Home

Uitvoeringsverordening (EU) 2023/1617 van de Commissie van 8 augustus 2023 tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2011 tot instelling van een definitief antidumpingrecht op optischevezelkabels van oorsprong uit de Volksrepubliek China

Uitvoeringsverordening (EU) 2023/1617 van de Commissie van 8 augustus 2023 tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2011 tot instelling van een definitief antidumpingrecht op optischevezelkabels van oorsprong uit de Volksrepubliek China

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EU) 2016/1036 van het Europees Parlement en de Raad van 8 juni 2016 betreffende beschermende maatregelen tegen invoer met dumping uit landen die geen lid zijn van de Europese Unie(1) (“de basisverordening”), en met name artikel 12,

Overwegende hetgeen volgt:

    HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

    Artikel 1

    Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2011 wordt als volgt gewijzigd:

    1. Artikel 1, lid 2, wordt vervangen door:

      “2.

      De definitieve antidumpingrechten die van toepassing zijn op de nettoprijs, franco grens Unie, vóór inklaring, van de in lid 1 omschreven en door de hieronder vermelde ondernemingen vervaardigde producten, zijn als volgt:

      Onderneming

      Definitief antidumpingrecht

      Aanvullende Taric-code

      FTT-groep:

      • FiberHome Telecommunication Technologies Co., Ltd

      • Nanjing Wasin Fujikura Optical Communication Ltd

      • Hubei Fiberhome Boxin Electronic Co., Ltd

      88,0 %

      C696

      ZTT-groep:

      • Jiangsu Zhongtian Technology Co., Ltd

      • Zhongtian Power Optical Cable Co., Ltd

      39,4 %

      C697

      Andere in bijlage I bij Uitvoeringsverordening (EU) 2022/72 genoemde ondernemingen die in zowel het antisubsidie- als het antidumpingonderzoek medewerking hebben verleend

      62,4 %

      Zie bijlage I

      Andere in bijlage II bij Uitvoeringsverordening (EU) 2022/72 genoemde ondernemingen die in het antidumpingonderzoek, maar niet in het antisubsidieonderzoek medewerking hebben verleend

      62,4 %

      Zie bijlage II

      Alle andere ondernemingen

      88,0 %

      C999”

    2. Artikel 2 wordt vervangen door:

      Wanneer een nieuwe producent-exporteur uit de Volksrepubliek China de Commissie voldoende bewijsmateriaal verstrekt, kan de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2011 worden gewijzigd door die nieuwe producent-exporteur toe te voegen aan de lijst van medewerkende ondernemingen die niet in de steekproef zijn opgenomen en bijgevolg zijn onderworpen aan het passende gewogen gemiddelde antidumpingrecht, te weten 62,4 %. Een nieuwe producent-exporteur moet met bewijs aantonen dat:

      1. hij de in artikel 1, lid 1, van Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2011 beschreven goederen van oorsprong uit de Volksrepubliek China tijdens het onderzoektijdvak (1 juli 2019 tot en met 30 juni 2020) niet heeft uitgevoerd;

      2. hij niet verbonden is met een exporteur of producent op wie de bij deze verordening ingestelde maatregelen van toepassing zijn, en

      3. hij de in artikel 1, lid 1, beschreven goederen van oorsprong uit de Volksrepubliek China daadwerkelijk heeft uitgevoerd dan wel een onherroepelijke contractuele verplichting is aangegaan om na het verstrijken van het onderzoektijdvak een aanzienlijke hoeveelheid naar de Unie uit te voeren.”.

    “Artikel 2

    Wanneer een nieuwe producent-exporteur uit de Volksrepubliek China de Commissie voldoende bewijsmateriaal verstrekt, kan de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2011 worden gewijzigd door die nieuwe producent-exporteur toe te voegen aan de lijst van medewerkende ondernemingen die niet in de steekproef zijn opgenomen en bijgevolg zijn onderworpen aan het passende gewogen gemiddelde antidumpingrecht, te weten 62,4 %. Een nieuwe producent-exporteur moet met bewijs aantonen dat:

    1. hij de in artikel 1, lid 1, van Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2011 beschreven goederen van oorsprong uit de Volksrepubliek China tijdens het onderzoektijdvak (1 juli 2019 tot en met 30 juni 2020) niet heeft uitgevoerd;

    2. hij niet verbonden is met een exporteur of producent op wie de bij deze verordening ingestelde maatregelen van toepassing zijn, en

    3. hij de in artikel 1, lid 1, beschreven goederen van oorsprong uit de Volksrepubliek China daadwerkelijk heeft uitgevoerd dan wel een onherroepelijke contractuele verplichting is aangegaan om na het verstrijken van het onderzoektijdvak een aanzienlijke hoeveelheid naar de Unie uit te voeren.”.

    Artikel 2

    Wanneer een nieuwe producent-exporteur uit de Volksrepubliek China de Commissie voldoende bewijsmateriaal verstrekt, kan de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2011 worden gewijzigd door die nieuwe producent-exporteur toe te voegen aan de lijst van medewerkende ondernemingen die niet in de steekproef zijn opgenomen en bijgevolg zijn onderworpen aan het passende gewogen gemiddelde antidumpingrecht, te weten 62,4 %. Een nieuwe producent-exporteur moet met bewijs aantonen dat:

    1. hij de in artikel 1, lid 1, van Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2011 beschreven goederen van oorsprong uit de Volksrepubliek China tijdens het onderzoektijdvak (1 juli 2019 tot en met 30 juni 2020) niet heeft uitgevoerd;

    2. hij niet verbonden is met een exporteur of producent op wie de bij deze verordening ingestelde maatregelen van toepassing zijn, en

    3. hij de in artikel 1, lid 1, beschreven goederen van oorsprong uit de Volksrepubliek China daadwerkelijk heeft uitgevoerd dan wel een onherroepelijke contractuele verplichting is aangegaan om na het verstrijken van het onderzoektijdvak een aanzienlijke hoeveelheid naar de Unie uit te voeren.”.

    Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

    Gedaan te Brussel, 8 augustus 2023.

    Voor de Commissie

    De voorzitter

    Ursula von der Leyen