Deel 2 van bijlage II bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 577/2013 wordt vervangen door de tekst in de bijlage bij deze verordening.
Uitvoeringsverordening (EU) 2020/2016 van de Commissie van 9 december 2020 tot wijziging van bijlage II bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 577/2013 wat betreft de gegevens voor het Verenigd Koninkrijk, Guernsey, Man en Jersey (Voor de EER relevante tekst)
Uitvoeringsverordening (EU) 2020/2016 van de Commissie van 9 december 2020 tot wijziging van bijlage II bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 577/2013 wat betreft de gegevens voor het Verenigd Koninkrijk, Guernsey, Man en Jersey (Voor de EER relevante tekst)
DE EUROPESE COMMISSIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,
Gezien Verordening (EU) nr. 576/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 12 juni 2013 betreffende het niet-commerciële verkeer van gezelschapsdieren en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 998/2003(1), en met name artikel 13, lid 2,
Overwegende hetgeen volgt:
Bij Verordening (EU) nr. 576/2013 zijn de veterinairrechtelijke voorschriften vastgesteld voor het niet-commerciële verkeer van gezelschapsdieren naar een lidstaat. In artikel 13 van die verordening is met name bepaald dat de Commissie twee lijsten opstelt van gebieden en derde landen waaruit de in deel A van bijlage I bij die verordening vermelde gezelschapsdieren, namelijk honden, katten en fretten, voor niet-commerciële doeleinden naar een lidstaat mogen worden vervoerd.
De voorwaarden voor het niet-commerciële verkeer van gezelschapsdieren naar een lidstaat verschillen naargelang van de situatie in het gebied of derde land van oorsprong. Rekening houdend met hun bijzondere situatie kunnen derde landen of gebieden op de lijst worden geplaatst overeenkomstig artikel 13, lid 1 of lid 2, van Verordening (EU) nr. 576/2013.
Deel 2 van bijlage II bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 577/2013 van de Commissie(2) bevat de lijst van gebieden en derde landen als bedoeld in artikel 13, lid 2, van Verordening (EU) nr. 576/2013.
Het Verenigd Koninkrijk heeft, gezien het feit dat de overgangsperiode waarin is voorzien in het Akkoord inzake de terugtrekking van het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland uit de Europese Unie en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie (het terugtrekkingsakkoord) op 31 december 2020 afloopt, bij de Commissie een aanvraag ingediend om samen met de van de Kroon afhankelijke gebieden Guernsey, Man en Jersey te worden opgenomen in bijlage II bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 577/2013. De Commissie heeft die aanvraag beoordeeld en heeft geverifieerd dat, voor zover het de in deel A van bijlage I bij Verordening (EU) nr. 576/2013 vermelde gezelschapsdieren betreft, het Verenigd Koninkrijk en de van de Kroon afhankelijke gebieden Guernsey, Man en Jersey voldoen aan de criteria van artikel 13, lid 2, van Verordening (EU) nr. 576/2013 en bijgevolg moeten worden opgenomen in de lijst in deel 2 van bijlage II bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 577/2013, onverminderd de toepassing van het recht van de Unie op en in het Verenigd Koninkrijk met betrekking tot Noord-Ierland overeenkomstig artikel 5, lid 4, van het Protocol inzake Ierland/Noord-Ierland bij het terugtrekkingsakkoord in samenhang met bijlage 2 bij dat protocol.
Deel 2 van bijlage II bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 577/2013 moet daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd.
Aangezien de in het terugtrekkingsakkoord vastgestelde overgangsperiode op 31 december 2020 afloopt, moet deze verordening van toepassing zijn met ingang van 1 januari 2021.
De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor planten, dieren, levensmiddelen en diervoeders,
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
Artikel 2
Deze verordening treedt in werking op de derde dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Zij is van toepassing met ingang van 1 januari 2021.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 9 december 2020.
Voor de Commissie
De voorzitter
Ursula von der Leyen
BIJLAGE
“DEEL 2
Lijst van gebieden en derde landen zoals bedoeld in artikel 13, lid 2, van Verordening (EU) nr. 576/2013
ISO-code
Gebied of derde land
Opgenomen gebieden
AC
Ascension
AE
Verenigde Arabische Emiraten
AG
Antigua en Barbuda
AR
Argentinië
AU
Australië
AW
Aruba
BA
Bosnië en Herzegovina
BB
Barbados
BH
Bahrein
BM
Bermuda
BQ
Bonaire, Sint-Eustatius en Saba (de BES-eilanden)
BY
Belarus
CA
Canada
CL
Chili
CW
Curaçao
FJ
Fiji
FK
Falklandeilanden
GB
Groot-Britannië(*)
GG
Guernsey
HK
Hongkong
IM
Man
JM
Jamaica
JP
Japan
JE
Jersey
KN
Saint Kitts en Nevis
KY
Kaaimaneilanden
LC
Saint Lucia
MS
Montserrat
MK
Noord-Macedonië
MU
Mauritius
MX
Mexico
MY
Maleisië
NC
Nieuw-Caledonië
NZ
Nieuw-Zeeland
PF
Frans-Polynesië
PM
Saint-Pierre en Miquelon
RU
Rusland
SG
Singapore
SH
Sint-Helena
SX
Sint-Maarten
TT
Trinidad en Tobago
TW
Taiwan
VS
Verenigde Staten van Amerika
AS — Amerikaans-Samoa
GU — Guam
MP — Noordelijke Marianen
PR — Puerto Rico
VI — Amerikaanse Maagdeneilanden
VC
Saint Vincent en de Grenadines
VG
Britse Maagdeneilanden
VU
Vanuatu
WF
Wallis en Futuna