De bij het protocol vastgestelde vangstmogelijkheden worden tijdens de volledige periode van toepassing van het protocol als volgt over de lidstaten verdeeld:
-
vaartuigen voor de tonijnvisserij met de zegen:
Spanje:
16
vaartuigen
Frankrijk:
15
vaartuigen
Italië:
1
vaartuig
Totaal:
32
vaartuigen
-
vaartuigen voor de visserij met de drijvende beug met een brutotonnage van meer dan 100:
Spanje:
7
vaartuigen
Frankrijk:
4
vaartuigen
Portugal:
2
vaartuigen
Totaal:
13
vaartuigen
-
vaartuigen voor de visserij met de drijvende beug met een brutotonnage van 100 of minder:
Frankrijk:
20
vaartuigen
Totaal:
20
vaartuigen