende informatie en/of documentatie beschikbaar, met de vermelding "ingediend";

  2. ontvangt de aanvrager via de e-maildienst van Etias een e-mailbericht om te bevestigen dat aanvullende informatie en/of documentatie is ingediend, met inbegrip van de aanduidingen en formaten van de geüploade documenten, het datumstempel van de definitieve indiening en een alfanumeriek identificatiekenmerk met vaste lengte (hashwaarde) voor de ingediende bestanden.

2.

Na de indiening van de aanvullende informatie en/of documentatie hebben aanvragers geen toegang meer tot de beveiligdeaccountdienst.

3.

De beveiligdeaccountdienst bevat een ingebouwde technische oplossing die mede waarborgt dat elk document dat in het aanvraagdossier wordt opgeslagen, hetzelfde document is als de aanvrager via de beveiligdeaccountdienst heeft geüpload.

Artikel 5 Communicatie tussen de beveiligdeaccountdienst en het centrale Etias-systeem

Artikel 6 Berichtformaat, normen en protocollen

Artikel 7 Specifieke overwegingen inzake beveiliging

Artikel 8 Logbestanden

Artikel 9