Gezien Verordening (EG) nr. 1967/2006 van de Raad van 21 december 2006 inzake beheersmaatregelen voor de duurzame exploitatie van visbestanden in de Middellandse Zee, tot wijziging van Verordening (EEG) nr. 2847/93 en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1626/94(1), en met name artikel 13, lid 5,
Bij artikel 13, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1967/2006 is het verboden gesleept vistuig te gebruiken binnen drie zeemijl uit de kust of, waar die diepte op kortere afstand van de kust wordt bereikt, binnen het gebied bepaald door de dieptelijn van vijftig meter.
Op verzoek van een lidstaat kan de Commissie een afwijking van artikel 13, lid 1, eerste alinea, van Verordening (EG) nr. 1967/2006 toestaan mits wordt voldaan aan de voorwaarden van artikel 13, leden 5 en 9, van die verordening.
De Commissie heeft bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1233/2013 van de Commissie(2) een eerste, tot en met 6 december 2016 geldende afwijking van artikel 13, lid 1, eerste alinea, verleend voor het gebruik van bootzegens voor de visserij op glasgrondel (Aphia minuta), Ferrer’s grondel (Pseudaphia ferreri) en picarel (Spicara smaris) in de Spaanse territoriale wateren van de Balearen. De afwijking werd verlengd bij Uitvoeringsverordening (EU) 2019/662 van de Commissie(3), die op 31 december 2019 afliep. De afwijking werd nogmaals verlengd bij Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1243 van de Commissie(4), die op 30 april 2023 afliep.
De autonome regio Balearen heeft haar beheersplan op 31 mei 2021 gewijzigd(5) en in november 2021 en januari en juni 2023 monitoringverslagen over de uitvoering van dat plan ingediend. Aansluitend op de verslagen van het WTECV heeft Spanje in oktober 2023 om verlenging van de afwijking verzocht.
Tijdens zijn 73e plenaire zitting in juli 2023 heeft het Wetenschappelijk, Technisch en Economisch Comité voor de visserij (WTECV) zich gebogen over het verzoek tot verlenging van de afwijking, over de ondersteunende gegevens en over de monitoringverslagen(6). Spanje heeft de aanbevelingen van het WTECV in aanmerking genomen en bevestigd dat de gegevens van het satellietvolgsysteem (VMS) zullen worden gebruikt om de trekken nauwkeuriger te lokaliseren, dat reeds waarnemers zijn aangetrokken voor de volgende visseizoenen en dat de Posidonia-velden van de Balearen periodiek en permanent worden gemonitord(7).
De door Spanje gevraagde afwijking voldoet aan de voorwaarden van artikel 13, leden 5 en 9, van Verordening (EG) nr. 1967/2006.
De specifieke geografische restricties bestaan met name uit de beperkte afmetingen van het continentaal plat ter plaatse en de beperkte omvang van de visgronden waar trawlvisserij mogelijk is, doordat de doelsoorten zich uitsluitend ophouden in bepaalde zones in de kustgebieden op diepten van minder dan vijftig meter.
Bovendien waarborgt het beheersplan conform artikel 13, lid 9, van Verordening (EG) nr. 1967/2006 dat de visserijinspanning in de toekomst niet zal toenemen. Er zullen enkel vismachtigingen worden afgegeven voor 55 specifieke vaartuigen waarvan de lengte beperkt is tot 12 m en het motorvermogen tot 198,5 kW en die reeds gemachtigd zijn om te vissen.
De visserij heeft geen significante impact op het mariene milieu, aangezien de trek van de bootzegens in de waterkolom plaatsvindt en de zeebodem daarbij niet wordt geraakt. Door het gebruik van echoloden is de visserij zeer selectief, met weinig bijvangsten. Daarnaast worden ongewenste vangsten onmiddellijk levend vrijgelaten, met een zeer hoge overlevingskans. Met bootzegens wordt niet gericht op koppotigen gevist.
De visserij kan niet met ander vistuig worden verricht, aangezien bootzegens het enige gereglementeerde vistuig zijn waarmee deze drie doelsoorten met scholingsgedrag in ondiepe kustwateren mogen worden gevangen.
