Home

Uitvoeringsverordening (EU) 2021/981 van de Commissie van 17 juni 2021 tot verlenging van de vergunning voor een preparaat van endo-1,4-bèta-xylanase geproduceerd door Aspergillus niger CBS 109.713, en endo-1,4-bèta-glucanase geproduceerd door Aspergillus niger DSM 18404, als toevoegingsmiddel voor diervoeding voor pluimveesoorten, siervogels en gespeende biggen (vergunninghouder: BASF SE), en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 271/2009 en Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1068/2011 (Voor de EER relevante tekst)

Uitvoeringsverordening (EU) 2021/981 van de Commissie van 17 juni 2021 tot verlenging van de vergunning voor een preparaat van endo-1,4-bèta-xylanase geproduceerd door Aspergillus niger CBS 109.713, en endo-1,4-bèta-glucanase geproduceerd door Aspergillus niger DSM 18404, als toevoegingsmiddel voor diervoeding voor pluimveesoorten, siervogels en gespeende biggen (vergunninghouder: BASF SE), en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 271/2009 en Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1068/2011 (Voor de EER relevante tekst)

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EG) nr. 1831/2003 van het Europees Parlement en de Raad van 22 september 2003 betreffende toevoegingsmiddelen voor diervoeding(1), en met name artikel 9, lid 2,

Overwegende hetgeen volgt:

  1. De verlening van vergunningen voor toevoegingsmiddelen voor diervoeding, met inbegrip van de gronden en procedures voor het verlenen en verlengen van dergelijke vergunningen, is geregeld bij Verordening (EG) nr. 1831/2003.

  2. Voor een enzympreparaat van endo-1,4-bèta-xylanase, geproduceerd door Aspergillus niger CBS 109.713, en endo-1,4-bèta-glucanase, geproduceerd door Aspergillus niger DSM 18404 (“het betrokken preparaat”), is voor een periode van tien jaar een vergunning verleend voor gespeende biggen, mestkippen, legkippen, mestkalkoenen en mesteenden bij Verordening (EG) nr. 271/2009 van de Commissie(2), en voor opfokleghennen, fokkalkoenen, opfokkalkoenen, andere minder gangbare vogelsoorten (met uitzondering van mesteenden) en siervogels bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1068/2011 van de Commissie(3).

  3. Overeenkomstig artikel 14, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1831/2003 is een aanvraag ingediend voor de verlenging van de vergunning voor het betrokken preparaat als toevoegingsmiddel voor diervoeding voor pluimveesoorten, siervogels en gespeende biggen, in te delen in de categorie “zoötechnische toevoegingsmiddelen”. De krachtens artikel 14, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1831/2003 vereiste nadere gegevens en documenten waren bij de aanvraag gevoegd.

  4. De Europese Autoriteit voor voedselveiligheid (EFSA) heeft in haar advies van 18 november 2020(4) geconcludeerd dat de aanvrager gegevens heeft verstrekt waaruit blijkt dat het betrokken preparaat onder de voorgestelde gebruiksvoorwaarden voldoet aan de voorwaarden voor vergunningverlening. De EFSA heeft haar eerdere conclusie bevestigd dat het betrokken preparaat geen ongunstige gevolgen heeft voor de diergezondheid, de gezondheid van de consument of het milieu. De EFSA heeft ook verklaard dat het toevoegingsmiddel als mogelijk huid- en inhallatieallergeen moet worden beschouwd. De Commissie is daarom van mening dat passende beschermende maatregelen moeten worden genomen om negatieve gevolgen voor de menselijke gezondheid — en met name de gezondheid van de gebruikers van het toevoegingsmiddel — te voorkomen. De EFSA heeft ook het verslag over de analysemethode voor het toevoegingsmiddel voor diervoeding geverifieerd dat door het bij Verordening (EG) nr. 1831/2003 ingestelde referentielaboratorium was ingediend.

  5. Uit de beoordeling van het betrokken preparaat blijkt dat aan de in artikel 5 van Verordening (EG) nr. 1831/2003 vermelde voorwaarden voor de verlening van een vergunning is voldaan. De vergunning voor dit toevoegingsmiddel, zoals gespecificeerd in de bijlage bij deze verordening, moet daarom worden verlengd.

  6. Als gevolg van de verlenging van de vergunning voor het betrokken preparaat als toevoegingsmiddel voor diervoeding, moeten Verordening (EG) nr. 271/2009 en Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1068/2011 worden ingetrokken.

  7. Aangezien er geen veiligheidsredenen zijn die de onmiddellijke toepassing van de wijzigingen van de vergunningsvoorwaarden voor het betrokken preparaat vereisen, moet een overgangsperiode worden vastgesteld om de belanghebbende partijen in staat te stellen zich voor te bereiden om aan de nieuwe eisen van de vergunning te voldoen.

  8. De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor planten, dieren, levensmiddelen en diervoeders,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

De vergunning voor het in de bijlage gespecificeerde preparaat van endo-1,4-bèta-xylanase geproduceerd door Aspergillus niger CBS 109.713 en endo-1,4-bèta-glucanase geproduceerd door Aspergillus niger DSM 18404, dat behoort tot de categorie “zoötechnische toevoegingsmiddelen” en de functionele groep “verteringsbevorderaars”, wordt verlengd onder de in die bijlage vastgestelde voorwaarden.

Artikel 2

1.

Het preparaat van endo-1,4-bèta-xylanase geproduceerd door Aspergillus niger CBS 109.713 en endo-1,4-bèta-glucanase geproduceerd door Aspergillus niger DSM 18404, en voormengsels die dat preparaat bevatten en die vóór 8 januari 2022 zijn geproduceerd en geëtiketteerd overeenkomstig de voorschriften die vóór 8 juli 2021 van toepassing waren, mogen verder in de handel worden gebracht en worden gebruikt totdat de bestaande voorraden zijn uitgeput.

2.

De voedermiddelen en mengvoeders die het in lid 1 vermelde preparaat bevatten en die vóór 8 juli 2022 zijn geproduceerd en geëtiketteerd overeenkomstig de voorschriften die vóór 8 juli 2021 van toepassing waren, mogen verder in de handel worden gebracht en worden gebruikt totdat de bestaande voorraden zijn uitgeput, wanneer zij bestemd zijn voor voedselproducerende dieren.

3.

De voedermiddelen en mengvoeders die het in lid 1 vermelde preparaat bevatten en die vóór 8 juli 2023 zijn geproduceerd en geëtiketteerd overeenkomstig de voorschriften die vóór 8 juli 2021 van toepassing waren, mogen verder in de handel worden gebracht en worden gebruikt totdat de bestaande voorraden zijn uitgeput, wanneer zij bestemd zijn voor niet-voedselproducerende dieren.

Artikel 3

Verordening (EG) nr. 271/2009 en Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1068/2011 worden ingetrokken.

Artikel 4

Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

BIJLAGE