Het verzoek heeft betrekking op visserijactiviteiten die reeds door Spanje zijn toegestaan, en betreft vaartuigen die zijn geregistreerd in de Spaanse nationale inventaris van de operationele visserijvloot, met een geregistreerde visserijactiviteit van meer dan vijf jaar conform artikel 13, lid 9, van Verordening (EG) nr. 1967/2006.
Spanje heeft reeds eerder een afwijking van de in artikel 9 van Verordening (EG) nr. 1967/2006 vastgelegde minimummaaswijdte toegestaan op grond van de naleving van artikel 9, lid 7, van die verordening: de betrokken visserijen zijn van zeer selectieve aard, hebben een verwaarloosbaar effect op het mariene milieu en vallen niet onder artikel 4, lid 5, van die verordening.
Artikel 9 van Verordening (EG) nr. 1967/2006 werd weliswaar geschrapt bij Verordening (EU) 2019/1241 van het Europees Parlement en de Raad(8), maar volgens deel B, punt 4, van bijlage IX bij Verordening (EU) 2019/1241 mogen afwijkingen van de minimummaaswijdten die werden vastgesteld in het kader van artikel 9 van Verordening (EG) nr. 1967/2006 en die op 14 augustus 2019 van kracht waren, van toepassing blijven op basis van de voorwaarden van artikel 15, lid 5, van Verordening (EU) 2019/1241.
De Commissie heeft de door Spanje gevraagde verlenging van de afwijking beoordeeld en geconcludeerd dat deze voldoet aan de voorwaarden van artikel 15, lid 5, van Verordening (EU) 2019/1241 en deel B, punt 4, van bijlage IX bij die verordening. Deze afwijking leidt niet tot een afzwakking van de selectiviteitsnormen, met name wat een toename van de vangsten van jonge exemplaren betreft. Zij is erop gericht de in de artikelen 3 en 4 van Verordening (EU) 2019/1241 vermelde doelstellingen en streefdoelen te bereiken.
De betrokken visserijactiviteiten zijn in overeenstemming met artikel 4, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1967/2006, aangezien het beheersplan de visserij boven Posidonia oceanica, kalkwier en koraligene habitats verbiedt.
De betrokken visserijactiviteiten worden geregistreerd overeenkomstig artikel 14 van Verordening (EG) nr. 1224/2009 van de Raad(9).
De betrokken visserij vindt plaats op zeer korte afstand van de kust en doorkruist de visserijactiviteiten van andere vaartuigen bijgevolg niet.
De betrokken visserij wordt in het beheersplan van Spanje zo geregeld dat de vangsten van in bijlage IX bij Verordening (EU) 2019/1241 genoemde soorten zo gering mogelijk zijn.
Overeenkomstig artikel 13, lid 9, derde alinea, van Verordening (EG) nr. 1967/2006 bevat het op 15 december 2023 gewijzigde beheersplan(10) maatregelen voor de monitoring van de visserij.
De gevraagde afwijking moet derhalve worden toegestaan.
Spanje moet bijtijds verslag uitbrengen bij de Commissie overeenkomstig het in het beheersplan vervatte monitoringplan.
Een beperking van de duur van de afwijking maakt het mogelijk snel corrigerende beheersmaatregelen te nemen wanneer de monitoring van het beheersplan op een slechte staat van instandhouding van het beviste bestand wijst, en creëert tegelijk ruimte om de wetenschappelijke basis te versterken met het oog op een beter beheersplan. Er moet worden bepaald dat de afwijking verstrijkt aan het einde van het visseizoen. Dienovereenkomstig moet de afwijking gelden tot en met 30 april 2026.
Aangezien de bij Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1243 toegestane afwijking is verstreken op 30 april 2023, moet de onderhavige verordening, om de juridische continuïteit te waarborgen, van toepassing zijn met ingang van 1 mei 2023. Omwille van de rechtszekerheid moet deze verordening met spoed in werking treden.
Met deze verordening wordt niet vooruitgelopen op het standpunt van de Commissie inzake de verenigbaarheid van de onder deze afwijking vallende activiteiten met andere wetgeving van de Unie, en met name met Richtlijn 92/43/EEG van de Raad(11).
De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité voor de visserij en de aquacultuur,